![]() |
Boekverslag : Hannes Meinkema - En Dan Is Er Koffie
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1893 woorden. |
Auteur: Hannes Meinkema Titel: En dan is er koffie Druk: 16e Uitgever: Contact Plaats: Amsterdam Jaar van Uitgave: 1993 Jaar van eerste Druk: 1976 Aantal Pagina’s: 166 Analyse: Perspectief: Dit Verhaal is in een personaal perspectief verteld. Motieven: Dit verhaal heeft verschillende motieven waaronder: 1. De liefde tussen Douwe en Rosa 2. De burgerlijkheid van Rosa’s ouders 3. De onderdanigheid van Cora t.o.v. Jaques Verklaring Titel: De titel “En dan is er koffie” verwijst naar de burgerlijkheid van Rosa’s ouders. Ze kan er niet tegen hoe sterk haar ouders via regeltjes leven. Genre: Dit boek valt denk ik onder twee soorten genres. De ene is denk ik psychologisch, want er wordt de hele tijd in de gedachten van Rosa gekeken. Een subgenre is denk ik liefde. Er wordt ook veel aandacht aan de relatie van Rosa en Douwe besteed. Tijd: Het boek wordt in een week verteld. De hele week wordt uitgekeken naar de verjaardag van Jaques. Het wordt chronologisch verteld. Er komt naar mijn weten maar één flashback verteld en dat is dat Jaques even ging kijken of Rosa haar beugel in had. Ruimte: De ruimtes zijn telkens anders. De ene keer speelt het verhaal zich bij Rosa thuis af en de andere keer weer bij Cora en Jaques. Dit verschilt omdat er verschillende personages uitgediept worden. Thema: Het thema is gelijk aan het genre I Indeling: Het boek is in zeven hoofdstukken ingedeeld. Elk hoofdstuk geeft een dag uit het leven van verschillende mensen weer. Personages: Rosa Verburght: Rosa is de hoofdpersoon van deze roman en maakt vele ontwikkelingen mee. Rosa is een vrouw waarvan ik de leeftijd niet weet, omdat het er niet in vermeld staat. Ze geeft les op een school. HAVO wel te verstaan. Rosa leeft samen met Douwe maar deze relatie is nog al vaag. Rosa heeft geen prettige jeugd meegemaakt. Haar vader was voor haar een kwelgeest. Vroeger had ze een beugel in en controleerde haar vader of ze hem wel in had. Dit deed hij door als zij sliep even in haar mond te voelen. Zij kon hierdoor natuurlijk nooit slapen, maar ze had niet het lef om in zijn vinger te bijten. Zie bladzijde 90. De relatie met haar moeder is ook al niet geweldig. Zij vindt haar moeder veel te burgerlijk. Vooral de kopjes koffie die ze krijgt staan daarin centraal. Ze heeft als achternaam Verburght maar dat is niet direct op te maken uit het verhaal vind ik. Op blz. 130 kom je pas erachter dat haar vader Verburght heet. Rosa is niet het type vrouw dat zich braaf aan allerlei regeltjes houdt. Ze rookt graag wat weed en drinkt er ook lustig op los. Vooral met Douwe laat ze zich helemaal gaan. Rosa is een flat character denk ik, omdat je wel veel te weten komt in het begin van het boek maar daarna eigenlijk niet meer. Douwe: Douwe is de zogenaamde levenspartner van Rosa. Douwe heeft ook wat met een ander meisje genaamd Louise. Dat is vooral in het begin nogal vaag. Douwe rookt ten alle tijde weed en drinkt graag alcohol. De leeftijd van Douwe moet je gokken. Dit is net als de rest van de personen. Douwe is net als de rest ook een round character. Alhoewel hij een round character is kom je niet zo gek veel te weten over Douwe. Met alle mannen is dat eigenlijk zo. Over de vrouwen kom je veel meer te weten. Cora: Cora is de moeder van Rosa. Ze is een onderdanige vrouw, vooral tegenover haar man Jaques. Ze is een vrouw die van antiek houdt maar het hele huis is ingericht volgens de stijl van Jaques: modern. Zij vindt het zeer jammer dat de relatie met Rosa niet zo goed is. Jaques vindt haar te dik (blz. 17 “Jaques...moeten slapen?”. Wat op zich ook vreemd is omdat hij notabene zelf veel te dik is. Jaques: Jaques is de vader van Rosa. Hij is een huisarts. Hij is een beetje de “slechterik” in het verhaal. Hij is geen ruimdenkend mens. Hij blijft koppig bij zijn eigen ideeën en duldt dan ook geen tegenspraak. Toen Rosa klein was en een beugel droeg moest hij ook altijd even voelen of ze hem wel in had gedaan. Zo’n vertrouwen heeft hij dus in haar. Jaques is een dikke en kale man. (blz. 17) Jaap: Jaap is de broer van Rosa. Ik vind hem niet zo’n sympathieke man omdat hij veel op Jaques lijkt. Vooral zijn gedachten over vrouwen heeft hij van Jaques. Josien Zegers: Josien is de man van Jaap. Ze is een heel onzeker persoon die denk ik alles pikt wat andere mensen bij haar doen. “Heb je m’n schoenen al gepoetst”, vraagt Jaap bijvoorbeeld. Ze krijgt van Meinkema ook allemaal pukkels op haar gezicht. Arja: Arja is de zus van Rosa. Ze is geen aantrekkelijke vrouw: “Weinig onderhuids vetweefsel, aan de bovenkant tenminste.” Hiervan worden nog meer voorbeelden genoemd. Vooral Jaques kan haar niet uitstaan. Ze is ook nog lang niet volwassen. Ze heeft volgens Rosa nog geen idee wat seks inhoudt. Samenvatting: Het boek gaat in grote lijnen over Rosa (26 jaar) en de problemen die zij allemaal meemaakt. Vooral de problemen die ze met haar ouders heeft staan centraal in dit boek. De band met haar vader is niet goed. Ze ziet hem als een man die denkt dat vrouwen een bezit van de mannen zijn. De onderdanigheid van Cora (de vrouw van Jaques) blijkt onder andere aan de inrichting van hun huis: "Ze houdt van antiek. Jaques niet, hun huis is helemaal modern ingericht." Echter, bij Jaap en Josien komt dit nog sterker naar voren: "De telefoon gaat. "Ja met Josien Zegers," zegt ze zonder er bij na te denken. Het is even stil aan de andere kant van de lijn. "Ben jij dat Josien?" zegt de stem van Jaaps vader. Ze schrikt zich rot. Ze realiseert zich dat ze Jaaps verbod om de telefoon op te nemen heeft overtreden. En dat het juist zijn vader is, ..." De liefdesrelatie met Douwe wordt ook uitvoerig beschreven. In het begin is dit allemaal vaag maar langzamerhand wordt het allemaal duidelijk. Rosa geeft les op een school waar ze zich helemaal niet thuis voelt. blz. 139 “Ze ziet te veel mensen, dat is de fout. De hele dag lollig wezen voor de klas en op d’r hoede in de leraarskamer en ironisch tegen d’r kennissen. Dat gaat zo maar door, dat houdt maar niet op.” Dit geeft goed weer hoe ze over het leven denkt. Ze is ook vaak dronken en stoned. Dat is op zich een tegenstrijdig iets, omdat ze iedereen en alles haat. Ik denk dat zij dus degene is die anders is. Rosa verandert niet zo veel in het verhaal. Het hele verhaal draait om een week. De hele week wordt naar de verjaardag van Jaques toegeleefd. Rosa heeft hier helemaal geen zin. Ze vindt al dat burgerlijke gedoe maar niets. De week begint al goed, want ze zegt in het begin: “O jezus, wat een begin van de nieuwe week. Daar had je ellende alweer in volle vaart. Eén zo’n lullig telefoongesprekje en haar hele morgen is verpest. Het is verdomme pas maandag, er zit nog een hele week tussen, en toch heeft ze nu al buikpijn bij ‘t idee dat ze zondag naar huis moet.” Dit geeft goed weer hoe je het idee krijgt dat Rosa overal schijt aan heeft. Eigenlijk treden er bij Rosa niet zo veel veranderingen op in de loop van het boek. Eigen Mening Het boek was prettig om te lezen, er zaten niet echte onbegrijpelijke stukken in. Behalve het begin, het was even puzzelen wie nou wie was. Toch werd dat al snel duidelijk. Op dat opzicht was het een prettig boek. Ik vond het ook een prettig boek om te lezen omdat het telkens oversprong op een andere situatie. Dat was in het begin nogal onwennig, maar verder in het boek ben je al niet meer anders gewend. Een nadeel hiervan is dat je telkens overspringt op een andere situatie en in het begin weet je nog niet wie wie is. Het taalgebruik zat ook wel in orde alhoewel ik niet het idee kreeg dat ik ervan geleerd heb, als het het taalgebruik betreft. Er werden veel gedachten en gevoelens beschreven, wat af en toe een beetje langdradig werd. Het was wel een realistisch boek omdat het de realiteit weergeeft van de jaren zeventig. Meinkema gebruikt ook grove taal en dat houdt je wel wakker denk ik. (blz. 5 ‘stelletje klootzakken’) er wordt bijvoorbeeld ook uitvoerig hoe Rosa en Douwe vrijen. De hoofdpersoon heeft het in dit boek niet makkelijk. Ze heeft een zwaar leven. Ze drinkt en rookt er op los. Dit gebeurde in die tijd natuurlijk ook. Ik vond het onderwerp ook wel interessant, de burgerlijkheid van alle mensen. Het grappige hiervan vind ik dat Rosa de enige is die anders is dan de rest. Eigenlijk is heeft iedereen wel dat ene stukje burgerlijkheid in zich. Vooral in deze tijd komt het steeds vaker voor. Dit boek heeft me eigenlijk aan het denken gezet, want eigenlijk leef ik ook wel een beetje zo. Maar mijn mening hierover is niet veranderd. De gebeurtenissen komen wel een beetje geloofwaardig over. Het zijn immers dingen wat ook echt gebeurd zou kunnen zijn. Rosa vond ik wel een beetje voorspelbaar worden, want ze reageerde soms op dingen waarvan je eigenlijk het antwoord al wist. (haar moeder vroeg haar om eerder thuis te komen). Het is wel een origineel onderwerp, ik ben het nog nooit eerder tegengekomen. Reactie op recensie: Ik ben het in grote lijnen eens met de schrijver van de recensie. Alleen hij geeft Een voorbeeld over figuren in de roman die niet ertoe doen. Hij noemt als voorbeeld Louise. Als Meinkema dit soort figuren er niet in doet wordt het een (te) makkelijk Verhaal. Hierdoor moet je je aandacht vestigen op het verhaal om te kijken wat nu wel En wat nu niet belangrijk is. Hij geeft ook een voorbeeld over Josien. Dit is wel een leuk voorbeeld, hier Ben ik het ook wel mee eens. Lijst van secundaire literatuur Ik heb op het internet gekeken naar wat samenvattingen om te kijken of ik het boek juist heb begrepen. Ik kon echter niets vinden. Ik denk dat het niet zo’n geliefd boek is dan. Het boek Op Niveau heb ik gebruikt om te kijken of het wel een leuk boek is. Het leek me wel een leuk boek dus besloot ik het te lezen. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |