Boekverslag : Ferdinand Bordewijk - Karakter
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1932 woorden.

Hoofdpersonen:

  1. Jacob Willem Katadreuffe: Hij is de zoon van Joba Katadreuffe en zijn >vader= heet Arend Barend Dreverhaven. Zijn ouders zijn nooit getrouwd geweest en Jacob was dus het resultaat van een buitenechtelijke relatie. Zijn moeder kan haar stukgelopen relatie met Dreverhaven slecht verkroppen en was vaak redelijk streng tegen Jacob, hoewel ze altijd een goede moeder bleef.
    Jacob heeft net als zijn moeder en ook zijn vader een koppig en opvliegend karakter. Dit is veelal het gevolg van de slechte relatie van zijn ouders die voordat ze uit elkaar gingen altijd ruzie hadden. Zijn jeugd is slecht en hij groeit op in armoe. Citaat uit de jaren nadat Joba niks meer met Dreverhaven te maken wilde hebben en ze het niet breed hadden:
    Ook de jonge Katadreuffe herinnerde zich deze jaren als diepzwart. Hij zat met de kleinste schooiertjes in de laagste klas van de armenschool, een gebouw in een dofzwarte zijstraat, zo een straat die de indruk maakte dat het er nooit warm kan zijn. En hetzelfde dacht men van de school. Het gebouw was beangstigend groot, vochtig, hol en duister, maar dat en zijn mede-schooiertjes was niet het ergste - dat was het gepeupel van de hogere klassen. Jongens van de soort als ook het hofje bewoonden, die straatlantaarns kapot smeten, die vloekten als volwas-sen dronkaards, die bij het uitgaan der school vlak om de hoek de kleintjes opwachten om ze te mishandelen.@
    Jacob=s streven is om er voor te zorgen dat hij het nooit meer zo slecht krijgt als vroeger. Het opkopen van een sigarenwinkel wordt voor hem een jammerlijke vergissing en loopt uit op een faillissement. Zijn hoop op een mooie carrière komt weer dichterbij als hij door De Gankelaar een baan aangeboden krijgt op het accountantskantoor van meneer Stroomkoning. Daar laat hij zien dat hij een man met ambitie is en werkt zeer hard om zijn doel te bereiken.
    Citaat: @Binnen een paar weken kon hij typen als de beste door zijn oefeningen >s morgens vroeg, >s avonds laat, op zaterdagmiddag en op zondag. Daartussen oefende hij zich in steno-grafie, maar zijn eigen verkortingen leerde hij nooit af, het werd een gemengeld systeem, niemand dan hijzelf zou zijn stenogrammen kunnen teruglezen. Hoewel het snelschrift moeilij-ker was aan te leren dan typen was hij toch ook hierin na korte tijd heel bedreven.@
    Nadat hij zijn vader heeft ontmoet is zijn grootse doel deze voorbij te streven. Hij werkt daarom harder dan ooit en doet een volledige advocatenstudie naast zijn werk. Het enige waar voor hem het leven uit bestaat is werken, werken en nog eens werken. Zijn vader speelt hierin de belangrijkste rol. Deze probeert Jacob op alle manieren tegen te houden om zijn doel te bereiken. Jacob heeft geld van hem geleend om zijn studie te kunnen voortzetten. Vlak voordat Jacob examen wil doen eist zijn vader het geld terug, wat Jacob oplost ten koste van een jaar studie. Verder maakt zijn vader het hem op alle fronten zo lastig mogelijk. Op het eind van het verhaal komt naar voren dat zijn vader dit deed uit goedheid om hem groot te maken.
    Katadreuffe=s verlangen om carrière te maken gaat steeds verder. Hij werkt keihard aan zijn studie om zo iedereen voorbij te streven.
    Citaat:@ Hij moest haar voorbijstreven, hij had niet meer de eerzucht haar plaats te vervullen, dat was een opwelling geweest, zoals ook de plaats te vervullen van Rentenstein. Het zou wel een promotie zijn als hij bij Stroomkoning kon zitten, maar hij dacht er geen ogenblik aan naar die vaste plaats te dingen, het was hem vol-doende zo hij eens mocht invallen. Zijn ambitie lag verder en ging niet over haar plaats, maar erlangs.@

    Door zijn ambitie houdt Katadreuffe geen tijd over voor andere dingen zoals de liefde. Hij heeft een oogje op de secretaresse van de chef, Lorna te George, die ook een oogje op hem heeft. Zij heeft het zeer moeilijk na hun eerste intieme ontmoeting bij Katadreuffe, waar overigens niets gebeurd. Citaat:@ Maar voor Lorna te George werden de eerste weken heel moeilijk. Har gedachten gingen telkens hun eigen weg, naar het éne moment op die kamer, toen hij had geglimlacht.@ Ook Katadreuffe heeft moeite met zijn gevoelens en is jaloers als hij Lorna met een andere man op het strand ontmoet. Na de speech die Katadreuffe houdt als hij zijn staatsexamen heeft gehaald, beseft Lorna dat zij zal moeten wijken voor de plannen van Katadreuffe. Zij verlaat daarom definitief het kantoor. Citaat uit de speech:@Een mens ontdekt soms zijn gaven laat. Maar het is zulk een waar woord: laten we toch allen van ons leven maken wat we kunnen. Laten we beginnen met onszelf te ontdekken. Ik wil niet anders dan graag vooruitkomen. Ieder onzer moet dat willen, dan komt hij vooruit......@

    Katadreuffe bereikt uiteindelijk, koppig als hij is, zijn gestelde doel. Hij heeft zijn vader over-troffen. Maar zijn grote liefde heeft hij daarvoor laten lopen. Wat zeer vreemd overkomt is dat Dreverhaven, als Katadreuffe als advocaat beëdigd is, zegt dat hij altijd achter Jacob heeft gestaan.

  2. Arend Barend Dreverhaven: Hij is de vader van Jacob Katadreuffe. Zijn beroep is deurwaar-der. Hij oefent zijn beroep op een zodanige wijze uit dat het lijkt alsof hij harteloos is, zijn bijnaam >De Kolengrijper= geeft dit al aan. Ik zal een stukje citeren waarin Dreverhaven een alleenstaande vrouw met haar drie kinderen uit hun huis drijft, omdat ze de huur niet kunnen betalen. ADe man was al twee dagen zoek, een van der ergste opstandelingen, gevlucht in een bevriend huis. Het speet de deurwaarder, hij had zo graag de kerel zelf aangetroffen, nu was het in een ommezien gebeurd. Reeds dreef de kolengrijper het troepje kinderen voor zich uit, naar de moorddadige straat, en ze stoven weg. Maar het jongste, een kereltje van een paar jaar, had hem bij de broekspijp gevat, ter hoogte van de knie, en het lachte onbevreesd en vriendelijk naar Kolengrijper op, met die vage glimlach van het heel kleine kind welks vreugde nog vaag is. De moeder rukte het weg, waar het stond laag en nietig beneden de zwabberende muil.@ Nadat Dreverhaven dit heeft meegemaakt merk je toch dat hij wel wat gevoelens heeft, omdat het lachende jongetje hem erg bezig houdt.
    Dreverhaven lijkt helemaal niks met Katadreuffe te maken te willen hebben, maar dit is maar gedeeltelijk waar. Hij pakt hem zeer hard aan, maar er blijkt uiteindelijk dat hij heeft gedacht zijn zoon hierdoor groot te maken. Hij speelt in het boek een belangrijke rol. Ten eerste omdat hij de vader van Katadreuffe is en dus de reden dat zijn zoon zo hard is gaan werken aan zijn carrière en hem voorbij wilde streven. Op de tweede plaats speelt hij een belangrijke rol omdat hij het Katadreuffe zo moeilijk hem door zijn studie voorbij te streven.
    Dreverhaven houdt nog altijd van de moeder van Jacob, Joba, en laat dit zien door de verschil-lende aanzoeken die hij haar nog doet nadat ze uit elkaar zijn gegaan.
  3. Joba Katadreuffe: Zij is de moeder van Jacob. Ze weigert halsstarrig met Dreverhaven te trouwen en schaamt zich ervoor dat ze erin gelopen is. Zij wil net als haar zoon Jacob de armoede ontvluchten. Dit wil ze zelf doen en ze wil hierbij geen hulp van Dreverhaven noch van haar zoon Jacob.
  4. Lorna te George: Zij is de vrouw waarop Jacob verliefd is geweest en die hij later heeft verloren..Op het advocatenkantoor bekleedt zij de functie van secretaresse van de chef. Lorna was erg verliefd op Katadreuffe, maar ontdekt dat zij nooit een goede relatie met hem zou kunnen hebben door zijn idealen. Daarom verlaat zij het advocatenkantoor om ergens anders een nieuw leven op te bouwen.
  5. Jan Maan: Hij is de kostganger die door Joba Katadreuffe wordt aangenomen als Jacob nog jong is. J. Katadreuffe heeft een goede relatie met hem, hoewel hij hele andere opvattingen heeft dan Jan. Jan heeft geen idealen en hecht alleen maar waarde aan meisjes en aan de door hem geliefde communistische partij. Hij is bij Joba en Jacob terecht gekomen, omdat hij ruzie had met zijn ouders over zijn vriendin, waarmee hij wilde trouwen.

    Subjectieve waardering: Inhoudelijk vond ik het boek wat saai. Echte spanning komt er niet in voor. Dit zal ook voor een deel te wijten zijn aan de manier van schrijven. Ik citeer het stuk waarin Katadreuffe Dreverhaven bezoekt: AHij was in een staat van koude, ijzige woede. Het scheen dat Dreverhaven luisterde, zijn kin rustte op zijn borst. Maar zijn handen waren bezig, een veer klikklakte, en Dreverhaven bood hem zwijgend, spottend, buigend het heft van een open dolkmes. -Pluk dan nu ook meteen alle vruchten van je overwinning, zei hij. Ik sta weerloos. Maar de woede van de zoon was opeens vervlogen. Hij nam het mes tussen zijn twee vingers, als was hij er vies van. -Bah, zei hij, u altijd met uw kinderachtige kunsten.@
    Ik vind dat een stukje als dit op een meer spannende manier had kunnen worden verteld.

    Verder moet ik zeggen dat ik vind dat het verhaal wel goed opgebouwd is. Er zit een zeer duidelijke lijn in het verloop van het verhaal van het begin tot het eind. Ook hierbij merk ik op dat er daarom ook weinig verrassing in het verhaal zit. Ook de karakteropbouw is heel duide-lijk in het verhaal verwerkt. De stijl is erg makkelijk, korte zinnen, weinig moeilijke woorden enz. Wel valt op dat het verhaal al een tijd geleden geschreven is door het gebruik van naam-vallen en oude woorden. Bv. ADe tijd der avondschemeringen@ en Awelks..@ De stijl en de opbouw zorgen ervoor dat het verhaal makkelijk te lezen en ook goed te volgen is.

    Al met al moet ik zeggen dat ik de opbouw van het boek sterk vind, maar de inhoud niet bijzonder interessant.

Thema:

De ambitie en idealen van Katadreuffe zorgen ervoor dat hij gedeeltelijk krijgt wat hij wil, hij overtreft zijn vader, maar dingen die ook belangrijk zijn voor een gelukkig leven verwaarloosd hij. Hiermee doel ik op zijn relatie met Lorna te George.
Dit thema is zeer eenvoudig toe te passen op het boek. Door de slechte armoedige jeugd van Katadreuffe vormt zich bij hem het ideaal om het later goed te hebben. Hier heeft hij alles voor over. Als hij zijn vader ontmoet wordt het maken van carrière voor hem een obsessie, omdat hij zijn vader wil overtreffen. Hij werkt hiervoor zeer hard en boekt ook veel vooruitgang, maar verwaarloost andere dingen die een gelukkig leven compleet maken. Hij leeft eigenlijk maar half.
Biografische kenmerken: Ferdinand Bordewijk (1884-1965) studeerde rechten te Leiden en kwam terecht op een advocatenkantoor aan de Boompjes te Rotterdam. Na een docentschap an een middelbare school te Den Haag, vestigde hij een eigen advocatenpraktijk in Schiedam.
Het is duidelijk te zien dat hij deze biografische gegevens heeft toegepast in zijn verhaal. Net als Jacob Katadreuffe werkte Bordewijk op een advocatenkantoor. Ook Bordewijk wilde net als Katadreuffe graag op eigen benen staan en heeft een eigen advocatenkantoor opgericht. Opvallend is ook dat zijn latere romans nauwelijks bekend zijn geworden. Dit kwam doordat voor Bordewijk de advocatuur belangrijker was dan zijn schrijverschap. Ook dit kenmerk komt duidelijk in het boek naar voren. Katadreuffe was ook een echte workaholic en vond niets zo belangrijk als zij werk. Katadreuffe symboliseert dus voor een groot gedeelte Bordewijk zelf.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen