Boekverslag : Andreas Burnier - Het Jongensuur
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1628 woorden. |
Leesverslag Het jongensuur. Inleiding De titel van het boek is Het jongensuur. Het boek is geschreven door Andreas Burnier en uitgegeven door Querido Amsterdam. De eerste druk is uitgegeven in 1969. Ik heb de 9de druk gelezen. De omslag is gemaakt door Peter Poppel. De titel het jongensuur slaat op het uur dat de jongens in het zwembad mochten zwemmen. Daar was vroeger een apart uur voor en dan mochten er geen vrouwen of meisjes in het zwembad zijn. Simone (de hoofdpersoon) heeft een keer gezwommen tijdens het jongensuur en daar kreeg ze allerlei problemen mee, dit is een van haar eerste avonturen in het boek. Het boek is geschreven met een motto, deze is in het Duits en geschreven door Gottfried Keller. Es ist ein weisses Pergament Die Zeit, und jeder schreibt Mit seinem roten Blut darauf, Bis ihn der Strom vertreibt. Uitleg: Het is een oud wit schrift, van alle tijden, iedereen schrijft erin met zijn bloed totdat de stroom hen verdrijft. Dit gedicht gaat over de lijdensweg van de mensen en in dit geval kun je er de Joden in vinden, die met pijn en moeite (Mit seinem roten Blut) het leven doorgaat, en uiteindelijk net als zo velen overlijdt. Hij wordt dus met de stroom meegenomen. Hier gaat het boek onder andere over, over het moeilijke leven die de Joden hebben gehad. Korte samenvatting Het boek gaat over een joods meisje, Simone Baling. Ze is 9 jaar. Het boek speelt zich af in de Tweede Wereldoorlog, dus ze moet onderduiken, gescheiden van haar ouders. In het boek worden vijf onderduikadressen beschreven: - Lichtstad 1941 - Muurstad 1942 - Veendorp 1943 - Zanddorp 1944 - Lichtstad 1945 Het zijn eigenlijk allemaal verschillende verhalen, want de overgang van het ene onderduikadres naar het andere wordt niet beschreven. In elk hoofdstuk wordt beschreven waar ze verblijft en wat ze er allemaal beleeft. Net als de schrijver van het boek voelt Simone zich niet lekker in haar vel met haar meisjeslichaam. Ze probeert op verschillende manieren te laten zien dat ze zicht een jongen voelt. Dat doet ze door bijvoorbeeld lichamelijke activiteiten, zoals: voetballen, vechten, de omgang met haar vriendinnetje Gerrie. Door fantasie, zoals de jonge, gevangen Prins Sancho, hij is haar droomprins, vriend en afspiegeling van haarzelf. Maar ook door pogingen tot kameraadschap en door magische gedachten, zoals seksuele transformatie. Alles mislukt: onmacht, onbegrip en een gewelddadige dood van een nieuwe “vriend” maken iedere poging tevergeefs. Verdere informatie De hoofdpersoon van het boek is Simone. Zij is ook de ikfiguur in het boek, deze is dus geschreven in een ik-perspectief. Dit is in het hele boek te vinden. Het boek loopt “gespiegeld”, het is dus niet chronologisch verteld. Het begint bij Lichtstad 1945, bij de bevrijding en eindigt met het voorbericht. De schrijver heeft het boek voornamelijk geschreven uit eigen jeugdervaringen, dat is waarschijnlijk ook de reden dat het boek “gespiegeld” is geschreven. Hij begint bij het minst verre verleden, wat nog het beste in het geheugen ligt en dan komen vanzelf alle andere herinneringen weer naar boven. Het boek bestaat uit zeven hoofdstukken. Als eerst de vijf onderduikadressen, maar dan in de omgekeerde volgorde als in de korte samenvatting staat vermeld. Dan komt Waterstad 1940 en het boek eindigt met het voorbericht. Het verhaal speelt zich dus af op de verschillende onderduikadressen. Er wordt nergens echt een goede omschrijving gegeven, waarbij je je echt een goed beeld kunt vormen. Simone is veel buiten, hoewel het haar verboden was, en daar zijn wel sferische omschrijvingen bij. Waar ze zich goed kan verstoppen en waar ze zich veilig voelt. Waar ik symboliek in zie, is dat ze zich vaak afzondert, alleen is en veel tegen zichzelf praat. Hieruit blijkt dat ze anders is dan andere mensen. Dat ze zich niet prettig in haar meisjeslichaam voelt. Het boek is een psychologische roman. Dit omdat het om eigen ervaringen gaat. Het thema van het boek is de individuele verdeeldheid. Dit komt tot uiting in de verschillende tegenstellingen die aan de orde komen, zoals jongens tegenover meisjes, joden tegenover niet-joden en gereformeerden tegenover katholieken. Motieven De motieven die in het boek voorkomen zijn: - oorlog - vervolging - individualiteit - onderdrukking door de gemeenschap - jeugdervaringen - transseksualiteit Oordeel Ik vond het een interessant verhaal. Leuk en niet te moeilijk om te lezen. Alleen was het soms moeilijk om weer over te schakelen naar het volgende (vorige) onderduikadres. Dan was de situatie weer ineens heel anders. Ook was het aan het begin en het eind vreemd om te lezen. Eerst is de bevrijding en dan is de oorlog ineens weer aan de gang. Aan het eind moeten ze nog onderduiken, dan wordt ze gescheiden van haar ouders. Het was niet echt een spannend boek, alleen het stukje waar ze in het bos een parachutist tegen komt die een spion is. Later wordt hij voor haar ogen gedood en moet ze vluchten. Ik kon me wel goed inleven en dat vind ik altijd leuk aan een verhaal. Ik had nog nooit meegemaakt dat een mens zich niet prettig voelt met zijn of haar geslacht. Dat was een vreemde ervaring. Wel interessant om te weten hoe die mensen leven en er mee omgaan. Je kunt je niet echt goed voorstellen dat de belevenissen in dit boek, echt gebeurd zijn. Doordat het jeugdervaringen zijn van de schrijver begin je dat pas een beetje te beseffen. Het boek is goed geschreven en bestemd voor jongeren. Ik zal het dan ook aanraden als je van oorlogsboeken houd. Het boek is niet geschikt voor mensen die van avonturen en spannende boeken houden, want dat gebeurt niet echt veel in het boek. Je leest er wel snel doorheen. Er zit niet echt een eind aan dit verhaal. Het eindigt met het begin. Dat was wel jammer, want ik vind boeken met een gesloten eind leuker dan boeken met een open eind. Verwerkingsopdracht: Het jongensuur Combinatie van 1 en 2 Stuk dagboek Zanddorp, 08-02-1944 Lief Dagboek, Het is al weer een paar dagen geleden dat ik je iets heb verteld, maar er was niet veel te beleven. Maar ik heb gisteravond toch eens iets meegemaakt. Ik liep zoals gewoonlijk over het zandpad aan de rand van boer Victors gebied. De anderen zaten in het tuinhuisje, maar ik mocht vrij rondlopen. Gisteren kwam ik op dat zandpad een man tegen die een wit pak opgerold onder zijn arm droeg. Doordat ik op blote voeten liep had hij mij niet aan horen komen en hij schrok zich een hoedje. Toen ik hem een goede avond wilde wensen hield hij mij staande. Ineens voelde ik een pistool in mijn nek en ik dacht meteen, dit is mijn eind, ik ben er geweest, ik had er meteen spijt van dat ik niet thuis ben gebleven. Ik was zo bang dat ik alles deed wat hij vroeg. Hij duwde mij het bos in, waar ik eigenlijk helemaal niet mocht komen en hij begon allemaal vragen op mij af te vuren. Hij had zo’n raar accent, maar ik durfde niet te lachen want dan was ik er geweest. Ik moest gaan zitten en hij zei dat hij Mick heette. Hij gaf mij een sigaret en die heb ik nu nog steeds. Ik geef hem aan jou lief dagboek, dan kun jij hem voor mij bewaren, dan raak ik hem niet kwijt en vergeet ik Mick nooit meer. Ik heb tegen Mick gelogen en gezegt dat boer Victor heel aardig was, en ik heb hem over alle Duitsers verteld. Later zei hij dat ik moest gaan slapen, maar dat wilde ik niet ik wilde weg, naar huis. Maar toen keek ik weer naar zijn pistool en werd weer zo bang. Ik deed maar gewillig wat hij mij vroeg. Maar toen gebeurde het ineens. er vloog van alles over ons heen. Mick riep dat ik moest dekken, maar ik dacht, ja amehoela, voor jou zeker, toen ben ik gewoon weg gerend. Eindelijk was ik verlost van hem. Met bonkend hart en hijgend kwam ik thuis, maar ik durfde niets te zeggen. Vandaag ben ik terug gegaan naar het bos en toen heb ik de parachute gevonden met bloedsporen erop. Ik heb hem laten thuis zien en toen zei boer Victor dat ik met Gart en Teun naar Mick moest gaan zoeken. Teun wilde helemaal niet, die scheiterd, maar toen hij een klap in zijn gezicht kreeg moest hij wel, want hij was ook bang voor boer Victor. Ik vertelde Gart alles over Mick en hij zei meteen dat het waarschijnlijk een Amerikaanse spion was. Wat weet hij dat toch goed, dat komt vast, doordat hij altijd met de oudere mannen mee mag om te praten. Hij is al vijftien dus hij is al groot. We hebben in het bos gezocht naar Mick en Gart heeft hem gevonden, hij lag verstopt onder een hele hoop bladeren, alleen zijn hand kwam er nog onder weg. Hij is dood en nou kan ik nooit meer met hem praten, o lief dagboek, waarom moest Mick dood. Ik ben best wel verdrietig, hij was ineens een goede vriend van mij en nu is hij weg. Gart zei dat hij en Teun vanavond naar het bos gaan om Mick te begraven. ik hoef gelukkig niet mee, ik wil het niet zien. Ik heb vandaag nog geprobeerd Mick te tekenen maar het lukte niet, nu is hij alleen nog in mijn gedachte. en ik heb natuurlijk zijn sigaret nog. Bewaar hem alsjeblieft goed voor mij, anders heb ik niets meer van Mick. Nu ga ik slapen, Weltrusten lief Dagboek. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |