Boekverslag : Hermann Hesse - Demian
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1097 woorden.

Sinclair woont in een Duits stadje, begin 20e eeuw. Zoon van een van de notabelen; moeder en twee oudere zusters completeren het gezin.

Het is een keurig burgergezin: nette manieren, goed christelijk, door en door fatsoenlijk. De jonge Sinclair is zich echter bewust dat deze lichte wereld niet de enige is: zelfs in het huis loopt al een scheidslijn: de dienstbode b.v. hoort niet, of slechts gedeeltelijk (tijdens het avondlied) bij die goede, zuivere, rechtlijnige wereld. Wanneer ze griezelverhalen vertelt, ruzie maakt met de leveranciers, enz. dan vermoedt S. het bestaan van nóg een wereld.

Soms gaat S. met vriendjes uit de buurt om en op een dag voegt zich Franz Kromer bij hen. Een ruwe, wat oudere knaap die op de Volksschool zit. Als ze elkaar wat proberen te imponeren met sterke verhalen, dan wil het rijkeluiszoontje S. niet onder doen. Hij vertelt hoe hij met een vriendje appels heeft gestolen bij de molenaar.

Franz Kromer gaat hem dan chanteren: de molenaar heeft twee mark uitgeloofd om de daders te kunnen pakken. Nu eist Kromer dat geld van S! S. durft niet op te biechten dat hij gelogen heeft; aan de andere kant bezit hij geen pfennig! Kromer gaat hem chanteren.

Zo wordt S. de “schaduwwereld” ingetrokken. Hij steelt geld uit zijn spaarpot en later van de dienstbode; moet karweitjes voor Kromer opknappen, enz. Het gaat van kwaad tot erger.

Tegelijkertijd ervaart S. ook een heimelijk genot: Zijn vader, heer van de lichte, ordelijke wereld, heeft geen macht meer over hem! Er is iets vreselijks, wat hij niet weet!

Op school is een nieuwe leerling gekomen: Max Demian.

Een al wat oudere jongen, die zich onderscheidt van de anderen. Hij is onafhankelijk, zelfbewust van toon, volwassen voor zijn leeftijd.

Op een dag geeft Demian zijn versie van het Kaïn-en-Abel verhaal: Kaïn was een getekende, een man met moed en karakter, waar anderen bang voor waren. Kaïn was geen slechterik, maar een sterke, die een zwakke heeft doodgeslagen. De bangeriken durfden geen wraak te nemen, want, zo zeiden ze, God heeft hem getekend!

De wereld van het kwaad, in een ander daglicht geplaatst! S. denkt terug aan het moment dat hij macht voelde over zijn vader: even had hij de lichte wereld doorzien en veracht! Hij had het teken en het was geen schande!

Vele roddels doen de ronde over Demian.

Kromer blijft zijn kwelgeest. Op een dag fluit hij hem en beveelt hem voortaan zijn zus maar eens mee te nemen. S. wordt nu gek van angst.

Dan duikt Demian op: Hij heeft S.’s angst gezien en peutert wat informatie los over Franz. Na een aanvankelijke suggestie van doodslaan, belooft hij S. het wel even in orde te zullen maken.

Zo wordt S. verlost van zijn kwelduivel. Nog één keer komt hij hem tegen, maar dan is het Kromer die in elkaar krimp en ‘m smeert.

Thuis ontstaat nu weer ruimte om e.e.a. op te biechten.

Het contact met Demian ebt weg, tot ze een paar jaar later samen op catechisatie zitten.

Demian speelt het klaar naast S. te komen zitten en toont zijn macht over de dominee. Als hij deze strak aankijkt, echt iets wil of niet wil, dan lukt dat altijd!

Demian geeft nog een andere interpretatie van een bijbelverhaal: Op Golgotha, waar Jezus gekruisigd werd, toont een van de misdadigers op het laatste moment berouw: Demian noemt dat een bijzonder laffe daad!

Die andere misdadiger is tenminste trouw aan zichzelf, tot het einde toe!

Met het prijzen van God als liefdevolle vader eren we een halve wereld, zegt Demian: de officiële helft. Ook die andere, ontkende, in de schoenen van de duivel geschoven helft, is ‘heilig’! We moeten dan ook een god creëren die ook de duivel in zich bergt!

S verlaat zijn geboortestadje om naar het gymnasium te gaan, intern in een jongenspensionaat. Daar leidt hij een geïsoleerd bestaan. Hij voelt zich ongelukkig daar, en ook thuis, in de vakanties. Hij raakt ver af van zijn innerlijk, gaat veel drinken, enz. Hij walgt van zichzelf, na weer een nacht van zuipen, maar desondanks geniet hij ook van die zelfkwellingen.

De ontmoeting met een meisje – geen enkel contact, overigens – brengt een grote ommekeer. Hij noemt haar Beatrice en vereert haar als een godin. “Zij opende voor mij een heiligdom, ze maakte mij tot een biddende in een tempel.”

Hij begint te schilderen – haar portret. “Het leek mij een soort godenbeeltenis of een heilig masker te zijn, half mannelijk, half vrouwelijk, leeftijdloos, zowel energiek als dromerig, zowel verstard als heimelijk levendig.”

Het lijkt op … Max Demian!

S begint aan nog een schilderij: een roofvogel, die doet denken aan de heraldische vogel boven de deur van het ouderlijk huis. Deze sperwer is bezig zich te ontworstelen aan een reusachtig ei. (een beeld uit zijn dromen)

Hij stuurt het beeld aan zijn vroegere vriend, Demian. In een reactie schrijft deze (anoniem): “De vogel ontworstelt zich aan het ei. Het ei is de wereld. Wie geboren wil worden, moet een wereld vernietigen. De vogel vliegt naar God. De God heet Abraxas.” Op dezelfde dag hoort hij zijn docent klassieke talen spreken over Abraxas.

Op een avond hoort hij op een van zijn zwerftochten door de stad uit een kerkje orgelspel. De man speelt vrome muziek, maar niet vroom volgens de gangbare opvattingen. Hij hoort een geheime samenhang in alles wat hij speelt. De organist heeft Pistorius. “U speelt absolute muziek, waarbij je merkt dat er iemand wrikt aan hemel en hel!” Ze sluiten vriendschap en spreken lang en veel met elkaar, over Abraxas.

Nadat hij een bewonderaar – Knauer – heeft weggestuurd heeft hij opnieuw een droom. Hij schildert weer een vrouwenfiguur, een moeder, lijkend opnieuw op Demian, maar ook op hemzelf. ’s Nachts wordt hij uit bed gedreven en redt hij Knauer het leven: hij wilde de hand aan zichzelf slaan.

Na de breuk met Pistorius ontmoet hij in zijn geboorteplaats opnieuw Max Demian. Ook zijn moeder ontmoet hij nu: Frau Eva: de vrouw van zijn schilderij! Ze was tijd- en leeftijdloos, net als haar zoon, vol bezielde wilskracht. In het huis komt S nu heel vaak. Als zoon, broer, maar ook als minnaar. Met andere bezoekers vormen ze in de wereld een eiland van een andere vorm van leven. Alleen gescheiden door een andere visie.

Ze zien als hoogste doel: een volmaakter wakker-zijn. Hun doel: trouw aan de lotsbestemming, geheel zichzelf worden.

De naderende oorlog werpt zijn schaduw vooruit. Demian moet het leger in, later ook S.

De wereld zal vernietigd moeten worden om een nieuwe wereld te laten ontstaan. Een reusachtige vogel ontworstelt zich aan het ei!

Wanneer S roept, echt roept, dan komt Demian (of Frau Eva) Zo ook aan het slot, wanneer hij gewond in een zaal ligt.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen