Johan Ballegeer, De H77 is gebleven
Beste bezoeker, dit verslag is bedoelt voor privé-gebruik, het is
origineel gemaakt door Walter ter Maten en met toestemming
van Walter ter Maten gekopieëerd en aangepast door het SMC. Het is
origineel afkomstig van Walter's Boekverslagen Homepage.
|
Samenvatting:
Het is een op ware gebeurtenissen gebaseerd verhaal over de belevenissen van de bemanning
van de Vlaamse treiler H77 Gilda tijdens het eerste deel van de 2 WO. Op de laatste
bladzijde vinden we de geschiedenis van deze boot. Het schip ging vermoedelijk in de nacht
van 12 op 13 december 1942 bij een mijnontploffing of door torpedering ten onder. De
volledige bemanning is hierbij gebleven. De thuishaven van het schip en van de bemanning
was Heist, vlakbij Knokke in België.
Het jongste bemanningslid was Constant Mallefeydt, 14 jaar, van beroep laver. Ook zijn
vader was aan boord: Louis Mallefeydt, 38 jaar, matroos. Constant werd gewoonlijk Stant
genoemd. In het hele boek komen veel bijnamen voor. Een broer van Stant heeft de oorlog
overleeft volgens een voetnoot.
Stant is de hoofdfiguur in het boek. Door zijn ogen volgen we de gebeurtenissen van het
begin van de 2 WO. De hele familie vlucht met vrienden en kennissen en gaan met hun
vissersboten richting Frankrijk, om te voorkomen dat hun boten door de Duitsers zouden
worden ingepikt. Onder de vrienden is ook Prudence Weber, bijgenaamd Preute Lap, een
vriendinnetje van Stant en even oud als Stant.
Frankrijk verkeert in een grote chaos. De Belgische vissersboten moeten al gauw helpen bij
het overbrengen van Engelse soldaten van Frankrijk naar Engeland (de ontruiming van
Duinkerken). Ze krijgen steeds weer orders van verschillende personen, die soms
tegenstrijdig zijn.
Daarbij zijn er genoeg vluchtelingen die weg willen uit Frankrijk. Soms zijn het ook nog
bekenden uit België.
De familie van Preute gaat in Normandië van boord. Preute wordt al snel slachtoffer van
een bombardement door de Duitsers. Stant heeft dit nooit geweten. Hij vaart langs de
Franse kust. Dag en nacht zijn de vissers in de weer. Als ze soldaten in het Engelse
Brighton hebben gebracht, worden ze nog gestraft, omdat ze illegale vluchtelingen aan
boord hebben die niet op de monsterrol staan. Een paar bemanningsleden moeten zelfs in de
gevangenis. De anderen vluchten 's nachts weer met de boot naar Frankrijk. Deze keer
willen ze uitsluitend nog hun eigen families en vrienden overbrengen. De familie van
Preute wordt echter niet meer gevonden en niemand weet wat er met hen gebeurd is. Men
vermoedt dat ze naar Spanje zijn gevlucht. Er worden over veel mensen allerlei geruchten
verteld. De waarheid is moeilijk te achterhalen. Bij hun aankomst in Frankrijk vanuit
Engeland ontmoeten de vissers van de H77 enkele andere vissers uit Heist. Er worden
ervaringen uitgewisseld, aangevuld met allerlei geruchten.
De vissers gaan eerst met hun boot naar Swansea in Wales en later naar Brixham in Cornwall
in Zuid-West Engeland. Ze komen ook regelmatig in Cork in het zuiden van Ierland. Ierland
was nog niet bij de oorlog betrokken. Stant heeft een brief geschreven aan Preute en deze
in een fles gestopt. Hij vraagt haar terug te schrijven en haar brief te sturen naar de
Tebby Inn in Cork. Een bevriende kennis gooit de brief op een geschikte plek in zee, waar
hij door de golfstroom richting Frankrijk en België genomen wordt. Hij wordt echter
onderschept door een Duitse U-boot. Ze begrijpen niet veel van de brief. Op het eerste
gezicht inderdaad een brief aan een vriendinnetje. Een gedichtje op het eind brengt hen
tot andere gedachten. Wanneer je de eerste woorden van elke regel leest van onder naar
boven krijg je de zin: De - vangsten -van - de - H77 - worden - steeds - maar - beter. Dit
zou een geheime boodschap kunnen zijn tegen de Duitsers. De brief wordt uiteindelijk door
de Duitse geheime dienst in Kiel (Noord-Duitsland) nader onderzocht. Zes weken zijn ze
bezig. Ze komen alles te weten over de families van Stant en van Preute. Conclusie: toch
gewoon een liefdesbrief (zes weken dus verknald).
De kapitein van de U-boot is niet blij met dit resultaat. Groot is zijn verbazing als hij
op zee oog in oog komt met de H77 Gilda, juist op een moment dat hij geen enkele torpedo
aan boord heeft. Het zijn dan wel vissers, maar ze hebben de geheime dienst in Kiel zes
weken voor niets laten werken. De vissers zien ook de U-boot en in plaats van te vluchten
rammen ze de U-boot. Het kost de U-boot bemanning vijf dagen om de schade te herstellen.
De kapitein kiest onmiddellijk weer zee met slechts één enkel doel: afrekenen met de
H77. Uiteindelijk vindt hij haar.
De eerste torpedo is meteen raak. De H77 breekt in twee stukken en verdwijnt in enkele
seconden in de golven. De U-boot gaat naar Kiel om Kerstdag te vieren. Van de H77 Gilda is
alleen nog één reddingsboei gevonden. Deze hangt nu in het visserskapelletje in Heist.
Opmerkingen:
In het boek komen veel namen voor van personen die slechts even langskomen, als
vluchteling bijvoorbeeld. Hun rol is soms maar beperkt tot enkele regels. Dit maakt het
volgen van het verhaal lastig. Een ander lastige bijkomstigheid is dat er ook veel namen
van kleine Franse vissersplaatsjes voorkomen. Zonder kaart weet je al gauw niet meer of ze
naar west of naar oost varen. Maar dit alles verhoogt wel het gevoel van chaos, wat er
toen ook werkelijk was.
Illustratie:
Er is een omslagontwerp van Pierre Wagemans, dat de explosie op de H77 in volle zee toont
met op de voorgrond de gezichten van twee personen, vermoedelijk van Stant en van Preute.
Probleem van de hoofdpersoon:
Het probleem van Stant is dat hij niet weet hoe het Preute is vergaan. Hij is verliefd en
wil haar graag steeds vlakbij zich hebben. Daarom heeft hij er ook voor gezorgd dat zij en
haar familie uit Heist met de H77 konden mee vluchten. Maar in Normandië raken ze elkaar
kwijt. Stant probeert uiteindelijk om met haar in contact te komen via de brief waarvoor
hij geen betere manier weet dan om die te verzenden via een fles die hij in zee laat
gooien. |