![]() |
Boekverslag : Rudyard Kipling - The Junglebooks / Het Jungleboek
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1878 woorden. |
(Joseph) Rudyard Kipling werd in Bombay geboren op 30 december 1865 en woonde tot zijn zesde in India, daarna werd hij voor zijn opvoeding naar Engeland gezonden maar ging in 1882 weer terug naar India, waar hij journalist werd. In 1889 reisde hij via China, Japan en Amerika terug naar Engeland en wijdde zich daar geheel aan de literatuur. Kiplings roem berust vooral op zijn short stories; met name z’n korte (dieren)verhalen die zich in India afspelen, zoals bij beide Jungle Books (1894 en 1895); ze zijn avontuurlijk, levendig en idealistisch. Zijn werk lijkt wat verouderd door het uitdragen van zijn geloof in het ethische verantwoordelijkheidsgevoel van de Britse ‘empire builders' (afschildering van gehoorzaamheid en discipline, overtuiging dat een Brits imperium de beste voorwaarde zou zijn voor wereldvrede en verspreiding van de blanke beschaving ‘white man’s burden’)in zijn verzen. De Boerenoorlog en vooral de Eerste Wereldoorlog betekenden een bittere slag voor dit idealisme; in zijn laatste levensperiode hield hij zich met het geestelijk en lichamelijk lijden van de individuele mens bezig. Kipling weigerde het laureaatschap, maar was eredoctor van tien universiteiten en kreeg in 1907 de Nobelprijs voor letterkunde. Hij werd begraven in Westminster Abbey in Londen op 18 januari 1936. In 1927 werd de Kipling Society opgericht, die het kwartaalblad The Kipling Journal uitgeeft en afdelingen heeft in de V.S., Canada en Australië. -Poëzie: - Departmental ditties (1886) - Barrack-room ballads and other verses (1892)- - The seven seas (1899) - Recessional and other poems (1899) - Five nations (1903) - Songs from books (1913) - The years between (1919). -Korte verhalen: - Plain tales from the hills (1888) - The phantom rickshaw (1888) - Soldiers three (1888) - Wee Willie Winkie (1889) - Life's handicap (1891) - Many inventions (1893) - The day's work (1898) - Traffic and discoveries (1904) - Sea warfare (1916) - A diversity of creatures (1917) - Debits and credits (1926) - Limits and renewals (1932). -Romans: - The light that failed (1891) - Captains courageous (1897) - Stalky & Co (1899). -Kinderboeken: - Just-so stories for little children (1902) - Rewards and fairies (1910). -Andere: - Letters of travel, 1892–1913 (1923) - Something of myself: for my friends known and unknown (1936; onvoltooide autobiografie). Korte inhoud. Als je hoort van het "Jungleboek" denk je al snel aan de fantastische tekenfilm van Walt Disney. Dit aardige sprookje is afgeleid van een serie verhalen uit de "Junglebooks" geschreven door Rudyard Kipling. Het zijn twee boeken, het Eerste Jungleboek en het Tweede Jungleboek. Vaak zijn ze in één gebundeld. De boeken bevatten korte verhalen en gedichten. Naast de verhalen over Mowgli zijn er ook een groot aantal verhalen die niet over Mowgli gaan. Ze staan door elkaar heen. Bij elk verhaal hoort ook een gedicht. Het origineel is echter veel meer een spannend avontuur dan het 'aardige sprookje' van de film. Het is natuurlijk fantasie, maar vergeleken met de film is het boek toch veel realistischer. Zo is Mowgli niet alleen maar een hulpeloos klein jongetje, maar groeit hij al snel op tot een zelfverzekerd man die zijn eigen plaats in de jungle verdient en opeist. Het is opmerkelijk dat de film toch kleine details van het boek gebruikt die niet altijd ter zake lijken te doen. Bijvoorbeeld dat Bagheera niet van water houdt. Mede hierdoor weet de film uitstekend de sfeer van het boek te benaderen. Rudyard Kipling en Baden Powell. De spelgroep bij de scouting voor jongens van 7 tot 10 jaar heet Welpen en richt zich voornamelijk op de Mowgli-verhalen uit het Jungle Book. De leiders en leidsters nemen namen aan die uit het boek komen. De jeugdleden zijn allen jonge wolven, welpen, en leren door het spel om samen te spelen, de natuur te waarderen, enz. Eigenlijk net zoals Mowgli van Baloo leert hoe te overleven in jungle. De verhalen uit het boek geven hier uitstekende mogelijkheden voor. Veel beter dan de film. De meeste verhalen kunnen worden 'nagespeeld' in de vorm van een spel. Natuurlijk met de nodige fantasie van leiding en welpen. Andere verhalen zijn iets moeilijker in een spel te gebruiken, maar kunnen bij een kampvuurtje prima naverteld worden. 1. Wat is het Thema en hoe wordt het uitgewerkt? Zijn er subthema’s? De hoofdthema’s in het Jungle Book zijn vriendschap & anders zijn – problemen (mens <-> dier – relaties). Het hoofdthema wordt verder uitgewerkt door de vele liederen & gedichten in elk verhaaltje. Subthema’s zijn respect voor dieren, waarden en normen van de jungle, … 2. Hoeveel verhaallijnen zijn er? Geef de verhaallijnen in maximum 80 woorden. In elk verhaaltje zijn er verschillende verhaallijnen. Voorbeeld: Verhaal “Kaa’s jacht” (p. 24 – p. 46): Mowgli wordt gevangen genomen door de Bandar Log omdat hij takken kan vlechten als schermen tegen de wind. Baloo, Bagheera en Kaa gaan hem achterna om hem terug te halen. - Verhaallijn 1: Mowgli & de Bandar Log: “Toen begonnen zij hun vlucht en de vlucht van het apenvolk door het bomenrijk is iets dat geen mens kan beschrijven. Ze hebben daarboven hun grote, vaste wegen en zijwegen, die 15, 20 en tot 30 meter boven de begane grond liggen en daarlangs reizen zen zelfs ’s nachts als het moet. Twee van de sterkste apen hielden Mowgli onder de armen vast en slingeren met hem door de boomtoppen met sprongen van wel zes meter. Waren ze alleen geweest, dan was de vaart tweemaal zo snel gegaan, maar het gewicht van de jongen belemmerde hen. Hoe ziek en duizelig Mowgli ook was, toch genoot hij van de wilde tocht, al deed de wegflitsende aarde daar in een diepte hem rillen van angst en al joeg het hevige stoten en rukken, dat iedere sprong over niets dan lege lucht afsloot, hem het hart in de keel.” - Verhaallijn 2: Baloo, Bagheera en Kaa: “Intussen waren Baloo en Bagheera razend geworden van woede en verdriet. Bagheera klom zoals hij tevoren nog nooit geklommen had, maar de dunne takken braken onder zijn gewicht en hij gleed naar beneden met zijn klauwen vol boomschors. “Waarom heb je het mensenjong niet gewaarschuwd?” brulde hij tegen de arme Baloo, die op zijn zware draf verder sukkelde met de hoop de apen in te halen. “Wat baatte het hem halfdood te slaan, als je hem niet eens hebt gewaarschuwd!” “Haast je! O, haast je toch! Misschien … misschien krijgen we hem nog te pakken!” hijgde Baloo. “Met zo’n vaartje? Een lamme koe zou er niet moe van worden. Onderwijzer van de wet, kinderranselaar, als je nog een mijl verder hobbelt, barst je open. Zit liever neer en denk na! Maak een plan. Het heeft nu geen zin hem achterna te zitten. Ze zouden hem zelfs kunnen laten vallen als we hen te dicht volgen.” 3. Hoe wordt spanning gecreëerd? Is er een in – medias – res – constructie (leg uit)? Welke vragen wil de lezer beantwoord zien? Zijn er speciale spanningstechnieken gehanteerd (cliffhanger, flashback, vooruitverwijzing, retardering, ruimte, het vertelperspectief, …)? Voorbeeld: Verhaal “Kaa’s jacht” (p. 24 – p. 46) - Hier is geen in – medias – res – constructie: er wordt eerst een kleine inleiding gegeven: “Alles wat hier wordt verteld, gebeurde enige tijd voor Mowgli uit de horde de Sioniewolven werd verbannen en ook voor hij wraak nam op Shere Khan, de tijger. Het was in de dagen dat Baloo hem onderwees in de wet van de jungle. De grote, ernstige, bruine oude beer was vol vreugde over zo’n vlugge leerling, want de jonge wolven willen van de junglewet niets anders leren dan wat hun eigen horde en geslacht aangaar en ze lopen weg zodra ze het jachtrefrein kunnen herhalen: “Poten die geen gerucht maken; ogen die kunnen zien en het donker; oren die de wind in zijn holen kunnen horen en scherpe, witte tanden, al deze dingen zijn de kentekenen van onze broeders, behalve van Tabaqui, de jakhals en van de hyena, die we haten.” Maar Mowgli, als mensenjong, moest nog een heleboel meer leren dan dat. Soms kwam Bagheera, de zwarte panter, door de jungle aanslenteren om te zien hoe zijn beschermeling het maakte en dan bleef hij, met zijn kop tegen een boom, liggen spinnen van plezier, terwijl Mowgli de les van de dag voor Baloo opzei. De jongen kon bijna evengoed klimmen als zwemmen en zwemmen bijna evengoed als lopen; daarom leerde Baloo, de onderwijzer van de wet, hem de wetten van het woud en van het water: hoe hij een vermolmde tak kon onderscheiden van een stevige, hoe hij de wilde bijen beleefd moest aanspreken als hij bij toeval een zwerm ontmoette vijftien meter boven de begane grond, wat hij moest zeggen aan Mang de vleermuis als hij hem ’s middags tussen de takken stoorde en ook hoe hij de waterslangen en de poelen moest waarschuwen eer hij in hun midden neerplaste. Niemand van het junglevolk wordt graag gestoord en allen staan ze dadelijk klaar om op de indringer aan te vliegen. Mowgli leerde daarenboven ook de jachtroep van de vreemdelingen, die luid herhaald moet worden totdat men hem beantwoordt, wanneer een van het junglevolk op jacht is buiten het eigen gebied. In onze taal luidt dat: “Geef mij verlof hier te jagen want ik heb honger,” en het antwoord is: “Jaag dan voor voedsel, niet voor vermaak.”.” - De lezer wil weten als Bagheera & Baloo erin slagen Mowgli terug te brengen, als ze verwond worden door de Bandar Log, … - Er zijn niet echt speciale spanningstechnieken gebruikt; de ruimte (de jungle) schept sowieso een bepaalde spanning en er wordt ook wel afgewisseld tussen de twee verhaallijnen (meervoudig perspectief). 4. Werkt het verhaal naar een climax toe? Leg uit. Voeg eraan toe of het verhaal een open of gesloten einde kent (leg ook uit). Voorbeeld: Verhaal “Kaa’s jacht” (p. 24 – p. 46) - Het verhaal werkt naar een climax toe door de spanning te laten stijgen in de achtervolging & het gevecht met de Bandar Log. - Het verhaal heeft een gesloten einde: alle zaken die de lezer wou weten zijn verteld: ““Ja, dat is waar,” zei Mowgli vol berouw. “Ik ben een dwaas mensenjong en mijn binnenste is bedroefd. “Mf! Wat zegt de wet van de jungle, Baloo? Baloo wilde Mowgli niet bedroefder maken dan hij reeds was, maar hij kon toch niet knoeien met de wet en daarom bromde hij: ”Berouw heft nooit straf op. Maar denk eraan, Bagheera, hij is nog zo klein.” “Ik zal eraan denken. Maar hij heeft kwaad gedaan en hij moet dus gestraft worden. – Mowgli, heb je iets te zeggen?” “Niets. Ik heb kwaad gedaan. Baloo en jij zijn gewond. Het is rechtvaardig.” Bagheera gaf hem een klap of zes die, bekeken van het standpunt van een panter, nauwelijks een van zijn jongen wakker had kunnen maken. Maar voor een jongentje van zeven jaar was het een straf, zo hard, dat iedereen ze heel graag zou gemeden hebben. Toen de straf was uitgedeeld, niesde Mowgli eens en kroop overeind zonder een kik. “Kom,” zei Bagheera, “spring nu op mijn rug, broertje, we keren terug naar huis.” Een van de mooie dingen uit de wet van de jungle is, dat de straf alle schuld vereffent. Men komt er later nooit meer op terug. Mowgli legde zijn hoofd op de rug van Bagheera en sliep zo diep, dat hij niet eens ontwaakte toen hij en het wolvenhol aan de zijde van moeder Wolf werd neergelegd.” |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |