Boekverslag : L.g. Alexander - Operation Mastermind
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1480 woorden.


A. Zakelijke gegevens.

Het boek dat ik gelezen heb heet Operation Mastermind en is geschreven door L. G. Alexander. Het is uitgegeven door Longman Originals in het jaar 1971.



B. Korte uitleg van mijn keuze voor dit boek.

Ik heb dit boek gekozen omdat ik wel van spannende boeken hou. Toen ik dit boek zag en de achterkant las begreep ik eruit dat het een detective was en dus spannend.



C. Bespreking: eerste persoonlijke reactie.

5 beoordelingswoorden die ik bij dit verhaal vind passen zijn:


  • Nieuwsgierig makend: het was erg nieuwsgierig makend omdat ik telkens wou weten hoe het verder ging. Ik wou weten wat de moord op professor Mastermind met de computers te maken had.

  • Spannend: het verhaal was heel leuk geschreven met veel gebeurtenissen daardoor werd het erg spannend. Je wou telkens weten of de “operatie” ging lukken.

  • Onwerkelijk: in het verhaal waren stukken dat heel werkelijk waren, maar er zaten ook dingen in die in het echt nooit zouden gebeuren bijvoorbeeld een computer die de macht heb. Daardoor werd het verhaal voor mij ook onwerkelijk.

  • Gemakkelijk: ik begreep dit verhaal heel goed doordat er bijna geen moeilijke woorden werden gebruikt en door de illustraties. Daardoor kon je het verhaal ook veel beter begrijpen.

  • Niet herkenbaar: ik vind dit verhaal niet herkenbaar omdat ik nog nooit verhalen heb gelezen waarbij iemand dingen moet uitzoeken en in zulke bizarre situaties komt, bijvoorbeeld waarneer John Carstairs allemaal mannen van het eiland om zich heen heeft staan die hem neer willen schieten.



C. Bespreking: samenvatting van de inhoud.

Het verhaal begint als professor Mastermind wordt vermoord met een van zijn optredens. De politie vindt een apart nummer in zijn hand. Ze kunnen de dader niet vinden.

Wanneer John Carstairs naar D.O komt, zijn opdrachtgever. Geeft D.O. John het rare nummer en dat moet hij uit zijn hoofd leren omdat hij die misschien nog wel eens nodig kan hebben. D.O. zend John naar een eiland genaamd Doriphoros. Overal over de wereld worden computers gestopt en op dat eiland staat DOT een computer bedrijf, maar D.O. denkt dat DOT daar iets mee te maken heeft.

John gaat de volgende dag naar het eiland toe met de boot, het laatste stuk moet hij zwemmen. Als hij op het eiland aan komt gebeuren er rare dingen er lopen mensen rond in rare pakken en er wordt om de paar seconde iets gezegd met een rare stem. Als de mensen zien dat John niet thuis hoort op het eiland willen ze hem vermoorden maar dan red DOT hem want die vind dat hij in leven moet blijven. Hij wil eerst meer van hem weten, hij moet zijn paspoort laten zien en hij wordt uitgehoord door Rudolph Hardbaker. Maar hij gelooft John niet en de volgende dat moet hij in de dode capsule. Die is van metaal en die gaat onder water daardoor heeft John een langzame dood want er komt maar langzaam water naar binnen. Als de capsule bijna vol is wordt er door DOT omgeroepen dat John weer moet blijven leven en dat ze de capsule naar boven moeten halen. Dat doen ze en John is bewusteloos. Als hij weer bij is moet hij bij DOT komen, DOT blijkt een computer te zijn die alle computers van de hele wereld wil vernietigen en daarna zorgen dat de computers de macht krijgen over de mensen. DOT wil dat John voor hem komt werken. John speelt mee. Maar dan ziet hij een toetsenbord, hij herinnert zich het rare nummer en typt die in, DOT is “dood”.

Als John weer terug is in Londen leest hij in de krant dat alle computers weer werken.

John gaat naar D.O. en D.O. geeft hem een nieuwe opdracht, eerst protesteert hij maar als hij hoort dat het is: ga naar Devon en neem een lange vakantie is hij tevreden.



C. Bespreking: beschrijving van mijn leeservaring.

Het verhaal dat ik heb gelezen heeft niet echt een bepaald onderwerp. Het gaat niet over een vriendschap of zoiets. Het belangrijkste van het verhaal is dat John iets gaat onderzoeken, maar dat is geen onderwerp. Dat John iets moet uitzoeken spreekt mij wel aan. Door het lezen van het boek heb ik niet iets nieuws geleerd. Dat gebeurt meestal ook niet bij die kleine boekjes.

Het verhaal bevat zeker genoeg gebeurtenissen om te blijven boeien. Alle gebeurtenissen die John mee maakt zijn spannend, maar ik vind ze niet allemaal geloofwaardig. Want in het echte leven zou nooit een computer de baas zijn. De spannendste gebeurtenis vond ik dat John in de dode capsule moest, omdat ik zo nieuwsgierig was of hij zou blijven leven en hoe hij anders gered werd.

Ik vind de hoofdpersoon John wel een held, want hij heeft DOT “verslagen”. Ik zou best op hem willen lijken want hij is heel dapper, en hij is bijna nergens bang voor. In het verhaal kom je niet echt veel over John te weten, daarom was ik soms verbaasd hoe hij met sommige situaties omging. Maar toch vind ik het heel goed hoe hij uiteindelijk het probleem dat alle computers werden vernietigd heeft opgelost.

Het verhaal is boeiend dat komt door de spannende gebeurtenis die John meemaakt. In het verhaal zitten niet veel terugblikken dat komt vooral omdat het boekje maar weinig bladzijdes heeft. Ik vind dat wel beter want anders wordt het zo een langdradig verhaal, en daar hou ik niet van. Aan het eind van het verhaal is alles opgelost, dat vind ik wel goed want ik hou niet van een open eind.

Het verhaal was heel makkelijk om te lezen omdat er weinig moeilijke woorden in voor kwamen, en het op een leuke manier geschreven is. De taal die gebruikt werd past bij de personages en ook voor de leeftijdsgroep voor wie het boekje geschikt is.



C. Bespreking: verwerkingsopdracht.

Bespreekopdracht nummer 2, de andere komen niet van toepassing bij dit verhaal.



Hoe komt het dat het verhaal spannend is?

Je merkt aan het verhaal dat het spannend is als je niet kan stoppen met lezen en telkens wilt weten hoe het afloopt. Dat was bij dit verhaal ook zo, je wou weten of het John Carstairs lukte om zijn missie op te lossen. De grootste openplek van het verhaal was dat je wou weten wat de moord op professor Mastermind te maken had met de computers die werden vernietigd. Ook werd het erg spannend toen John in de dode capsule moest. Het verhaal was ook op een bepaalde manier geschreven dat je echt niet wist hoe het afliep tot de laatste 2 hoofdstukken.



Schrijfopdracht nummer 5. Een interview met John Carstairs.



< Hallo John. Zou ik jou wat vragen mogen stellen?

> Ja natuurlijk.

< Is het nou echt zo, ben je nooit bang?

> Natuurlijk wel. Ieder mens is wel eens bang, maar ik ben niet gauw bang waarom zou ik. Toen ik in de dode capsule zat voelde ik me in ieder geval niet op mijn gemak!

< Heb je eigenlijk helemaal geen privé leven, omdat je zomaar voor onbepaalde tijd naar het eiland toeging.

> Nee ik heb geen vrouw en kinderen. Daar ben ik ook nog niet aan toe. Ik ben nu nog jong en wil een beetje avontuur maar nu heb ik besloten rustiger aan te doen en misschien past er dan ook een vrouw in mijn leven.

< Hoezo dat?

> Omdat ik nu toch al een aantal jaar opdrachten heb opgelost voor D.O. en ik toch wel inzie dat het best wel gevaarlijk kan zijn.

< Wat was je eerste gedachte toen je op het eiland aankwam?

> Er hing een hele rare sfeer, toen ik aankwam was het helemaal donker ik vond dat erg raar. En opeens na een paar minuten stond er een rare man naast me in een raar pak net als een ruimteman.

< Wat wou die man van je?

> Dat weet ik niet maar hij had een pistool. Ik wist dat ik ook zo een pak moest hebben anders zou ik nooit overleven, dus ik heb hem vermoord en het pak aangedaan.

< Slim, maar ik zou daar niet iemand voor vermoorden.

> Ik had het liever anders gedaan maar anders was ik vermoord.

< Hoe voelde je toen je in de dode capsule zat?

> Heel erg onprettig. Het duurde een hele tijd voordat hij helemaal vol zat met water ik wist dat ik dood zou gaan, pas toen ik bewusteloos was werd ik gered.

< Hoe heb je DOT nou uiteindelijk verslagen?

> Je heb vast wel gehoord dat professor Mastermind is vermoord en dat hij en raar nummer in zijn hand had. Ik heb dat nummer ingetoetst op een computer want DOT was een computer en toen was het gecrasht.

< Gelukkig dat jij er bent want anders waren nu de computers aan de macht.

> Nou ik denk dat iemand anders het dan wel had opgelost.

< Niet zo bescheiden alle mensen zijn toch behoorlijk blij met je!

> Oke dan, ik ben een held!

< Zo mogen we het horen bedankt voor je interview.

> Graag gedaan




Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen