Boekverslag : Diane Broeckhoven - Bruin Zonder Zon
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1005 woorden.

Het verhaal speelt zich aan het begin van het boek in Nederland en later in Bangladesh af. Als Renu opstaat heeft ze buikpijn. Na het ontbijt staat ze op van tafel en valt flauw. Omdat ze erge krampen heeft gaat ze naar het ziekenhuis. Ze heeft een blindedarm ontsteking. Omdat ze net is geopereerd is ze bang dat ze niet naar Bangladesh kan. Ze wil terug naar haar geboorteland, want 17 jaar geleden is ze daar ter adoptie afgestaan.

6 Januari is het dan zo ver. Ze gaat toch naar Bangladesh. Haar moeder gaat ook mee. Bij het vliegveld aangekomen blijkt dat de anderen van de groep er al zijn. Ze gaan met z’n negentienen. Zeven meisjes zijn geadopteerd en ze hebben allemaal familie mee genomen. Eén meisje is haar opgevallen, zij heet Sahida en is 19 jaar. Ze krijgen ook een reisleider mee en die heet Alexander. In het vliegtuig zit Renu naast Sahida. Ze praten over hun herkomst.

Twee dagen later zijn ze op weg naar Dhaka, de hoofdstad van Bangladesh. Het hotel is heel mooi.

Wanneer ze de volgende dag aan het ontbijten zijn zien ze een klein meisje voor het raam staan. Op het vliegveld hebben ze ook al veel bedelaars gezien en ze kunnen er niet echt goed tegen. Daarom pakken ze hun ontbijt bij elkaar en gaan dat buiten uitdelen.

’s Avonds zijn ze uitgenodigd voor een diner bij de familie Yunus. Na het eten mogen ze vragen stellen over hun adoptie. Dit vinden de zeven meisjes erg interessant en de rest van de groep ook. De meisjes kunnen het alleen niet begrijpen dat de moeders hun kind afstaan.

Een paar dagen later zijn ze op weg naar het kindertehuis van Mother Theresa. Daar bezoeken ze de kleine kinderen. Geen van de zeven meisjes heeft daar voor de adoptie gezeten, maar ze vinden het erg interessant. Wanneer ze dat gezien hebben gaan ze naar het tehuis voor kansloze vrouwen. Vroeger heeft daar een kindertehuis gezeten. Alexander denkt dat dit het tehuis is waar vijf meisjes hebben gewoond voor de adoptie, maar Mira, ook een van die 5 meisje, is er zeker van dat dit niet het tehuis is waar ze gewoond heeft. Ze rijden nog langs wat andere tehuizen maar Mira zegt telkens dat, dat niet het goede tehuis is. Dan rijden ze door naar het Dattapara-kamp. Dat is een vluchtelingenkamp. Als Sahida de naam van het kamp hoort weet ze direct dat, dat het kamp is waar zij gewoond heeft. Ze lopen met z’n allen door het kamp. Een man houdt de groep tegen en vraagt waarom Sahida huilt. Als dit is uitgelegd haalt de man een vrouw op en zegt dat, dat de moeder van Sahida is. De vrouw herkent haar dochter aan het litteken bij haar wenkbrauw. Sahida heeft ook een zusje, Mana, die heel veel op haar lijkt.

’s Avonds in het hotel overleggen ze of het wel de echte moeder van Sahida is, ze besluiten het te onderzoeken.

De volgende dag gaan ze met z’n allen naar het tehuis waar de vijf meisjes gewoond hebben, want meneer Yunus heeft dat tehuis opgespoord. Mira begint te huilen wanneer ze het tehuis ziet, want dit is het. Wanneer ze een rondleiding gehad hebben gaan ze met de bus naar een haven. Ze maken een boottochtje op de Buriganga.

De groep vertrekt voor een trip van 3 dagen naar de Sunderbans, de oerwouden die de Golf van Bengalen omzomen. In de stad Khulna overnachten ze. Ze bekijken een brug die eerst in Zeeland heeft gestaan en in Bangladesh opnieuw opgebouwd is. Achter die brug ligt het geboortedorpje van Prashanti, ook een meisje uit de groep. Prashanti is helemaal blij. Om 7 uur komen ze aan bij Hotel Royal International. Hier zit het vol van de kakkerlakken. ’s Avonds gaan ze de stad bekijken.

Om 5 uur ’s morgens de volgende dag zitten ze alweer in de bus. Met de veerboot gaan ze naar hun bootje. Na 9 uur varen komen ze bij het hertenkamp aan. Hier zijn de meisjes niet echt van onder de indruk. De krokodillen in het water vinden ze wel interessant. Omdat ze het oerwoud niet in mogen, doordat er pootafdrukken van tijgers zijn gevonden, gaan ze naar een andere baai waar beesten vast zitten zodat toeristen kunnen kijken. Daarna varen ze terug. Om 4 uur komen ze in het hotel aan.

Voordat iedereen de volgende dag weer in de bus stapt geven ze eerst buiten de zwerfkinderen wat eten en kleding. Ze gaan naar New Market om cadeautjes voor thuis te kopen. Daarna rijden ze door naar een souvenirs winkeltje. Wanneer een paar de winkel weer uit komen zien ze dat de rest weg is. De bus komt er net weer aanrijden. De chauffeur verteld dat de rest van de groep in het hotel is. De geheime politie heeft Alexander en Polash, een gids, mee uit de bus genomen. De rest is mee gegaan naar het hotel. De moeder van Sahida heeft waarschijnlijk de geheime politie gestuurd om te kijken of de meisjes nog wel in Bangladesh zijn.

Op vrijdag mogen ze uitslapen, want het is de rustdag van de moslims. Bij het ontbijt zien ze dat de politie er weer is. De moeder van Sahida is een paar keer in paniek bij het hotel gekomen. Als Renu naar haar kamer loopt, komt Sahida er huilend aan lopen. Ze verteld dat de vrouw echt haar moeder is, want ze wist allemaal kleine details van Sahida. Ook weet Sahida nu dat ze geen 19 is, maar 21. Haar moeder en zusje zullen de laatste dagen bij hun in de groep komen. Sahida is ook tante want haar zusje heeft een zoontje van een paar weken oud.

De laatste dag in Bangladesh moeten ze hun laatste geld opmaken. Renu koopt een sari. Er is een afscheidspartijtje bij de familie Yunus. Ze hebben afgesproken dat ze in Bengaalse kleding komen. Na het etentje gaan Sahida en Renu voor de laatste keer nog eventjes winkelen in Bengaalse kleding als echt Bengaalse vrouwen.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen