![]() |
Boekverslag : Tsafrira Levy - Schaduw Van Schande
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1460 woorden. |
Bibliografie Gelezen druk: 1e druk De illustrator van dit boek kon ik helaas geen informatie over vinden mijn excuses daarvoor. Samenvatting Samenvatting: De hoofdpersoon in dit boek is Tamar. Tamar was de eerste dochter van koning David. Ze was heel mooi en veel mannen wilden er met haar trouwen. Haar vader, de koning, zou uitkiezen wie dat zou worden. Zelf dacht ze nog helemaal niet aan trouwen, al droeg ze al wel ‘de gestreepte jurk’ dat was het symbool van haar maagdelijkheid en haar huwbare leeftijd. (Er wordt niet echt verteld hoe oud ze is maar volgens mij een jaar of 16/17.) Ze was een vrij rustig meisje, niet echt bang en verlegen, maar ze stond ook niet graag vooraan. In de loop van het verhaal wordt ze steeds onzekerder en banger door de gebeurtenissen. Ikzelf vind haar erg dapper omdat ze, ondanks dat ze zoveel mee maakte toch door bleef zetten. Tamar was de dochter van een van koning Davids bijvrouwen. Omdat er zoveel bijvrouwen waren, had ze ook een heleboel (half)broers en zussen. Haar probleem was dat de oudste zoon van koning David (Amnon) verliefd werd op Tamar. Zij vond hem helemaal niet aardig, en trouwens als je broer en zus was trouwde je niet met elkaar. Haar vader was nog steeds op zoek naar een geschikte huwelijkskandidaat, maar Amnon verkrachtte Tamar. Nu ze ontmaagd was, had ze geen kansen meer om eervol te trouwen. Haar echte broer (Avshalom) vertelde ze wat er was gebeurd en die beloofde wraak te nemen, maar dat deed die alleen maar als het hemzelf uitkwam, want hij en Amnon waren in strijd over wie later het koningsschap over zou nemen. Eindelijk twee jaar later, (waarin Tamar alleen nog maar binnenzit met haar trouwe slaaf Ashmir, een beer van een vent met het verstand van een vijfjarige) doodde Avshalom Amnon. Maar in plaats dat iedereen blij was, verkoosde een stel Tamar als de schuldige. Zij zou, volgens hem, Amnon hebben verleid. Tamar kon de schande niet meer aan. Ze zag na zeven jaar Azania terug. (Hij en zijn tweelingbroer Zimiri, die nu geitenhoeder is, waren toen haar beste vrienden.) Azania hielp Tamar en Ashmir vluchten uit het paleis, want Tamar kon niet meer tegen de schande. Eerst wouden ze naar Geshur gaan, maar omdat daar soldaten van haar vader zaten die haar zochten, gingen ze naar fort En Gedi. Daar was een bruiloft aan de gang en tegen mensen onderweg, die hun niet vertrouwden, zeiden ze dat ze daar naar toe gingen. Na een paar spannende dagen in de woestijn door gebracht te hebben met weinig eten en drinken kwamen ze een jongen tegen met een valk. Tamar was verkleed als herdersjongen en zei Nakam te heten en dat Ashmir Domia heette en stom was, dan kon hij zich ook niet vergissen. Ze werden immers gezocht. Tamar en de valkenjongen gingen weer uit elkaar, maar voordat ze fort En Gedi bereikten kwamen ze elkaar weer tegen. De jongen moest ook naar de bruiloft, hij was de neef van de bruid, en dus gingen ze het laatste stuk samen. Uit een gesprek kwam Tamar erachter dat de jongen Zimiri heette en ze vertelde hem wie ze eigenlijk was. Ze was natuurlijk nog heel bang voor mannen maar Zimiri kon ze vertrouwen, hij deed haar niets. Op de bruiloft zei hij tegen iedereen dat ze een neef van hem was en Ashmir haar stomme vriend. Tamar werd verliefd op Zimiri maar ze wist niet hoe ze daar mee om moest gaan, want ze was erg bang voor dezelfde ‘liefde’ als dat ze van Amnon had gekregen, ruim twee jaar geleden. Zimiri gaf toe dat hij van haar hield en, alleen als ze het zelf ook wou, met Tamar wou trouwen. Ze wou wel, want hij was zo lief. Zimiri wou haar geen pijn meer doen, want hij hield echt van haar. De vader van Zimiri was een goede vriend van koning David en kreeg het voor elkaar dat ze zijn toestemming kregen om te trouwen. Voor het eerst in lange tijd was Tamar weer een beetje gelukkig, de diepe wonden werden littekens en zij en Zimiri kregen kinderen die dit verhaal nog ver doorvertelden… Wat er verder nog gebeurde: Via Azania, nu dus Tamars schoonbroer, werd Tamar op de hoogte gehouden van het nieuws uit het paleis van haar vader, de koning. Azania was inmiddels legerofficier geworden. Toen het nieuws kwam dat Avshalom terug was uit Geshur beroerde het Tamar nauwelijks. Hoe kon ze ook nadat ze had gehoord dat hij het leven van tien koningsvrouwen had verwoest net zoals Amnon dat lang geleden ook bij haar had gedaan? Eigen mening: Ik vond dit een spannend en erg mooi boek. Ik heb het boek van dezelfde schrijfster ook gelezen. (‘Hadassa: van maagdenhuis tot avondgeschenk’’) Het verband tussen die twee boeken was, dat ze allebei in de geschiedenis afspeelden. De gebeurtenissen waren verassend en zò beschreven dat ik helemaal meeleefde in de pijn en het verdriet dat Tamar moest voelen. Het boek begint met de vlucht en daarin denkt Tamar terug aan wat ze heeft meegemaakt. Daarna gaat het gewoon verder. Ik denk ook dat het daardoor komt dat, toen ik eenmaal begonnen was met lezen, ik het in een keer uitgelezen heb. Er zaten geen moeilijke woorden in ofzo, maar omdat het in Israël afspeelde waren de namen soms verwarrend en haalde ik ze soms door elkaar. In het verhaal waren nog meer dingen waarover ik wou vertellen in mijn samenvatting maar dan zou het te moeilijk worden om te begrijpen mede door die Israëlische namen. Daarom heb ik vrij veel weg moeten laten. Maar de belangrijkste gebeurtenis was toch die keer dat Amnon Tamar verkrachtte. Daardoor was immers het verhaal zoals het was. Zonder die gebeurtenis zou Tamar Zimiri nooit zijn tegen gekomen maar met een of andere buitenlandse koningszoon getrouwd zijn. Maar zonder die gebeurtenis zou Tamar ook een heleboel verdriet bespaard zijn gebleven. Dit boek is volgens mij bedoeld als ontspanning maar (ik kijk hierbij ook naar het boek Hadassa) ik denk dat deze schrijfster, Tsafrira Levy, ook je iets duidelijk wil maken over meisjes in de geschiedenis. Het boek Hadassa gaat over een meisje dat uitverkoren wordt om een jaar naar het maagdenhuis te gaan omdat ze erg mooi is. Na dat jaar zal ze een nacht bij de koning moeten slapen en de koning zou dat jaar zijn nieuwe koningin kiezen. Hadassa moet liegen over haar Joodse afkomst en ze moet Ester heten. De koning kiest haar uit als zijn nieuwe konigin. Maar op een dag besluit de koning alle joden uit te roeien omdat ze niet willen buigen voor zijn afgoden. Dan verteld Hadassa hem van haar afkomst… (en de rest moet je zelf maar lezen!) Over de schrijfster: Tsafrira verteld het volgende over zichzelf: “ik ben in 1951 in Israël geboren en ik heb tot mij achttiende in een kibboets gewoond. Dit betekent dat ik vanaf mijn geboorte niet bij mijn ouders heb gewoond, maar met leeftijdgenoten in een groepshuis (nu is het gelukkig anders). Ik zag mijn ouders wel iedere dag een paar uur. Mijn vader is in Duitsland geboren en is op zijn dertiende met zijn ouders en zijn zus naar Israël gegaan. Hitler was toen al een jaar aan de macht en zijn vader was ontslagen, omdat hij een jood was. Mijn moeder is in België geboren en is op haar elfde met haar familie uit Brussel gevlucht, toen de Duitsers België binnengevallen waren. Zij zijn via Frankrijk, Spanje en Portugal uiteindelijk naar Engeland gegaan en daar de rest van de oorlogsjaren gebleven. Na de oorlog deed mijn vader vluchtelingenwerk in Europa en zo heeft hij in Brussel mijn moeder leren kennen. Na de middelbare school ben ik twintig maanden in de millitaire dienst geweest en in die tijd heb ik in mijn vrije uren voor mijn eindexamens gestudeerd, omdat we dat in de kibboets niet mochten om ideologische redenen. Leren om cijfers te halen was uit den boze in de kibboets (nu is dat gelukkig anders). Na millitaire diens heb ik de kibboets verlaten en ben ik in Tel-Aviv gaan studeren (psychologie, filosofie en een jaar film en televisie), waar ik mijn huidige (nederlandse) man heb leren kennen. Mijn studie psychologie en filosofie heb ik in Groningen afgerond. Ik woon vanaf mij vijfentwintigste in Nederland en heb drie kinderen: een dochter en twee zoons. Naast schrijven werk ik parttime als psychotherapeute met voornamelijk ex-verslaafden, mensen die vaak een ellendige jeugd hebben gehad. Schrijven doe ik sinds ik het kan, eerst in mijn moedertaal Hebreeuws (o.a. vijf jaar freelance journaliste voor een Israëlische krant die nu niet meer bestaat), later in het Nederlands. Ik maak af en toe nog taalfouten, maar ik voel me doorgaans al redelijk thuis in deze ‘pleegmoeder’taal. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |