![]() |
Boekverslag : Tonke Dragt - Brief Voor De Koning
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 2264 woorden. |
Tonke Dragt – Brief voor de Koning Leopold – 1962 Titelverklaring: De hoofdpersoon in het boek moet zo snel mogelijk een geheime brief aan de koning brengen. De auteur: Tonke Dragt is niet alleen schrijfster maar ze is ook tekenares. Ze is geboren in Djakarta, op 12 november 1930. Het grootste deel van haar jeugd bracht ze door in Indonesië, waarvan 3 jaar in een jappenkamp. Daar verveelde ze zich zo erg dat ze samen met een vriendinnetje op het idee kwam een boek te schrijven. Een vreemd boek, het speelde in Arabie. Ze schreven op allerlei papier, zelfs op WC papier, omdat er te weinig schrijfpapier te vinden was. Na haar studie aan de kunstacademie in Den Haag, werd Tonke Dragt tekenlerares op een middelbare school. Ze woont nu in Den Haag, dicht bij de zee en de duinen. Tonke Dragt tekent de plaatjes in het boek vaak zelf. Ook in de Brief voor de koning. Tonke Dragt heeft vele andere boeken geschreven, waarvan o.a. de Zevensprong, Toren hoog mijlen breed, De verhalen van de tweeling broers. Ook heeft ze een vervolg op het boek De brief voor de koning geschreven, Dit boek het Het geheim van het wilde woud. Literaire stroming: Fantasie Genre: Avonturenverhaal Samenvatting: Dit boek gaat over een jongen die ridder wil worden. Zijn naam is Tiuri. Net zoals alle andere jonge ridders, die ridder willen worden, moet Tiuri een nacht wakend in de Kapel doorbrengen. Hij mag niet praten of weglopen. Als hij deze opdracht voltooid heeft kan hij de ridderslag ontvangen. Als hij in de kapel zit met nog 3 andere jongens, hoort hij een zacht geklop op de deur. Iemand fluistert: “in godsnaam doe die deur open”, Tiuri ziet dan dat zijn vrienden het niet hebben gehoord. Hij twijfelt of hij de deur zal openmaken. Hij besluit het toch te doen, ondanks het gebod om weg te lopen of te praten. Buiten staat een man die aan hem vraagt of hij een brief naar de Zwarte ridder met het Witte schild wilt brengen. Het is van hoogst belang! De man wijst hem de weg en zegt hem waar hij een paard kan vinden. Tiuri gaat op stap. Als hij bij zijn doel aankomt, ziet hij de zwarte ridder met het witte schild. Deze is ernstig gewond en hij hoort van de ridder dat de rode ruiters hem in een val hebben gelokt. Dan zegt de ridder dat hij een hele belangrijke opdracht te vervullen heeft. de brief die Tiuri heem heeft gebracht moet zo snel mogelijk naar de koning van het rijk van Unauwen gebracht worden. De Ridder voelt dat zijn laatste uur geslagen heeft en vraag Tiuri daarom deze opdracht over te nemen. Wat er in de brief staat mag niemand weten, zelfs Tiuri niet. De vijand zijn de rode ruiters, dit zijn de mannen van Evilan. Deze willen de brief hebben. Tiuri mag alleen de brief openen en de inhoud lezen, wanneer er groot gevaar is. Hij zal de brief dan moeten vernietigen en de boodschap mondeling over brengen. Tiuri zal veel vijanden en vele gevaren op zijn weg vinden. Als bewijs voor de koning van Unauwen, krijgt Tiuri een ring van de Ridder mee. De ridder gaat dood en Tiuri gaat op pad en kiest hiervoor het paard van de Ridder. Enkele dagen moet hij door het bos reizen en ondervind onderweg al veel last van gevaren. Zo komt hij rode ruiters tegen, waardoor hij van het pad af moet wijken en komt midden in het bos gevreesde rovers tegen die hem zijn ring en zijn paard willen afpakken. Ook komt hij mysterieuze grauwe ridders tegen die hij ziet vanuit zijn schuilplaats in een rots. Tiuri weet uiteindelijk zonder paard (afgepakt door de rovers) maar met ring en de brief te ontsnappen. Hij loopt verder door het bos en treft daar 2 monniken aan met wie hij het pad vervolgt naar het klooster. Hij geniet die nacht van de gastvrijheid van het klooster en een goed maal. de volgende dag gaat hij weer vroeg op pad op weg naar kasteel Mistrinaut. Hij vermomd zich als broeder en noemt zich broeder Martijn. Na een paar dagen reizen komt hij op het gastvrije Mistrinout aan. S’nachts wordt hij wakker van lawaai en ziet op de binnenplaats de grauwe ridders aankomen. Wanneer hij de volgende dag wil vertrekken, merkt hij dat de poort gesloten is en iedere reiziger wordt tegengehouden om te vertrekken. Ook hij wordt tegengehouden en de kasteelheer zoekt hem op. Die ondervraagt hem en komt er al snel achter dat Tiuri niet broeder Martijn is maar de persoon die de grijze ridders wellicht zoeken. Hij wordt meerdere keren ondervraagt door de grauwe ridders en opgesloten. Uiteindelijk blijkt dat de grauwe ridders hem verdenken van de moord op de Zwarte ridder met het Witte schild. Deze ridder blijkt een beroemde ridder en vriend te zijn en zijn naam is Edwindem van Forrestera. Hij kiest er uiteindelijk voor om een deel van zijn geheim te vertellen. De ridders geloven zijn verhaal en helpen Tiuri verder op weg. Tiuri neem na hevige gevechten met de rode ruiters, afscheidt van zijn vrienden de Grauwe ridders. Hij moet over de hoge bergen van het land van Dagonout om naar het land van Unauwen te komen. Hij reist via de hut van Menaurus de kluizenaar. Hij kan hem de weg over de bergen wijzen. Ook op deze tocht komt hij vele gevaren tegen en blijkt hij een vermomde rode ruiter als reisgezel te hebben. Die hij uiteindelijk redt van de dood, omdat hij hem uit een ravijn redt. Eindelijk aangekomen bij de hut zegt Menaurus hem een betrouwbare gids toe. Zijn vriend Piak, een 15 jarige jongen die bij hem woont. Piak en Tiuri weten de rode ruiter, die nog steeds vermomd met hen mee reist, te ontmaskeren als Jaro, een van de rode ruiters. Jaro besluit terug te keren. Jaro is Tiuri uiteindelijk dankbaar dat hij hem het leven heeft gered. Jaro verteld eveneens dat met zijn vertrek het gevaar niet is geweken. Zijn aanvoerder Slupor is via de andere weg naar het land van Unauwen vertrokken en wacht de jongens daar op. Piak en Tiuri reizen door enorme sneeuwstormen over de bergen. De eerste stad die ze tegenkomen is Dangria. In Dangria blijkt er een corrupte burgemeester te zijn die samenspant met de rode ruiters. De burgemeester neemt de beide jongelieden gevangen. Echter Tiuri weet te ontsnappen in het standhuis. Hij sluit zich op in een kamer. Hij vermoed dat hij gevangen genomen gaat worden en kiest er voor om de brief te lezen. De brief blijkt echter geschreven te zijn in een geheimtaal. Hij leert de woorden uit zijn hoofd en verbrand de brief. Door hulp van de secretaris weet hij te ontsnappen uit het stadhuis. Samen met het volk van Dangria weet hij uiteindelijk ook Piak te bevrijden en wordt de burgemeester gevangen. Tiuri en Piak reizen verder en komen aan bij de regenboogrivier. Daar blijken zij een goudstuk als tol te moeten betalen om over de brug te mogen. Dit geld hebben ze niet. Ze proberen met een boot over te steken over de woeste rivier. De boot zinkt en Tiuri en Piak weten zich nog net op tijd te redden op een eilandje in de rivier. De brugwachters halen hun op en zetten hen gevangen in de kerkers van het kasteel van de tolheer. Tiuri eist dat hij de tolheer te spreken krijgt. Uiteindelijk mag hij zijn verhaal doen en vertelt dat hij een dringende boodschap heeft voor de koning. Hij vertelt ook dat hij niet mag zeggen wat voor een boodschap. Hij laat als teken de ring van Ridder Edwindem zien aan de tolheer. De Tolheer gelooft hem en laat hen door. Weer ondervinden Tiuri en Piak gevaren. Er is iemand die hen achtervolgt. Al bij het oversteken van de brug heeft Tiuri het idee dat er iets niet klopt. Onderweg wordt een bode, gezonden door de tolheer, vermoord en Tiuri vermoedt dat de moordenaar denkt dat hij Tiuri heeft vermoord. Gelukkig weten Tiuri en Piak de stad van koning Unauwen te bereiken. Vlak voor de poort wordt Tiuri door een bedelaar aangehouden, die hem smeekt om geld. Tiuri buigt zich voorover om geld in de hoed van de bedelaar te stoppen. Op dat moment sleurt de bedelaar hem van zijn paard en probeert Tiuri te vermoorden. Het blijkt Slupor te zijn, maar Piak weet zijn vriend op tijd te helpen. Slupor wordt gevangen genomen en de jongens worden voorgeleid bij de koning. Tiuri verteld de koning wat er in de brief stond. Hij hoort nu ook van de koning welke boodschap er in de brief stond. Namelijk: Dat 1 van zijn 2 zonen, de jongste van de tweeling, zogenaamd vrede wil sluiten met zijn vader. Deze zoon is de koning van Evilan en al jaren boos op zijn vader omdat hij de jongste is en dus geen troonopvolger. Echter dit hele plan is een wraakactie. Wanneer de koning van Evilan vriendschap gesloten heeft met zijn vader, stormt hij het rijk van Unauwen binnen om dit te veroveren. De koning is geschrokken en neemt onmiddellijk maatregelen. Hij beloond Tiuri en Piak voor hun gevaarlijk tocht en het brengen van de boodschap. Ze krijgen alle twee een zwaard, een ring die symbool staat als een van de trouwe paladijnen van Unauwen en een wit schild, zoals alle ridders van Unauwen dragen. Ook krijgen ze een boodschap voorde koning van Dagonaut mee. Na een lange reis brengt Tiuri Piak weer terug bij Menaurus en gaat hij zelf verder naar de koning van Dagonaut. Daar aangekomen is hij bang nooit meer ridder te worden. De koning vraagt hem of hij weer ongehoorzaam zal zijn als iemand hem te hulp zou roepen. Tiuri beseft dat hij het weer zou doen en daarom geen ridder zou mogen worden. Maar koning Dagonaut besluit om Tiuri toch tot Ridder te slaat, Tiuri wordt : Ridder Tiuri met het Witte schil genoemd. Piak mist zijn vriend Tiuri te veel en besluit zich bij Tiuri aan te sluiten als Schildknaap. Samen beleven ze nog veel avonturen in het vervolgboek Het geheim van het wilde woud. Tijd en tijdsvolgorde: Het verhaal speelt zich af in een sprookjesachtige situatie, die veel vergelijkenis heeft met de riddertijd. Het verhaal speelt zich in chronologische volgorde, van het verleden naar het heden af. Plaats en ruimte: Het verhaal speelt zich af in 2 verzonnen landen; Unauwen en Dagonout. Karakterbeschrijving, ontwikkeling/onderlinge relaties: Tiuri: Tiuri is een jongen van 16 jaar. Hij is de zoon van Tiuri de dappere. Hij woont in het kasteel van zijn vader “Theuri” in het land van Dagonout. Tiuri is voor zijn leeftijd een dappere, eerlijke en erg verantwoordelijke jongen. Ridder Edwindem: Ridder Edwindem is een ridder van koning Dagonout en op weg naar de koning van Unauwen met een geheime boodschap. Hij gata aan het begin van het verhaal door. Uit verhalen blijkt hij een heel dapper en moedige ridder te zijn geweest. Piak: Piak is de gids van Tiuri die hem door de bergen leidt. Hij word gedurende het verhaal Tiuri’s beste vriend en uiteindelijk zijn schildknaap. Piak is 15 en heeft tot op het moment dat hij met Tiuri meegaat alleen maar in de bergen geleefd. Menaurus: Menaurus is de kluizenaar die Tiuri op weg helpt naar de koning van Unauwen. Hij staat bekend als een van de meest wijze mensen die er zijn en heeft een vorstelijke uitstraling. Aan het eind van het verhaal blijkt het de tweeling broer te zijn van de koning van Unauwen. De grauwe ridders: Dit zijn 4 Ridders die de moord op Edwindem willen wreken. Gedurende het verhaal gaan zij op zoek naar de moordenaar. Het gaat hier om Ridder Ristridin, Bendoe, Ewijn en Arturin. De rode ridders: Zij zijn de vijanden en verbonden aan het land van Evilan, dat in oorlog is met Unauwen. Zij proberen Tiuri tegen te houden en te zorgen dat hij de geheime opdracht, gekregen door Ridder Edwindem, niet kan volbrengen. Ardanwen: Ardanwen is het paard van ridder Edwindem wat Tiuri meeneemt op zijn reis en zijn trouwe metgezel wordt. Het is een groot, zwart, gevaarlijk en sterk paard en wil alleen Tiuri als zijn baas. Geloofwaardigheid van het verhaal: Het is in deze tijd niet geloofwaardig maar zou wellicht ooit hebben kunnen afgespeeld in een tijd waarin de ridders leefden. Thematiek: Avontuur, moed, vertrouwen en uitdaging. Door het hele boek loopt het verhaal dat Tiuri zijn afspraak heeft geschonden door uit de kapel te gaan voor een opdracht die hij op dat moment belangrijk vond. Hij komt daardoor terecht in een groot avontuur met veel uitdagingen. Hij blijft zich afvragen of hij daardoor wel ridder kan worden. Uiteindelijk wordt zijn moed beloond. De koning is van mening dat zijn daad niet het vertrouwen heeft weggenomen als het gaat om ridder eer. Taalgebruik: De stijl die Tonke dracht gebruikt is spannend en avontuurlijk. Het is moeilijk om te stoppen met lezen. Ook zitten er “Wijze” woorden in de tekst. Vertelsituatie: Door de ogen van Tiuri wordt je meegesleept in de avonturen die hij beleefd. Verderop in het boek wordt dit afgewisseld door dat dit gebeurt vanuit de ogen van Piak. Perspectief: Tiuri kan als ridder verder en zal door de koning door vaak ingezet worden om het land te beschermen. Dit zal hij samen doen met zijn vriend Piak. Verhaalopbouw: Het verhaal bestaat uit 8 delen. Ieder deel is opgebouwd uit een aantal hoofdstukken met een titelnaam. Verder bevat het boek ene kaart waarop je kan zien welke tocht Tiuri maakt. Eigen mening: Het is een prachtig boek en ik heb er erg van genoten. Je zit helemaal in het verhaal en het zuigt de spanning uit je. Mijn moeder vindt het verplichte literatuur! |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |