Boekverslag : Jeroen Brouwers - Het Verzonkene
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 938 woorden.

‘Het verzonkene’ van Jeroen Brouwers



1a De titel is ‘Het verzonkene’.

1b De titel verwijst naar het einde van het boek, waarin de ikpersoon zegt dat dat het moment is waarop hij zichzelf wordt voor de rest van zijn leven, het moment waarop volgens hem zijn geest in hem ‘verzinkt’.

2 Jeroen Brouwers is geboren op 30 april 1940 in Jakarta. Verhuisde op jonge leeftijd naar Nederland. Hij heeft tijdens de Japanse bezetting van Indië in een Jappenkamp gezeten.

3 De eerste druk is verschenen in 1979 bij Uitgeverij De Arbeiderspers in Amsterdam.

Ik heb de zevende druk gelezen, deze dateert uit 1992. Deze uitgave van ‘Het verzonkene’ is samen met ‘Bezonken rood’ en ‘De zondvloed’ gebundeld in één band.

4a Het verhaal speelt grotendeels in de jaren ’40 en begin jaren ‘50. Ook komen er stukken in voor die in het ‘heden’ (dit is omstreeks 1979) spelen.

4b Het boek handelt over de jeugd van de ikpersoon, die in het verhaal enkele jaren oud is. Bovendien gaat het over de inval van de Japanners in Indië. Ook komen er stukken in voor dat hij in een internaat is, en een jaar of 9,10 is.

De andere stukken spelen zoals gezegd in het heden af, als de schrijver tegen de veertig loopt.

4c Het is niet duidelijk te zeggen in wat voor tijdsbestek het verhaal speelt. Uit het boek lijkt het alsof het over een aantal jaren gaat.

4d Het verhaal is absoluut niet chronologisch verteld. Het springt heen en weer tussen heden en verleden.

4e Er komen niet echt duidelijk aanwijsbare flashbacks in voor. Het verhaal loopt eigenlijk in twee lijnen door elkaar. De schrijver vertelt dan weer over het verleden, dat hij een klein jongetje was, en dan weer over het heden, als hij bijna 40 is.

5 Het huis en de tuin in Indië waar de ikpersoon woonde, speelt een grote rol. Hier spelen de meeste gebeurtenissen zich af, zoals de Japanners die eerst zijn opa, en daarna de rest van de familie te komen halen, om in een Jappenkamp op te sluiten.

De zon schijnt altijd fel en het is altijd warm. Alles wat er gebeurt, speelt zich af in een brandende zon en bij enorm hoge temperaturen.

6 Het verhaal is een deels autobiografisch relaas over een jong kind in Indië ten tijde van de Japanse inval en bezetting. Het jongetje was slechts enkele jaren oud, maar weet zich er veel van te herinneren.

7a Het boek bevat 16 hoofdstukken met de titels:

Dromenland

Mijn koninklijke moeder

Tule. Een guarniere

Gedaanten van licht

Boekhouding

Woorden in water

Soerat-soerat

Oude foto’s

Ultima thule

Voetnoten

Waar wàs je nou?

Nummer 156.403

Weerspiegeling

Een oord van troost

Tenno-heika banzai

Boekstaving. Het vuur. De chaos

7b Het boek heeft geen spanningsopbouw, het bestaat uit losse flarden herinneringen zonder enige logica en volgorde.

8 Het thema is opgroeien in een bezet Indië.

9 Motief 1: De ikpersoon lijkt erg op zijn grootvader.

Citaat 1: ‘Weet je op wie je lijkt? Op je grootvader.’ (blz. 14)

Citaat 2: ‘…alsof ik een spookbeeld uit een andere wereld ben: mijn uiterlijk, mijn postuur, mijn karakter, mijn manier van spreken, van denken, van lachen, van bewegen, dit alles zou spiegelbeeldig gelijk kunnen zijn aan dat alles van hem, als hij nog bestond.’ (blz. 35)

Citaat 3: ‘Ik lijk sprekend op hem.’ (blz. 68)

Motief 2: De ikpersoon herinnert zich steeds het afscheid van zijn vader en moeder.

Citaat 1: ‘…neemt mijn moeder plaats op de achterbank van de automobiel…. Mijn vader zit al op de achterbank…. In gas- en stofwolken raken auto en inzittenden in vervaging…. mijn moeder, voordat ze wegrijdt, zwaait met een zakdoekje zwaait.’ (blz. 11)

`Citaat 2: ‘Mijn vader zat al op de achterbank en de mooiste van alle ooit geleefd hebbende moeder stapte in, ging naast hem zitten, zwaaide naar de camera met een zakdoekje.’ (blz. 17)

Motief 3: Het jongetje leed aan driftaanvallen.

Citaat 1: ‘…in de zweetloze hitte die in mijzelf ontstaat als ik word overvallen door drift, of door angst, of door wroeging. Ik was buitensporig driftig, ik hoef er geen verhalen over te horen.’ (blz. 21)

Citaat 2: ‘Ik liet mij tijdens een driftaanval plat op de stenen vloer voorover vallen, krijsend, en verlangend dat ik in de koelte van de vloer kon verdwijnen.’ (blz. 21-22)

Citaat 3: ‘…maar in plaats daarvan bijt ik hem, en gelijktijdig, spasmodisch, in een paroxisme waarin alle witheid en licht zich in mijn hoofd verzamelen en het lijkt alsof ik ontplof, schiet mijn lichaam open en ledigt zich: dunne zenuwstront begint langs mijn benen omlaag te zakken en aan mijn pissen kan ik, al wil ik het, geen einde stellen. Tranen. Mond vol niet weg te slikken speekselvloed. Bloedneus.’ (blz. 53)

10 Het is een ik-verhaal.

11 De ikpersoon is een driftig en angstig persoon. Hij lijkt erg op zijn opa. Hij beleefde de Japanse bezetting van Indië. Hij heeft geen contact meer met zijn ouders, en wil de alle gebeurtenissen uit Indië vergeten.

Verder komen in het boek de volgende verhaalfiguren aan bod: opa, moeder, vader, twee broers en een zus. Deze karakters worden echter niet voldoende uitgediept om er iets over te kunnen vertellen.

12 Ik vond het een heel vreemd boek om te lezen. Meestal lees ik een boek dat een duidelijke spanningsopbouw heeft, en een begin en einde. Dit zijn gewoon losse herinneringen en gedachten die opgeschreven zijn. Dit boek is deels autobiografisch, en je leert hierdoor de schrijver beter kennen. Bovendien is het een heel erg dun boek, deze versie had slechts 73 bladzijden. Er komen ook veel Indische woorden in voor, die echter wel uitgelegd worden. Een ervaring om dit boek te lezen, het is zoveel anders als anders.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen