Boekverslag : Jan Wolkers - Vivisectie
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 599 woorden.

Jan Wolkers is geboren op 26 oktober 1925. Hij weigerde diverse prijzen zoals deLiteratuur Prijs van Amsterdam (1966), de Constantijn Huygensprijs (1982) en de P.C.Hooftprijs (1989). Enkele boeken van hem zijn: Het kruipend gedeelte des aardbodems (1998, rede), Omringd door zee (1999, columns), De spiegel van Rembrandt (1999).



Waar en wanneer?



Het verhaal speelt zich af in de omgeving van Leiden en Den Haag op de dag dat de 2e wereldoorlog in Nederland begint: 10 mei 1940.



Wie?



De hoofdpersoon is de ik persoon. De ik is ongeveer 17 jaar, hij is een natuurvriend. Hij is een beetje vreemd omdat hij wreed is met dieren terwijl hij juist een natuurvriend is. Hij heeft bewondering voor zijn broer en is bang voor diens dood. Zijn vader gelooft maar hij heeft zijn twijfels over het geloof. Hij is bezorgd om zijn moeder.



Wat?



Ik hoor niets. Ook geen kraken van de gewrichten van mijn broer die normaal 100 kniebuigingen maakt. Ik hoor doffe plofjes als bij vuur werk. Er is oorlog. Ze gooien parachutisten af. Mijn broer kijkt in de spiegel. Er is een explosie. De spiegel trilt. Voor me verbrokkelt het beeld van mijn broer door de trillende spiegel. Hij loopt weg, ik weet dat hij nooit meer terug zal komen. Beneden zie ik mijn vader de vliegtuigen uit de lucht bidden. In de tuin spring ik op het kolenhok. Ik druk tegen het lijkje van een hazelworm. Ik laat me vallen in het onkruid en loop langs de rails waar normaal het trammetje rijdt. Ik ga naar het Laboratorium. Er staat een auto. Het lijk van een soldaat komt eruit. Ik loop weg. Ik weet dat mijn broer in de auto ligt. Ik durf het niet aan mijn ouders te vertellen.



Het einde



Het verhaal heeft een open einde. Je weet niet of de broer dood is want er zijn geen bewijzen voor, alleen vermoedens. Je weet ook niet hoe de ouders reageren op het nieuws dat hun zoon dood is.



Hoofdstukken



Het verhaal bestaat niet uit hoofdstukken maar uit verschillende alinea's. De alinea's lopen goed in elkaar over maar hebben verschillende lengtes.



Het perspectief



Het verhaal is in een belevend ik perspectief geschreven. Dat vind ik vervelend omdat je pas in het midden van het verhaal er achter komt, dat de ik een jongen is. Doordat het verhaal wordt verteld door een belevende ik persoon, is het ook moeilijker om goed te begrijpen dan een boek, dat is geschreven in een ander perspectief.



Vooruitwijzingen en flashbacks



Er zijn in dit verhaal veel vooruitwijzingen naar de dood van de broer, bv: De vreemde laarzen met de rijen glimmende gespen als een leger kevers die een leeggegeten kadaver ontvluchten er onder en: Voor me verbrokkelt het beeld van mijn broer door de trillende spiegel. Er zitten ook flashbacks in het verhaal, bv het stuk over de broer die stram en rechtop liep tussen die andere die maar wat voort sukkelde. Die flashback gaat door tot: maar niemand roept: aahh! Reg. 51. Er is een onderbroken chronologie in het verhaal.



Symbolen



In het verhaal worden symbolen gebruikt. Deze symbolen zijn een vooruitwijzing naar de dood van de broer. Een voorbeeld is: Voor me verbrokkelt het beeld van mijn broer door de trillende spiegel.



Thema's



Het thema's van dit verhaal zijn oorlog en dood.



Mijn mening



Ik vind dit geen goed verhaal. Doordat het in een ik perspectief is geschreven is het verwarrend en lastig te lezen. Het verhaal gaat heel veel over de dood en oorlog. Ik vind dat dat teveel wordt benadrukt. Ik zou het verhaal leuker hebben gevonden als het in een ander perspectief was geschreven en de dood en de oorlog minder werden benadrukt.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen