![]() |
Boekverslag : Anna Enquist - Het Meesterstuk
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 2227 woorden. |
Titel Het meesterstuk Auteur Anna Enquist Thema van het boek Het thema van het boek is de verbondenheid die ieder mens met zijn vader heeft, zelfs zonder daar zelf bewust van te zijn. En deel uit het boek dat dit goed illustreert zijn de volgende woorden van Lisa; "Vaders, het gaat om vaders. Denk ik. Ik moet het weten, het is mijn vak. De goedkeuring van de vader zoeken. Je denkt dat je het overwonnen hebt maar zodra je niet waakzaam bent duikt het weer op, het verlangen om vaders liefste te zijn. Het blijft een permanente handicap. Het meisje kan haar vader niet overtreffen; voor een jongen ligt dat toch iets anders, hoewel er genoeg mannen zijn die dat ook niet mogen van zichzelf, kijk maar naar Oscar. Uiteindelijk willen wij bij vader op schoot, voorgoed, voor altijd. Niet moeder. Vader." Motieven in het verhaal Enkele in het verhaal voorkomende motieven zijn dood, vissen, water, schilderkunst, broers, kinderen, overspel en muziek. Hoofdpersoon De hoofdpersoon uit het boek is Johan. Johan is een opkomend schilder die schreeuwt om bewondering. Toen hij een kleine jongen was tekende hij al, net als zijn vader, en toen deze vertrokken was, bewonderde zijn moeder hem om het schilderstalent van zijn vader. Hij trouwt met Ellen en krijgt drie kinderen. Als hun jongste kind, Saar, overlijdt, wordt Ellen depressief dit kan Johan niet aan. Hij gaat vreemd met een leerlinge, Ina, en dit wordt Ellen teveel. Ze besluit om uit elkaar te gaan. In zijn omgang met anderen komt Johan steeds naar voren als iemand die wil veroveren en zijn 'vangst wil brandmerken'. Hij wil niet per se aardig gevonden worden, maar bewonderd worden. Als kunstenaar streeft hij ernaar om eerst een volledig gedetailleerd beeld van het schilderij te krijgen alvorens hij begint met schilderen. Dit beeld had hij dus ook van zijn meesterstuk, maar later ontdekt hij pas dat dit eigenlijk de herinnering aan het schilderij van zijn vader, en daarmee aan zijn vader zelf, was. Belangrijkste bijpersonen De belangrijkste bijpersonen zijn Alma, Oscar, Ellen en Lisa. Alma is de moeder van Oscar en Johan. Ze was ooit getrouwd met Charles, maar nadat hij haar verlaten heeft, heeft ze al zijn spullen verbrand. Ze lijkt een sterke vrouw die alle omstandigheden in de hand heeft. Ze zorgt er telkens weer voor dat de rivaliteit tussen haar twee zoons opbloeit zodat ze daar tussenin kan zitten en er als het ware van kan genieten. Als Johan haar echter verteld dat hij Charles geschreven heeft om te vragen of hij naar de expositie komt, blijkt ze zo sterk niet te zijn en verwacht ze heel veel van het bezoek, dat uiteindelijk uitblijft. Oscar is de oudere broer van Johan. Hij heeft een strak schema waarbinnen hij leeft en is niet de soepele kunstenaar die zijn broer is. Hij werkt in een museum dat de rivaal is van het museum waar Johan's kunst hangt. En die rivaliteit tussen de broers is ook duidelijk aanwezig. Dit komt voornamelijk door Alma. Zij trok Johan altijd voor en bewonderde hem om zijn talent. Oscar was stiller, teruggetrokkener, en speelde liedjes op zijn blokfluit die Alma echter niet waardeerde. Desondanks doet Oscar alles voor Alma en probeert hij altijd haar lievelingszoon te worden Doordat Oscar telkens op tweede plaats staat, ontwikkelt hij een haat tegenover Johan en alles wat hij maakt en doet. Hij schrijft stukken voor de krant waarin hij Johan's werk de grond in boort en komt op het einde ook met het schilderij van zijn vader dat zo op Johan's meesterstuk lijkt. Hij is bang voor menselijk contact en in grote gezelschappen begint hij te trillen. De enige mensen waarmee hij omgaat zijn Alma, Ellen en Lisa. Nadat hij het schilderij heeft laten zien, voelt hij zich eerst goed en zegt hij tegen zichzelf 'Ik heb het gedáán!'. Maar dan beseft hij dat hij alles verpest heeft en dat hij door niemand meer geaccepteerd zal worden. Hij besluit op straat te gaan zwerven en valt op het laatst in zee waarin hij naar beneden zakt met een prettige herinnering aan een zonnige dag op het strand met Johan. Ellen is Johan's ex-vrouw. Zij werkt op een bedrijf dat in hout handelt. Na de dood van haar dochter beseft ze dat ze niets meer te verliezen heeft en durft ze eindelijk het aanbod van Johan te weigeren, als hij haar vraagt of ze met hem mee wil verhuizen naar een groter landhuis. Daarna voelt ze zich echter niet triomfantelijk, maar eerder de verlaten vrouw. In haar relatie met Johan plaats ze hem onbewust in de zogenaamde heldenrol. Ook al probeert ze zich ertegen te verzetten, telkens draait al haar handelen om één ding; aardig gevonden worden. Maar toch ziet de buitenwereld haar als een zelfstandige vrouw die durft te vechten. Lisa is Ellen's hartsvriendin. Ze werkt als psychiater en heeft een man en twee kinderen. Ze kan ontzettend genieten van rust en stilte en trekt zich dan ook graag helemaal terug. Samen met Ellen gaat ze graag wandelen. Ze bewondert Johan om zijn levenshouding waarin hij vooral probeert te winnen. Zelf kiest ze namelijk vaker dan haar lief is voor de veilige uitweg. Ze is een onderdeel van de familie, maar kan er toch gedistantieerd over nadenken. Vaak heeft ze eenzelfde droom waarin ze in een circuspiste zit en omarmt wordt door een man die haar vader is, wat dus weer terugslaat op het hoofdthema. Over het uiterlijk van de personen wordt in het boek soms wel iets geschreven, maar dit is niet van belang voor het verhaal dus dit heb ik niet vermeld. De relatie tussen de personen Tussen Johan en Oscar bestaat veel rivaliteit die door Alma in de hand gewerkt wordt. Johan en Ellen voelen zich ondanks hun scheiding toch nog met elkaar verbonden en Oscar gaat goed om met Ellen en Lisa. In de beschrijving van de hoofd- en bijpersonen heb ik deze verbanden al nader toegelicht. Wat echter heel belangrijk is in het verhaal is de band die de verschillende personen hebben met hun vader of degene die een vaderrol voor hun heeft. Johan heeft onbewust steeds de herinnering aan zijn vader bij zich gedragen, Oscar heeft zijn vader altijd gemist en hem niet durven te overtreffen en Lisa heeft geen vader gehad en probeerde altijd de lieveling te zijn van leraren en analytici en werkgevers. Mijn mening over de personen Lisa vind ik erg sympathiek. Ik kan me goed voorstellen hoe ze zich voelt als ze zich rustig terug kan trekken en even helemaal alleen kan zijn. Ze denkt goed over de dingen na, over wie ze zelf eigenlijk is en waarom mensen zijn zoals ze zijn. Dat maakt haar een herkenbaar persoon waarin ik me in kan leven. Alma is een trotse vrouw, maar ze kan toch ook behoorlijk stoken tussen verschillende partijen. Dit maakt haar voor mij niet antipathiek, maar wel het minst sympathiek van de belangrijkste personen uit het boek. Ze laat nooit echt blijken wat ze voelt en speelt mensen tegen elkaar uit. Verteller Het vertelperspectief ligt telkens weer bij een andere persoon. Het standpunt waaruit je de gebeurtenissen bekijkt wisselt telkens. In het begin was dit wel wennen, maar later is het ook wel prettig omdat je zo iedere persoon als het ware goed leert kennen en beter begrijpt waarop de personen de dingen doen, die ze doen. Tijd Het boek is niet chronologisch geschreven en er zijn veel flash-backs in verwerkt. Het heden van het boek duurt ongeveer een week, maar met de flash-backs meegerekend beslaat het boek minimaal een periode van 30 jaar. Deze manier van schrijven is denk ik aangehouden om het verband tussen dingen aan te geven. Als iets in het heden gebeurt, volgt daarop een gebeurtenis uit het verleden waardoor je ziet welke invloed het verleden heeft op het handelen van de personen in het heden. Ruimte Het verhaal speelt op verschillende plaatsen die vaak niet werkelijk van belang zijn. De meest voorkomende plaatsen zijn de huizen van de belangrijkste personen , waarvan geen verdere belangrijke beschrijvingen gegeven worden en de expositiehal waar Johannis kunstwerken hangen, die eveneens niet beschreven wordt. Maar in het verhaal nemen de omschrijvingen van de omgeving en de situatie wel een belangrijke plaats in omdat ze de sfeer weergeven. Een voorbeeld van zo'n sfeeromschrijving : " Dat de lente doorzet en overgaat in een warme zomer valt Ellen niet op. Narcissen schieten uit de grond en de oevers van de rivier zijn bezaaid met de gele sterren van het speenkruid. De ramen van de huizen gaan open, er klinkt muziek door de straat, mensen wassen hun auto's, snoeien hun heggen en staan met elkaar te praten. Als het regent is dat een streling voor het land, weldadig en zacht. De stad geurt met de geheime geur van nat asfalt aan het eind van de middag, stof raakt gebonden, huis glimt, fietsbanden suizen." Deze omschrijving draagt niet echt iets bij aan de verhaallijn, maar geeft de lezer een indruk van de omgeving en de sfeer. Stijl Het boek is redelijk moeilijk. Dit niet zozeer door de zinsbouw, want deze is vaak niet zo ingewikkeld, en ook niet door de zinslengte, want er worden veel korte zinnen gebruikt, maar meer door de woordkeuze en vooral door de inhoud van het boek en de diepere betekenis van zinnen en gebeurtenissen. Er zijn niet veel dialogen, omdat de nadruk vooral gelegd wordt op de gevoelens van de belangrijkste personen en de beschrijvingen die gegeven worden van wat in het heden en verleden heeft plaats gevonden. Waardering Toen ik het boek uit de bibliotheek haalde, wist ik eigenlijk alleen dat het goede recensies gekregen had. Ik lees niet vaak de achterkant van een boek, omdat je dan al een deel van het verhaal kent. Ik vind het echter veel spannender om als het ware helemaal leeg aan een boek te beginnen en er mijn eigen gedachten bij te hebben. Waarom ik dan dit boek gekozen heb en niet een ander boek met goede recensies? Dat weet ik eigenlijk niet. Ik denk dat het kwam door de titel of de voorkant van het boek, want om de een of andere reden wilde ik dít boek lezen en geen ander. En ik ben blij dat ik dat gedaan heb! Ik werd ontzettend geboeid door de gevoelens van alle personen en hoe je ze steeds meer leerde kennen. Ik kan niet echt spreken van spanning in het boek, maar eerder een gevoel dat je er midden in zit en als het ware een deel bent van de gebeurtenissen. Zoals ik al eerder vermeldde, was het wisselen van vertelperspectief in het begin iets wat me een beetje stoorde, maar later maakte het verhaal juist levendiger en zorgde het voor een beter inzicht in de karakters van de hoofdpersonen. Verder was de stijl erg mooi, omdat er geschreven was zoals een mens denkt. Soms korte zinnen, veel constateringen maar ook weer veel overdenkingen. Een gevoel werd uitgedrukt met één enkel woord, of juist met een ingewikkelde gedachte of redenering. Dat maakte het boek levendig en prettig om te lezen. Het boek geeft denk ik niet zozeer een mening weer, maar meer de constatering dat ieder mens verlangt naar erkenning en geborgenheid. De auteur wil de lezer laten nadenken over zijn opstelling ten opzichte van anderen, en dan zijn vader in het bijzonder. Door de verschillende karakters en het wisselende perspectief krijg je ook meer inzicht in mensen en kan je anderen beter begrijpen. Veel situaties in het boek zijn voor mij herkenbaar, niet zozeer omdat ik ze zelf meegemaakt heb, maar eerder doordat ze zo levensecht beschreven zijn dat ik mij goed in het boek in kan leven. Een voorbeeld van een deel uit het boek waar ik mij bijzonder goed in kon leven is de tijd nadat Ellen haar dochter verloren heeft. Ik denk dat nog veel begrijpelijker is als je zelf kinderen hebt of iemand verloren hebt, maar ik kon me het zelfs levensecht voorstellen wat ze doormaakt en ik vind het heel knap hoe zo'n vreselijk leeg gevoel weergegeven is. Een voorbeeld hiervan is het moment waarop Ellen net uit het ziekenhuis weg wil gaan en ontdekt dat haar dochter gestorven is: "Ellen strekt zich, de armen boven haar hoofd. Even Saar gedagzeggen, dan naar huis om te eten (Alma, wéér Chinees) en spullen pakken voor vannacht. Traag loopt ze over de verlaten gang, voorbij het knipperlicht, de kamer binnen. Marlon met zijn been in de lucht. Winnie met haar moeder. Op de plek van Saar een nieuw kind. Weer de gang op. Uit de knipperlichtkamer wordt nu het karretje weer naar buiten gereden. De bloesjeszuster heeft tranen in haar ogen. Waarom hangen al die mensen hun armen zo naar beneden? Ze wijken tegen de muur om Ellen door te laten. De kamer is fel verlicht. De kamer is doodstil. De cijfers op het infuus zijn gedoofd. De zuurstofslang zwijgt. In het bed ligt een meisje van tien dat geen adem haalt." Het bovenstaande citaat is slechts één van de zovelen stukken die mij aanspreken, maar dit zijn er te veel om allemaal aan te halen. Er is ook nooit sprake geweest van verveling of irritatie. Alleen even van gewenning aan het wisselend vertelperspectief. Samengevat heb ik een erg positieve ervaring gehad met dit boek en heb ik het met veel aandacht en belangstelling gelezen. Daarom zou ik het met een welverdiende 8,5 willen becijferen. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |