Boekverslag : Pieter Aspe - De Kinderen Van Chronos
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 958 woorden.


1. Onderwerp



Het hoofdonderwerp van het boek is de moord op een man die de politie Herbert doopt en die later een travestie blijkt te zijn. Reeds in de eerste vijf bladzijden word je geconfronteerd met deze moord.

De drijfveer om je verder te laten lezen in dit boek is het onmetelijke kluwen van moorden, gesjoemel en sex. Je duikt in een totaal andere wereld waar ruwe sex en moord als normaal beschouwd worden, al speelt het zich af in de hoogste kringen.



Dit boek is een beetje de belichaming achter de geruchten en schandalen die België gekend heeft de laatste jaren, al is het een sterk overdreven vorm. Het maakt de link tussen de politieke topklasse en de criminaliteit, deze zijn in hier verenigd. Persoonelijk vind ik het leuk me even te wanen in deze wereld en erover na te denken. Het zet aan het roer in eigen handen te nemen, soms leefde ik me in in de persoon van Van In en werd ik boos.

Kortom een meeslepend onderwerp.



2. De gebeurtenissen



Dit is geen boek waarbij op de eerste pagina een misdaad uit de doeken wordt gedaan maar het heeft een spannende opeenvolging van gebeurtenissen die de haat tegenover de daders versterkt. Er wordt geen heel boek gebreid rond 1 moord maar vele misdaden worden ondekt en met elkaar in verband gebracht, op het einde past alles netjes in elkaar. Dit was hetgeen ik juist leuk vond aan dit boek, het feit dat je niet meer weet dan de onderzoeker zelf (Van In) maar dat je als het ware meeleeft met hem.

Of ik het boek spannend vond of niet kunt u wellicht afleiden uit mijn commentaar. Bij sommige boeken zijn er ellenlange, beschrijvende passages die meestal nutteloos en saai zijn, bovendien papierverspilling. Aspe heeft op dit vlak een systeempje gebruikt die de lezer aanzet tot het verder lezen. Er word namelijk een soort soap-effect bereikt. Juist op het moment dat het boek je dreigt te vervelen en je het zou kunnen saai vinden gebeurt er iets of ondekt men iets. Dit is de impuls die je op dat moment aanzet verder te lezen. De auteur is dus met zijn compositie en opeenvolging van gebeurtenissen zeker geslaagd.

Ondanks dat de meeste gebeurtenissen een uitgesproken serieus karakter hebben wekken ze toch een zekere emotie op. Toch is dit eerder een roman die deze emotionele zaken objectief en onderzoeksgericht bekijkt. Het is schokkend maar niet ontroerend. Het boek bleef me tot het einde boeien zeker omdat ik gestimulmeerd werd door externe factoren die aan het lezen van het slot een uniek karakter gaven. Toen ik op 3/9 /’99 de laatste twintig pagina’s las zat ik op mijn kamer en zoals u zich misschien nog herrinerd was er toen orkaan. De ene ontknoping en onthulling na de andere volgden elkaar op in het ritme van de donder- en bliksemslagen. Van een decor gesproken…

3. De bouw



Veel van de bouw besprak ik reeds bij de gebeurtenissen. Alleen over het slot kan ik nog een minpuntje bedenken. Ondanks dat alles op zijn pootjes terecht komt gaan relatief veel mensen dood. Bij sommigen was dat niet zo erg maar het einde zou veel boeiender geweest zijn mocht bv. De Heer Vandaele niet gestorven zijn. Bijna alle sleutelfiguren sterven op het einde. Als je aan de kant van Van In stond was het een relatief happy-end.

Naarmate het boek vordert komen er meer en meer personages bij.Juist daarom word het wel eens ingewikkeld en worden namen niet meer meteen herkend. Op deze momenten gebruikt Aspe een soort van terugblik. De commissaris zet dan alle feiten op een rijtje, dit is heel handig om de lezer weer op de been te krijgen. Ook leuk is dat de auteur, door de zinspelingen die hij gebruikt, zaken wil insinueren of de lezer een aha-beleving wil bezorgen.



4. De personages



De personages zijn heel goed beschreven en men weet zeer veel van ze af. Het voordeel is dat bij de introductie van een persoon niet meteen een heel relaas wordt gedaan over hem of haar. We leren ze stap voor stap kennen doorheen het boek. Het hoofdpersonage, Van In, kennen we na het lezen van het boek door en door, zijn gewoontes, gevoelens en aanpakmethodes.

Een bijkomstig voordeel van het boek, in vergelijking met andere met andere auteurs, is dat de auteur quasi naast de deur woont. Vele personages en toestanden in het boek verwijzen ook naar streekgebonden situaties en gebeurtenissen.

Door de prachtige vergelijkingen is het soms zeer makelijk om mee te voelen wat de persoon in kwestie meemaakt. Ik was op een gegeven moment ingeleefd in de persoon van Vandaele, de ultieme gladjanus en goedprater, en begon me depressief te voelen. Wat de humor betreft kon Van In me wel eens doen lachen met zijn droge of brute opmerkingen.



5. Het taalgebruik



Algemeen kunnen we stellen dat het taalgebruik van Aspe luchtig doch spitsvondig is. Het leest relax. Door sommige zinswendingen- en spelingen word vaak een humoristisch effect bereikt. Hoogdravend of verheven taal word hiet niet gebruikt. Als ik één ding zeker kwijt wil over het taalgebruik zijn het wel de onnoemelijk spitsvondige vergelijkingen. Hij gebruikt ze om een zekere sfeer te scheppen en om gevoelens duidelijk te maken. Ook gebruikt hij vaak korte dialogen om een bepaalde situatie of gebeurtenis te benadrukken. De meeste zinnen zijn relatief kort.

Hoewel hij een zeer gevarieerd taalgebruik heeft gebruikt hij drie à vier termen zeer vaak. Als synoniem voor zei hij of ze gebrijkt hij, naargelang de persoon, ‘’snoof ze’’ of ‘’grinnikte hij’’. Twee keer slechts gebruikt hij dezelfde vergelijking.

Ondanks dat het zeker niet de hoofdbedoeling is van het boek kan men wel een zeker betoog van zijn taalgebruik afleiden. Betoog voor wat betreft politie en het Belgisch gerechterlijk apparaat. Dit is wel een lichte vorm van betoog.




Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen