Boekverslag : J. Bernlef - Publiek Geheim
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1125 woorden.


Jaar van uitgave: 1987






Publiek Geheim van J Bernlef




Deze roman van J. Bernlef speelt zich grotendeels af in een plaats waarin Boedapest te herkennen valt, maar die niet vernoemd wordt. De stad ligt niet aan de Donau maar aan de “Doena”. Over Rusland spreekt men als “buurland” of “de buren”, het bekende Balatonmeer wordt “Baltonmeer” Het is een periode van betrekkelijke rust (1980). Hieraan ging een lange periode van staatsterreur vooraf, die begon nadat “de buren” in 1956 de volksopstand bloedig hadden neergeslagen.


Middelpunt van het verhaal is de zesentachtigjarige schrijver Tomas Szass, over wiens leven een film wordt gemaakt. Istvan Bér, de regisseur van de film, heeft zich al jaren weten te handhaven in dit door de staat beheerste medium. Tijdens de volksopstand van 1956 was Thomas Szass één van de voormannen van de liberale beweging. Tijdens zijn enig publiek optreden spreekt hij het volk toe met de historische woorden : “Vanaf heden zullen onze monden uitspreken wat onze gedachten denken, niet wat zij behoren te denken.” Na het neerslaan van de opstand verdwijnt hij in de gevangenis. 0mdat het de dood van zijn oude moeder zou betekenen als ze zou horen dat hij in de gevangenis zit, besloot Szass met zijn vrouw dat ze zouden doen alsof hij op reis was. Omdat hij niet zelf brieven uit vreemde landen kon schrijven, bootste zijn vrouw zijn handschrift na. Zo ontving zijn moeder brieven van hem uit vele verschillende landen. Maar toen zijn moeder écht overleed, bootste zijn vrouw ook haar handschrift na en kreeg hij brieven van zijn moeder, hoewel dood. Toen hij in 1960 dit “bedrog” doorkreeg en instortte, maakten de verantwoordelijken voor zijn gevangenschap van het moment gebruik om hem een verklaring te laten tekenen en zijn standpunten publiekelijk te laten herroepen. Bér wordt geacht dit feit “genuanceerd” in zijn film te verwerken. Daar heeft hij moeite mee. Hij wil de waarheid weergeven en dat is een betrouwbare weergave van de gebeurtenissen in 1956 en vooral Szass’ stellingname daarin. Bér wordt in zijn streven gesteund door zijn assistente Clara Kessler die in 1956 geboren is. Zij komt pas van de academie en heeft nog idealen. Toch slagen ze niet in hun opzet : Bér wordt door de geheime dienst gedwongen een nietszeggend product af te leveren, de zoveelste bombastische propagandafilm. Clara Kessler wordt aan de dijk gezet. Van het ongebruikte filmmateriaal, aangevuld met enkele nieuwe opnamen van Thomas Szass, weet ze echter een waarheidsgetrouwe tegenfilm te monteren. Szass verleent zijn medewerking en vertelt aan Clara waarom hij destijds de door de Geheime Dienst opgestelde verklaring ondertekende. Clara noemt haar film “Publiek geheim “. De waarheid blijft daardoor bestaan, al zal maar een handjevol mensen er weet van hebben. Dan sterft Szass plots en komt het tot een confrontatie tussen Bér en Clara Kessler. Szass krijgt een staatsbegrafenis. Kort daarop verschijnt de film over zijn leven op de beeldbuis. Hij is ideologisch op maat gesneden en is een eerbetoon aan een groot communistisch auteur . Men heeft van zijn leven een leugen gemaakt.






J. Bernlef heeft zijn roman gesitueerd in een totalitair geregeerd land dat als twee druppels water gelijkt op Hongarije. De mensen in zijn roman bevinden zich in een soort schemerwereld, onzeker van wat wel en wat niet mag. Ze tasten voortdurend de mogelijkheden af om zo te ontdekken waar de grens ligt. Het grootste gevaar dat hen bedreigt is zelfcensuur. Het resultaat is een soort intellectuele schizofrenie, waarin het onderscheid tussen waarheid en leugen vervaagt. Publiek geheim gaat over censuur en zelfcensuur, over het verzwijgen van feiten en het manipuleren van de geschiedenis


Tezamen met de schrijver Szass, beschrijft Bernlef ook uitvoerig de makers van de film. Aan de hand hiervan toont hij de gradaties van de leugen, de mogelijkheden van verzet en het subtiele geweld dat door de staat wordt aangewend. In korte hoofdstukjes, waarin voortdurend van gezichtspunt wordt gewisseld, komen de verschillende personages aan bod. De aard van de tekst is heel verschillend: er staan gesprekken, brieven, dagboekfragmenten passages uit boeken, interviews, beschrijvingen en filmbeelden in.


Het motto van de roman is van de Joegoslavische schrijver Danilo Kis en het luidt :”De geschiedenis wordt geschreven door de overwinnaars. Voor de mondelinge overlevering zorgt het volk. De schrijvers fantaseren. Zeker is alleen de dood.”


J. Bernlef is herhaaldelijk in Hongarije geweest, en heeft er deze roman over geschreven. Het is een roman van 242 bladzijden geworden die naar thema, decor en personages volledig in een vreemd land met een nog vreemder politiek systeem speelt.


In het boek vertegenwoordigt de film dan ook het gezichtspunt van de staat. Bij het volk is het een Publiek Geheim dat de zaken heel anders in mekaar zitten. Bernlef heeft het dus in zijn boek over leugens : de leugens van de staat en van hen die aan geschiedschrijving doen en de leugen van een gevoelig mens die liegt om bestwil. Het publiek geheim van deze roman lijkt mij dan ook dat de waarheid overal en ten allen tijde te manipuleren is.


De verhalende passages in het boek zijn over het algemeen beschrijvend, droog en registrerend. De precisie waarmee Bernlef alles weergeeft is niet alleen een literaire techniek, het is ook een morele precisie. Zijn beschrijvingen hebben ook tot doel om de dagelijkse aard van morele beslissingen te laten zien, te nuanceren en te vermenselijken. Bernlef schetst hier niet de geschiedenis van een enkeling, maar toont de verfijnde mechaniek die mensen dwingt hun mond te houden of te stoppen met nieuwsgierig zijn. De schrijver voert in deze roman mensen op die zich met hun geweten moeten zien te redden in een vaak dubbelzinnige, ongrijpbare maatschappij. Men kan zeggen dat de toestand in Hongarije de achtergrond vormt voor een verhaal over het gedrag van mensen onder een almachtig staatsapparaat. Wie verzet zich, wie past zich aan, wat zijn de motivaties ?


J. Bernlef (pseudoniem van Hendrik Jan Marsman °1937) debuteerde in ‘60 met gedichten. Vanaf het begin tekent zich het thema af dat zijn verdere werk bepaalt : de ingewikkelde relatie tussen tekst en werkelijkheid. In zijn bundels na ‘70 gaat het vooral om de taal op de rand van het zwijgen, of anders gezegd om een kwestie van leven en dood. Ook als schrijver van proza laat hij vaak zien hoe men zich op de grens tussen verbeelde en reële werelden kan begeven. Tot zijn bekendste romans behoren : “ De man in het midden” (1976) en “Hersenschimmen” (1984) die een doorbraak naar een groot publiek werd. In 1985 kreeg hij de Constantijn Huygensprijs. Publiek Geheim dateert van 1987 en werd bekroond met de AKO Literatuurprijs. Bernlef schreef ook veel toneelwerk, waarin hij het gewone leven opzoekt.




Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen