Boekverslag : Boudewijn Büch - Het Dolhuis
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1530 woorden.

Uitgeverij : Uitgeverij De Arbeidspers
Jaar van uitgave : 1987 2de druk

Het Dolhuis van Boudewijn Buch gaat over een jongen, Winkler Brockhaus, die samen met broertjes, zijn moeder, zijn duitse vader en een oude vriendin van zijn vader (mevrouw Sprong) in een huis woont. Dit was trouwens voor een niet zo een lange tijd, want Winkler moest een groot gedeelte van zijn jeugd doorbrengen in een "gekkenhuis". Hij werd hier naar toe gebracht door mevrouw Sprong die hem als enige verteld heeft waar hij werkelijk naartoe zou gaan.
Zijn ouders vertelde Winkler dat hij op vakantie zou gaan en daarom geloofde hij mevrouw Sprong ook niet toen ze hem vertelde waar hij werkelijk heen zou gaan. Hij had tenslotte zo een goede band met zijn vader en die zou nooit tegen hem liegen. In het gekkenhuis dat Huize Kindervrede heet, werd Winkler het leven heel zuur gemaakt. Op alle mogelijke manieren werd hij gestraft. Hij mag werkelijk niets doen.
Zelfs praten met de andere "patiëntjes" (zoals de zusters hen noemden ) mocht niet. Volgens de zusters was alles wat de patiëntjes deden slecht en op een gegeven moment gingen de kinderen het zelf nog geloven ook. Maar Winkler vond dat hij niet gek was. Na een aantal jaren in Huize Kindervrede te hebben gezeten wist Winkler nog niet waarom hij hier had gezeten en hij komt hier ook pas heel laat achter. In zijn dorp wordt nauwelijks nog tegen hem gesproken omdat iedereen weet waar hij al die tijd heeft gezeten. Toen wist hij dat dit gekkenhuis hem altijd zal blijven achtervolgen. Ook de band met zijn vader was erg veranderd. Hij "haatte" zijn vader. Vroeger was Winkler's vader zijn grote voorbeeld maar nu niet meer. Winkler begreep ook nooit waarom mevrouw Spong in het huis woonde. Winkler werd een geoloog en leefde een somber leven. Hij had vaak een vriendin maar die verlieten hem omdat hij saai en somber was en nogal eens over zelfmoord dacht. Als Winkler 40 jaren oud is en zijn vader overleden is, verteldt mevrouw Spong waarom zij bij hen in huis woonde en waarom Winkler naar het gekkenhuis moest. Mevrouw Spong woonde daar namelijk omdat Winkler's vader vroeger een "affaire" met haar had gehad. Ook komt hij achter het schokkende feit waarom hij naar het gekkenhuis moest van zijn vader .Het bleek dat zijn vader allerlei vieze spelletjes met Winkler deed tijdens een van de vele fietstochten die ze maakten. Ook vertelde mevrouw Sprong hem dat hij nooit gek is geweest, en dat hij superslim is en was. Hij had door dat zijn vader een slechte man was, maar was toch ook opgelucht dat hij eindelijk wist dat hij niet gek was. Maar het vergeten kan hij nooit.

Het verhaal is in de ik perspectief geschreven. Dus een personaal. Je komt namelijk niet de gevoelens van de andere personen te weten en wat zij denken. Dat kom je wel te weten van Winkler. Een voorbeeld van het perspectief in dit boek is bijvoorbeeld: "De jongens bewogen verder nauwelijks, maar hij zag dat dertig paar ogen iedere stap van hem meedraaiden. Winkler voelde zich ongemakkelijk. Zo ongemakkelijk dat hij het spreekverbod vergat en op een verkeerde toon en met een foute intonatie groette : Dag allemaal "

Het thema ging duidelijk over een onplezierige jeugd .Een goede benaming voor het thema zou kunnen zijn is : " Hoe een ervaring uit je jeugd je gedrag voor de rest van je leven kan beïnvloeden ". De schrijver vertelt hoe het is om steeds fysiek en emotioneel mishandeld te worden. In de hoofdstukken over Winkler op 40-jarige leeftijd wordt beschreven hoe hij er na vele jaren van mishandelingen in zijn jeugd mee omgaat. Er wordt in beschreven hoe hij er problemen mee krijgt nu het allemaal naar boven komt.

Een van de belangrijkste motieven was het woord "patientjes". Dit woord werd voordurend gebruikt door zuster Makela. Ze gebruikte dit woord om de kinderen te verlagen en om haar neerbuigende kijk op de kinderen nog eens te versterken. Winkler ergerde zich als de dood aan dit woord en telkens als hij er wat van zei kreeg hij klappen en straf. Voorbeeld hiervan : "We hoeven onze instemming met de bevelen op geen enkele manieer te betuigen, patiëntje. We hebben geen instemming nodig. De patiëntjes doen hier gehoorzaam hun plicht. Nietwaar andere patiëntjes? "
"Wij" is een woord dat door meerdere personages wordt gebruikt. Zij gebruikt dat woord in plaats van jij. Dan zei zij "wij" in plaats van "jij "om zogenaamd een soort relatie op te houden, maar dan minachtend. Een voorbeeld hiervan : " Zo nu moeten wij ons uitkleden, en dan stapelen wij onze kleren keurig netjes op ". Zuster Makela bedoelde daarmee dat Winkler zich moest uitkleden en zijn kleren netjes moest opvouwen en dus niet zij en Winkler samen. Zuster Makela zei soms ook "wij" in plaats van patiëntjes. Winkler ergerde zich hier dood aan. Ook als mensen dat tegen hem zeiden toen hij ouder was, kon hij er nog boos om worden.
Vader was een heel gevoelig woord. Hij nam het zijn vader kwalijk dat hij Winkler naar een gesticht had gestuurd, terwijl hij enkel een paar gedragsproblemen had. Hij had ook nooit begrepen dat zijn vader hem nooit eens opzocht, dit terwijl de ouders van de andere kinderen in het gesticht hen elke zondag kwamen ophalen om leuke dingen te doen. Winkler had het verschrikkelijk moeilijk daar en was ook boos op zijn vader omdat hij Winkler niet hielp uit het gesticht te komen. Toen zijn vader stierf was hij helemaal niet verdrietig en lliep tijdens de begrafenis weg. Als vriendinnen van Winkler hem over het verleden en in het bijzonder over zijn vader vragen stelden werd hij boos en begon meestal te schelden en werd erg emotioneel.

De belangrijkste personage heet Winkler. Hij is de persoon waar het hele verhaal om draait. Winkler is een onhandelbaar jongetje van ongeveer 11 jaar oud. Hij heeft een aantal gedragsproblemen maar is niet echt gek. Hij zelf vind dat hij niet onhandelbaar is, maar zijn ouders (vooral zijn vader) vinden van wel. Op een dag stuurt zijn vader hem naar Huize Kindervree. Dat is een gesticht voor jonge kinderen. Hij heeft daar een haat-relatie met de zuster van dat gekkenhuis. Zij heet zuster Makela. Hij haat dat mens,omdat zij een gemeen kreng is. Hij moet het ook niet echt hebben met zijn vader, omdat zijn vader besloten had hem naar dat gekkenhuis te sturen (de schrijver had juist de vader voor deze rol gekozen, omdat hij vroeger ook veel problemen had met zijn eigen vader). Ik vind Winkler wel sympatiek en leef ook wel met hem mee. Je voelt je best wel machteloos als je naar een gesticht word gestuurd terwijl je niet gek bent, je daar niks aan kunt doen, en ook nog geslagen wordt als je zegt dat je niet gek bent.
Een andere personage die belangrijke rol speelt is zuster Makela. Zij is de hoofdzuster van het gesticht Huize Kindervree. Zij is heel streng, erg gelovig en een echte kreng. Haar taak is om de kinderen, "patientjes" zoals zij het noemt, onder de duim te houden. Als dat niet lukt komen er allerlei bruute methoden tevoorschijn om de kinderen alsnog stil te krijgen. Zij is erg katholiek en handelt in de naam van god (zegt ze). Ik vind haar onsympatiek, want ze is een heel gemeen kreng die het liefst de kinderen slaat en uitputtende klusjes laat doen. Ook al word er niet zoveel over haar verteld, je kunt met de gegevens die je krijgt echt wel een beeld vormen van haar. Waarschijnlijk bestonden er zulke gemene mensen zoals zij en dat is toch best wel schokkend.

Ik vind dit een erg mooi boek. Het was niet bijzonder dik of dun (186 blz) en las lekker weg. Er kwamen geen moeilijke woorden in voor, maar de namen van de personen waren wel erg vreemd. Een paar voorbeelden hiervan zijn : Sigismund, WInkler, Solange Luna en nog een paar vreemde namen. De opbouw van dit boek was nieuw voor mij. Het had een speciale volgorde en dat ging ongeveer zo : Eerste hoofdstuk ging over Winkler toen hij volwassen was en de tweede toen hij jong was. Dat ging steeds zo om en om, door het hele boek heen.
Dus bij elk hoofdstuk ging je vele jaren vooruit of vele jaren achteruit. Dat was af en toe best wel opletten, maar na een paar hoofdstukken was het wel lekker lezen. Ik wou altijd snel bij de hoofdstukken over de jeugd van Winkler komen, want die waren interessant. Ik vond dit een prettige manier van lezen. Al met al is het een mooi dramatisch boek, die ik iedereen zou kunnen aanbevelen. Ik ben ook van plan om meer boeken van Boudewijn Buch te lezen. Ik hoop u voldoende te hebben geinformeerd te hebben over dit boek.

Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen