Boekverslag : Hella S Haasse - Oeroeg
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 3448 woorden.

Gegevens

Auteur: Hella S. Haasse (H.S. van Lelyveld-Haasse; geboren 1918 in Batavia, Java).
Titel: Oeroeg.
Uitgeverij: Uitgeverijen Singel 262 i.s.m. Em. Querido's Uitgeverij B.V., 1948.
Aantal pagina's: 91 of 122
Opmerking: Verfilmd, oorspronkelijk uitgegeven als Boekenweekgeschenk.

Samenvatting

Het verhaal wordt verteld door de zoon van een Nederlandse administrateur die vriendschap heeft gesloten met de Indische jongen Oeroeg. Zij groeien samen op van baby tot jongeman, omdat de moeders vriendschappelijk met elkaar omgaan; de Hollandse vrouw heeft in de nabijheid geen contact met sekse- en rasgenoten.
Daar komt bij dat zij en de mandoersvrouw (Sidris) tegelijk zwanger zijn. De jongenstrekken er samen op uit, spelen, ravotten, vechten. Toch zijn er in de jeugdperiode al verschillen tussen de oosterling en de westerling (het thema van dit boek) op te merken: Oeroeg uit zijn vreugde nauwelijks en hij neemt tegenover dieren een ander standpunt in. In hun fantasiespelletjes genieten ze zeer, meestal thuis bij Oeroeg. De vader van 'ik' juicht de omgang met de Indische jongen niet toe: De jongen hoort niet in de kampong. Hij spreekt geen fatsoenlijk woord Hollands. Hij wordt je reinste Katjang.' Een employ‚ moet 'ik' Nederlands leren en verder onderwijzen. Oeroeg ziet het zwijgend aan. Na enige tijd moet 'ik' de lagere school bezoeken in de stad en ging iedere dag met de trein. Als er gasten zijn bij de Nederlandse administrateur, wordt er een rit gemaakt naar Telaga Hideung, het Zwarte Meer, dat in het fantasiespel van Oeroeg en 'ik' steeds een grotere rol speelt; er waren namelijk geheimzinnige verhalen waren over het meer in omloop. 'Ik' mag mee naar het meer, Oeroeg is er vanzelfsprekend niet bij, wel zijn vader, Deppoh, die de weg moet wijzen en het vlot moet bomen samen met Danoeh, de tuinman. Het wilde spel van de Nederlanders op het oude bamboevlot eindigt ongelukkig: een gedeelte ervan breekt af. Deppoh, die 'ik' tracht te redden, is vastgeraakt in de waterplanten en verdrinkt. Sidris verhuist naar een dessa hoger op de berg, maar als Oeroeg later naar de Hollands-Indische school te Soekaboemi mag, komt hij weer beneden wonen; de vader van 'ik' betaalt de schoolopleiding.
Samen met 'ik' reist hij elke dag heen en weer. Oeroeg wordt al een persoonlijkheid in de dessa. 'Ik' voelt ten aanzien van Oeroeg nog geen verschil in ras en rang.
De moeder van 'ik' gaat voor onbepaalde tijd op reis (vanwege een verhouding met Bollinger, de employ‚ en onderwijzer). Gerard Stokman, de nieuwe employ‚ verschijnt in het leven van Oeroeg en 'ik'. Deze avonturier neemt de jongens mee op de jacht op wilde varkens, waarbij Ali, de koelie, allerlei verhalen vertelt. Op een avond deelt de vader van 'ik' hem mee dat hij op reis gaat. 'Ik' moet in Holland verder studeren op een kostschool; een scheiding met Oeroeg lijkt onvermijdelijk, maar er komt uitstel. Op de verjaardag van 'ik' heeft de vader Oeroeg niet uitgenodigd: 'Voor het eerst in mijn leven werd ik me van volle bewust van het feit, dat Oeroeg in de ogen van de anderen een 'inlander' was.' Met Gerard bepraat 'ik' zijn probleem. Enige tijd later komt 'ik' in Soekaboemi wonen bij Lida, 'een vrouw van onbestemde leeftijd'. Oeroeg blijft hij ontmoeten in spijbeluurtjes, Lida laat Oeroeg bij haar thuis komen en spoedig daarna verhuist hij voorgoed naar het pension. Lida is het, die Oeroeg vooruit wil helpen om zich verder te ontwikkelen; hij wordt arts. De vader van 'ik' komt na ruim een jaar weer terug: Hij had een nieuwe vrouw meegebracht. Met deze, Eugenie, kan 'ik' niet goed opschieten. 'Ik' gaat in Batavia, waar Lida en Oeroeg reeds wonen, op de HBS (internaat). 'Ik' bezoekt ze geregeld. De jongens, in hun puberteitsjaren, komen ook in aanraking met meisjes, meestal zusters van Oeroegs vrienden. Bij het meisje Poppie thuis leren ze dansen. De twee praten veel, over de meisjes, de films en hun toekomst. Later komt Oeroeg, nadat Lida heeft gemerkt dat hij haar kamerbewoonsters, zij is nog steeds verhuurster, regelmatig bezoekt, ook op het internaat. In de vriendschap komt enige verwijdering, doordat Oeroeg veel omgaat met Abdullah Haroedin, een Arabische jongen die ook naar de NIAS zal gaan in Soerabaja. Oeroeg schrijft weinig tijdens z'n verblijf daar, maar de studie vlot goed. Daar, in Soerabaja, wordt Oeroeg de zelfbewuste inlander die hij moest worden: Hij bekritiseerde de gouvernementsregelingen op medisch en hygienisch gebied. Ook Lida verhuist naar Soerabaja en schrijft aan 'ik' brieven. 'Ik' vertrekt naar Holland om in Delft voor ingenieur te gaan studeren. Van Oeroeg en Lida neemt hij afscheid; de verwijdering tussen de twee vrienden is groter geworden: 'Ik heb veel contact - met gelijkgezinden. Er is veel te doen [zegt Oeroeg].' 'Ik' begrijpt hem niet, later in de ontmoeting wordt hem alles veel duidelijker, als Oeroeg hem antwoordt: 'Ik heb jullie hulp niet nodig, ik ga niet bij het Nederlandse gouvernement.' Als 'ik', na zijn studie voltooid te hebben, terugkeert in Indië, is de nationale geest veel sterker: de politionele actie breekt uit. 'Ik' ontmoet Oeroeg bij het meer, Telaga Hideung. De inlander staat voor hem met een getrokken revolver: 'Ga weg,' zei hij in het Soedanees, 'ga weg, anders schiet ik. Je hebt hier niets te maken.' De strijd is hard, meedogenloos en onpersoonlijk. 'Was het werkelijk Oeroeg? Ik weet het niet. Oeroeg zal ik nooit meer ontmoeten. Ik kende hem, zoals ik Telaga Hideung kende - een spiegelende oppervlakte. De diepte peilde ik nooit.'

Beschrijving en ontwikkeling van de karakters

 Ik-figuur:
De ik-figuur is gedurende lange tijd bevriend met de inlandse Oeroeg. Ondanks de verschillen in afkomst, ziet de ik-figuur Oeroeg als zijn gelijke. Na de lagere school gaat de ik-figuur naar het internaat van de HBS in Batavia. In deze periode beginnen Oeroeg en hij uit elkaar te groeien. Dit betreurt hij zeer. De relatie met zijn ouders is niet bijzonder goed, Oeroeg is zijn enige vriend. De ik-figuur is een rond karakter.

 Vader:
De vader van de ik-figuur is een drukke zakenman. Hij is administrateur. Vader heeft weinig contact met zijn zoon en bemoeit zich weinig met de opvoeding. Als hij van zijn vrouw scheidt, stuurt hij zijn zoon naar een pension in Soekaboemi. Later hertrouwt hij en krijgt zijn vrouw Eugenie nog twee kinderen. De vader van de ik-figuur is een rond karakter.

 Moeder:
De moeder van de ik-figuur is vaak ziek en verveelt zich op Kebon Djati. Ze heeft een verhouding met meneer Bollinger en vertrekt later met hem naar Europa. De moeder van de ik-figuur is een vlak karakter.

 Oeroeg:
Oeroeg is een inlandse jongen, van dezelfde leeftijd als de ik-figuur. De vriendschap met de ik-figuur verloopt lange tijd goed. Op latere leeftijd krijgt hij grote moeite met de cultuurverschillen. Hij distantieert zich steeds meer van alles wat Europees is en sluit vriendschap met een jongen van Arabische afkomst. Oeroeg studeert voor arts en gaat bij het Rode Kruis werken. Hij is een rond karakter.

 Deppoh:
Deppoh is de vader van Oeroeg. Hij is de mandoer van de administrateur. Hij overlijdt bij de reddingsactie van de ik-figuur. Deppoh is een vlak karakter.

 Sidris:
Sidris is de moeder van Oeroeg. Ze is de vriendin van de moeder van de ik-figuur. Sidris is bijzonder trots op haar zoon, zelfs nadat hij geadopteerd wordt door Lida. Sidris is een vlak karakter.

 Lida:
Lida is de pleegmoeder van Oeroeg. Ze is pensionhoudster in Soekaboemi. De ik-figuur verblijft enige tijd in haar pension en later komt ook Oeroeg er logeren. Lida is een voormalige verpleegster uit Nederland. Ze ontfermt zich over Oeroeg en zorgt ervoor dat hij kan studeren. Ze interesseert hem voor de medische wereld. Lida is een rond karakter.

 Meneer Bollinger:
Meneer Bollinger is de privé-leraar van de ik-figuur. Hij krijgt een verhouding met de moeder van de ik-figuur. Na enige tijd gaan ze samen naar Europa. Meneer Bollinger is een vlak karakter.

 Gerard Stokman:
Gerard vervangt meneer Bollinger. Hij sluit al snel vriendschap met de ik-figuur en Oeroeg. Hij neemt ze vaak mee op expedities en varkensjachten. Gerard is een vlak karakter.

Onderlinge relaties

Oeroeg is de beste vriend van de ik-figuur. Hun moeders zijn tevens goede vriendinnen. De moeder van de ik-figuur krijgt een verhouding met meneer Bollinger. Oeroegs vader is de mandoer van de vader van de ik-figuur. Lida is de pleegmoeder van Oeroeg.

Thematiek

Het thema van 'Oeroeg' is: 'hoe twee vrienden van verschillend ras langzamerhand uit elkaar groeien'. 'Ik' wil zich nu achteraf rekenschap afleggen van zijn verhouding tot Oeroeg: 'Misschien prikkelt mij zijn onherroepelijk, onbegrijpelijk anders-zijn, dat geheim van geest en bloed, dat voor kind en knaap nog geen problemen opwierp, maar dat nu des kwellender schijnt.' Zie ook 'Personages'. Behalve het thema van het rassenverschil is er ook nog een ander gegeven in deze novelle belangrijk: 'de groei naar volwassenheid'. Bij de tocht naar Telaga Hideung begrijpt 'ik' niets van uitbundige plezier van de volwassenen; zijn gedachten zijn geheel bij de wonderlijke verhalen die over het Zwarte Meer ronde doen. Het hele conflict tussen zijn ouders gaat min of meer aan hem voorbij, Oeroeg daarentegen begrijpt er meer van. De liefhebberijen van de jongens bestaan oorspronkelijk uit bijvoorbeeld het verzamelen van postzegels en sigarenbandjes. Later, in Batavia, gelden hun gesprekken vooral over de school, hun kennissen, sport, bioscoop en meisjes. Als zij later nog eens in Kebon Djatih komen, genieten zij niet meer van het landschap en zwemmen in de rivier, omdat zij nu de wereld zien 'met ogen, die niet meer in staat bleken de reële wereld als een wereld van wonderen te zien...
Wij waren geen kinderen meer'.

Hella S. Haasse; biografie en werk

Op 2 februari 1918 wordt Hella (Hélène) S. (Serafia) Haasse in Batavia geboren. Zij is dochter van de concertpianiste Katharina Diehm Winzenhöhler en Willem Hendrik Haasse, die in Nederlandsch-Indië de belastingontduiking bestreed. In 1920 vertrekt het gezin Haasse voor een twee jaar durend verlof naar Nederland.
Op 4 oktober 1921 wordt Willem Hendrik Johannes geboren.
In 1922 keert de familie terug naar Indië, naar Soerabaja. Hier gaat Hella S. Haasse naar de kleuterschool en als zij zes jaar is naar een katholieke lagere school waar zij les krijgt van de nonnen. In 1924 wordt haar moeder ziek en moet opgenomen worden in een sanatorium in Davos. Zij neemt de kinderen mee naar Europa.
Hella woont bij haar moeders moeder in Heemstede en vervolgens in een kinderpension in Baarn. In 1928 is de moeder hersteld van haar ziekte en zij steken weer over naar Nederlandsch-Indië. Na een jaar Bandoeng en een kort verblijf in Buitenzorg, verhuist het gezin naar Batavia, waar Hella naar het lyceum gaat. Daar wordt haar liefde voor de Nederlandse literatuur nog groter.
Na het eindexamen in 1938 vertrekt ze naar Nederland om aan de Gemeentelijke Universiteit van Amsterdam Scandinavische Talen en Letteren te gaan studeren.
De bedoeling is dat het gezin in 1940 in Nederland herenigd zal worden, maar door het uitbreken van de oorlog verloopt alles anders. De ouders worden tijdens de Japanse bezetting van Nederlandsch-Indië gedenterneerd en pas in 1946 zien zij in Nederland hun dochter, inmiddels getrouwd, terug.
In 1941 beëindigt zij haar studie Scandinavische Talen en Letteren en doet toelatingsexamen voor de Toneelschool in Amsterdam. In 1943 doet ze eindexamen aan de Toneelschool en speelt in een aantal voorstellingen. Na haar huwelijk met mr. Jan van Lelyveld in 1944 beëindigt Hella S. Haasse haar professionele toneelactiviteiten. Wel blijft ze teksten schrijven voor het zomercabaret van het Centraal Toneelgezelschap. Ze schrijft ook voor Wim Sonneveld's cabaret en na de oorlog voor dat van Cor Ruys. Op 11 november 1944 wordt het eerste kind van Jan van Lelyveld en Hella Haasse geboren. Het meisje, Chrisje, zal in april 1947 overlijden.
Oeroeg verschijnt anoniem ter gelegenheid van de Boekenweek van 1948. Lezers mogen raden wie de auteur is. In het najaar van 1993 wordt de verfilming van Oeroeg uitgebracht, onder regie van Hans Hylkema. Na de verschijning van Oeroeg volgt een lange lijst literaire producties.
Op 15 december 1947 wordt Ellen Justine geboren, op 8 maart 1951 wordt dochter Marina geboren. In augustus 1981 verhuist Haasse met haar man naar het Franse plaatsje Saint-Witz, vlak bij Parijs. In december ontvangt ze de Constantijn Huygens-prijs voor haar gehele oeuvre. Op 26 juni wordt op het Muiderslot aan Hella Haasse de P.C. Hooftprijs (proza) 1983 uitgereikt. Toegekend voor haar gehele oeuvre. Op 25 maart 1988 wordt ze aan de Rijksuniversiteit Utrecht gehuldigd met een Eredoctoraat in de Letteren. Ze werkt mee aan Beatrix, Koningin, een groot televisieportret voor de NOS, dat op 29 april wordt uitgezonden. In augustus 1990 keren Haasse en haar echtgenoot terug naar Nederland. In mei 1991 wordt haar het erelidmaatschap van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde toegekend. In april 1992 ontvangt zij uit handen van koningin Beatrix de Eremedaille in Goud voor Kunst en Wetenschap in de Huisorde van Oranje. In maart 1994 verschijnt het Boekenweekgeschenk Transit.

Genre

Het genre werk is een novelle uit het jaar 1948, dat kun je zien aan het feit dat het boek beknopt is, er zijn geen uitweidingen en bijgedachten, het aantal hoofdpersonen is ook klein, namelijk alleen Oeroeg en de Ik-persoon. Er wordt maar een korte periode van hun leven beschreven (ik vind dit niet goed, 12 jaar is best lang).
Ook verkeren de hoofdpersonen vaak in een crisissituatie, het leven was op de onderneming niet echt bepaald luxe, want er moest hard gewerkt worden door bijna iedereen.

Structuur

Het verhaal wordt chronologisch verteld.

Perspectief

In het verhaal is sprake van een 'ik'-perspektief dus een dagboekstijl.

Titelverklaring

De titel heet Oeroeg. Het heeft een speciale betekenis, omdat hij (Oeroeg) een persoon van het verhaal is en veel dingen met zijn allerbeste vriend doormaakt in zijn jeugd in Indonesië. Voorbeeld uit de tekst: Al mag die entourage verschillend zijn, al naarmate de periode die ik me voor de geest roep korter of langer geleden is, altijd zie ik Oeroeg, zowel in de verwilderde tuin van Kebon Djati, als op de roodbruine, aangetrapte modder van Sawapaden, diep in het bergland van de Preanger; in de hete wagons van het treintje dat ons dagelijks naar de lagere school bracht in Soekaboemi enz.

Tijd

Het verhaal speelt zich in het verleden af, er wordt het hele boek door gesproken in de verleden tijd. Het boek is gemaakt in 1948 (na de oorlog), dus rond die tijd speelt het verhaal zich ook af.
In het begin van het boek vinden de gebeurtenissen plaats in Indië (toen nog Nederlands-Indië) op de onderneming Kebon Djati, op de sawapaden, diep in het bergland van de Preanger en op de school in Soekaboemi, waar de Ik-persoon en Oeroeg nog samen waren. Wat later ging de Ik-persoon naar Nederland. En aan het eind van het verhaal ging hij terug naar Soerabaja om Oeroeg op te zoeken.
Het verband tussen de plekken en de sfeer van het verhaal is dat Oeroeg en de Ik-persoon elkaar wel telkens weer opzoeken (behalve aan het eind), maar dat er wel een steeds grotere kloof ontstaat.

Plaats

Nederlands-Indië; de onderneming Kebon Djati, Soeraboemi, Batavia, Soerabaia, het zwarte kratermeer Telaga Hideung.

Eigen mening

In het begin dacht ik dat een saai boek zou worden, ongeacht de verwachtingen, maar toen de vader van Oeroeg verdronk begon ik het al een stuk leuker en spannender boek te vinden. Ik vind het een leuk boek, het is niet te lang (anders zou het misschien saai geworden zijn), ook zijn er een aantal hele leuke gebeurtenissen. De personen gaan leuk met elkaar om, ook de families van Oeroeg en de Ik-persoon zaten vaak samen gezellig koffie te drinken. De Ik-persoon en Oeroeg verhuizen in de loop van het verhaal veel en ze zijn vrijwel overal welkom.
De schrijfster vertelt het verhaal met een interessante verteltechniek, ook was het niet langdradig. De beschrijving is wel uitgebreid maar dat gaat dan alleen om het uiterlijk van die persoon en de gegevens, je leert de personen dus vrij goed kennen en dat vind ik zelf wel prettig bij het lezen van een boek. De problemen die aan de orde komen zijn wel spannend, er gebeurt altijd wel iets in dit boek, de lezer verveelt zich (eigenlijk) nooit!!!

Verwerkingsopdrachten:

Drie nieuwe titels

1. Verboden vriendschap: Dit is omdat de vader van de ik-figuur het niet eens is met de vriendschap tussen ‘ik’ en Oeroeg, het liefst zou de vader de vriendschap verbieden.
2. Oeroeg; voor al wat hij is: In het boek heeft Oeroeg het samen met zijn vriendje vrij zwaar te verduren op sommige momenten. Hij moet echt vechten voor al wat hij is wanneer hij niet met ‘ik’ zou mogen omgaan en wanneer zijn vader sterft. Ook beschrijft het boek Oeroegs gehele leven.
3. Discriminatie, maar wie?: In het begin van het verhaal wordt verteld hoezeer de inlander onderdanig is aan de (blanke) buitenlander. Het einde daarentegen beschrijft dat de inlander een geweer richt op diegene die in het begin van het boek heer en meester over hem was.

Ervaringsverslag:

Omdat mijn verwachtingen van het boek vrij hoog waren, dit komt omdat het mij door u is aanbevolen, was het een hele taak voor Hella S. Haasse om aan die verwachtingen te voldoen. Nu moet ik eerlijk zeggen dat zij een heel boeiende manier van schrijven heeft, waardoor het leuk was om te lezen, ook het feit dat het een dun boekje was maakte het extra boeiend.
Ook sprak het verhaal mij wel aan omdat ik wel geïnteresseerd ben in rassenverschillen. Wat mij bijvoorbeeld flink beziggehouden heeft is dat aan het begin van het verhaal de inlander onderdanig is aan de (blanke) buitenlander. Dit is echt heel duidelijk te merken aan dingen die worden gezegd en gedaan. Aan het eind van het verhaal daarentegen staat beschreven hoe de inlander de (blanke) buitenlander onder schot houdt. Het is een ingrijpende verandering welke toch wel mooi beschreven is. Het maakt mij ook duidelijk dat een inlander niet onwillig onderdanig hoeft te zijn aan zijn of haar bezetters. De gediscrimineerden hebben dus weldegelijk inspraak wat betreft het onderdrukt worden of niet. Ik weet ook wel dat het slechts een boek is en geen werkelijkheid, maar het boek zou toch zeker wel een bron van inspiratie kunnen zijn, en niet alleen voor de onderdrukten.
Ik denk dat als diegenen die uitvoerders van de onderdrukking zijn met dergelijke verhalen kennismaken dat ze misschien beter nadenken alvorens te doen wat men bijna van hen zou verwachten. Ik ben me er wel van bewust dat deze categorie mensen niet met dit soort boeken moet beginnen, maar ze echt de harde, gruwelijke werkelijkheid te laten zien, laat ze maar zien wat voor een dictators het eigenlijk zijn. Hoe schokkender de beelden en verhalen, hoe ingrijpender de veranderingen in het gedrag van deze mensen. En schokkend zal het zeker moeten zijn, want ik kan me niet ontrekken van het feit dat ik ervan overtuigd ben dat de onderdrukkers wel een klein idee hebben van wat ze aanrichten.
Hoewel het erop lijkt dat ik enkel een pleidooi aan het schrijven ben over hoe we de dictators aan kunnen pakken is dit niet mijn bedoeling. Ik wilde enkel aangeven wat mijn gedachten af en toe waren bij het lezen van dit boek. Ik ben geen wereldverbeteraar, maar ik wilde toch even mijn mening uiten.
Om weer op het boek terug te komen wil ik nog even vermelden dat ik nog nooit een dergelijk soort boek gelezen had, maar het heeft me wel kunnen boeien. Ik wilde dan nu mijn ervaringsverslag almede mijn leesverslag afsluiten met het beoordelen van het boek in cijfers. Het boek scheen mij een 8 waardig.

Secundaire literatuur

'Oeroeg', geschreven door August Hans den Boef.
'Lexicon van literaire werken, februari 1992.'
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen