Boekverslag : Onbekend/anoniem - Mariken Van Nieumeghen
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 2446 woorden.


Pagina’s: 56 (28 vertaalde + 28 Middelnederlandse)


Uitgebracht: 1982 H. Adema




Beschrijvingsopdracht:




Motivatie van mijn boekkeuze:


In de klas is heeft de leraar een korte samenvatting verteld over dit boek. Dit sprak mij erg aan, omdat het gaat over een meisje die het verkeerde pad in haar leven bewandelt, maar toch weer op het juiste pad terecht komt. Ik ben benieuwd hoe het Mariken het ervaart om met de duivel te wonen.




Samenvatting:


Mariken van Nieumeghen, bewerkt en vertaald uit het Middelnederlands door: H. Adema, 4e druk Leeuwarden.




Mariken is een knap meisje dat woont bij haar oom Gijsbrecht de priester (omdat Marikens moeder overleden is). Mariken zorgt goed voor haar oom en doet ook het huishouden. Omdat Gijsbrecht kaarsen, lampolie, azijn, zout, uien en zwavelstokjes nodig heeft, stuurt hij zijn nichtje naar Nijmegen om daar de boodschappen te doen. Omdat het snel donker zal worden, raadt Gijsbrecht Mariken aan om bij haar tante te gaan overnachten, mocht dit noodzakelijk zijn.


Mariken gaat vol goede moed op weg naar Nijmegen, en haalt daar alle benodigdheden. Als ze de zonnewijzer bekijkt, merkt ze op dat het al 4 uur is, en dat het al snel donker zal worden. Ze besluit daarom om bij haar tante aan te kloppen.


Marikens tante maakt haar uit voor “hoer” en “schijnheilige slet” en is absoluut niet van plan Mariken een bed aan te bieden voor één nacht. Mariken denkt dan dat er niets anders op zit dan naar huis te gaan lopen, ook al is het donker.


Mariken is overstuur, en in wanhoop vraagt ze hulp, of het nou van de duivel komt of van God. De duivel hoort haar, en wil graag gebruik maken van haar aanbod.


De duivel, vermomd als mens, introduceert zichzelf als Moenen, en biedt Mariken aan astronomie, geometrie, aritmetica, logica, grammatica, musica en retorica te leren als zij hem haar liefde geeft. Alleen de zwarte kunst wil hij haar niet leren, omdat zij dan machtiger zou worden dan hem. Ze moet ook haar naam veranderen in Emmeken, omdat Mariken teveel op Maria lijkt (en van die naam houdt de duivel niet).


Met de duivel leeft ze zeven jaren in zonde. Dan besluit ze dat ze haar familie weer eens wil zien, met name haar oom Gijsbrecht. In Nijmegen aangekomen merkt ze dat het net de dag is van de Mariaprocessie. Daarvan leert ze dat een mens door oprecht berouw altijd van zijn zonden vergeven kan worden. Ze krijgt spijt van haar zonden, waardoor de duivel zo boos wordt, dat hij het meisje de lucht in neemt, en naar beneden gooit.


Emmekens (Marikens) oom ziet het gebeuren, en vreest dat zijn nichtje dood is door de klap. Gelukkig is dit niet geval, en Emmeken (Mariken) komt toch tot inzicht en wil boete doen voor haar zonden. Geen enkele priester weet hoe zij boete kan doen. Daarom gaat ze naar Keulen om het te vragen. Ook daar wordt ze niet geholpen, en er zit niks anders op dan de Paus een bezoekje te geven.


De Paus laat haar boete doen door haar drie dikke ringen om te binden. Zodra de ringen afvallen, zullen haar zonden vergeven zijn. Om de vergiffenis van God te krijgen, leeft ze jarenlang als non in het klooster. Twee jaar voor haar dood vallen de ringen af door toedoen van een engel, en eindelijk zijn haar zonden vergeven.




Mijn persoonlijke reactie:


Ik vind het onderwerp erg herkenbaar. Het gaat over een meisje die het verkeerde pad in haar leven bewandelt, maar toch weer op het juiste pad terecht komt. Dit gebeurd ook vaak in deze tijd en daarom kun je je wel goed inleven in Mariken. Het mooiste in dit boek vind ik dat haar zonden vergeven worden, ook al heeft ze erg slechte dingen gedaan. Ik snap wel dat ze mee gaat met Moenen, omdat wanneer je je zo hulploos voelt wel vaak met de verkeerde mensen omgaat. Alleen dat ze zeven jaar, met de Duivel als man en vrouw leeft, kan ik niet bevatten. Ze heeft namelijk veel slechte dingen gedaan, terwijl ze een aardig en braaf meisje was.


Er zijn twee gebeurtenissen die ik belangrijk vind. Als eerste dat Mariken de Duivel ontmoet, en als tweede dat ze weer weg gaat bij de Duivel. Deze gebeurtenissen worden duidelijk beschreven in het boek, waardoor je goed weer waarom ze deze keuzes maakt. Er zijn een aantal ongeloofwaardige gebeurtenissen in het boek, wat het ook weer leuk maakt het te lezen, zoals: dat Mariken uit de lucht valt en daarna geen pijn heeft, dat de grote ringen ‘zomaar’ afvallen, en dat de Duivel in het verhaal mee speelt. Voor de Middeleeuwen zijn deze dingen misschien wel geloofwaardig, omdat ze daar in de Duivel en in wonderlijke gebeurtenissen geloven.


De belangrijkste personages in het boek vond ik: Mariken (die haar naam veranderd in Emmeken), Marikens oom Gijsbrecht, Moenen de duivel, Marikens tante en de paus. Van deze mensen is alleen Mariken een karakter, omdat zij de enige is wier gedachten beschreven worden en ook is ze de enige die echt verandert in het verhaal.


Het verhaal heeft een simpele opbouw, ook doordat het erg simpel is geschreven. Het verhaal heeft niet veel diepgang, maar dat hoeft ook niet. Er zitten vrijwel geen flashbacks in en aan het eind van het verhaal zijn alle open plekken goed opgevuld.


Door het makkelijke taalgebruik was dit boek erg leuk om te lezen. Soms zaten er wel lastige middeleeuwse begrippen in, maar daardoor kon je het boek wel goed begrijpen.




Voorlopig eindoordeel:


Het is een leuk boek, die goed te begrijpen is met leuke personages.




Verdiepingsopdracht:


Politieke achtergronden:


Mariken van Nieumeghen heeft zeer zeker een relatie met politieke achtergronden. Op het moment dat het verhaal speelt is er in Gelre een politieke strijd, omdat hertog Arend door zijn zoon gevangen is gezet. De tante van Mariken pleegt zelfmoord als ze hoort dat hij weer vrij is.


En Moenen, de duivel, zegt wanneer hij ziet dat de tante zelfmoord wil plegen: 'partijzucht stort veel zielen in het verderf' (wat dwasen menschen, dat si om princen oft heeren Oft uut partiscap hem selven verdoen!) en 'politieke hartstocht en haat leveren de hel voor het jaar voorbij is vele miljoenen zielen op' (partie ende nidicheyt baet der hellen menich millioen van zielen, eert iaer lijt, wie dat beweent).


Sociaal-economische achtergronden:


Je zou een vorm van de eercultuur kunnen herkennen in het gedrag van de tante, zij wil Mariken niet in huis nemen, omdat zij gehoord heeft en denkt dat Mariken in Nijmegen haar maagdelijkheid heeft verloren aan een boerenjongen. Verder zie je mensen van verschillende standen.


Culturele achtergronden:


In Mariken van Nieumeghen tref je symboliek aan. Een bekend symbool is Moenen. De duivel is een mens, maar dan met een lichamelijk gebrek. Hij stinkt naar zwavel, is mank, of, in dit geval, heeft hij maar één oog. Vandaar dat lichamelijk gehandicapten het in de Middeleeuwen erg zwaar hadden. Als het slecht ging kregen zij vaak de schuld, omdat ze voor de duivel werden aangezien.


Een ander symbool in de tekst zijn de ijzeren banden die Mariken om krijgt wanneer ze bij de paus is geweest om berouw te tonen voor wat ze allemaal heeft gedaan. Ze heeft bij de duivel gewoond, en in haar bijzijn zijn vele mensen vermoord. Ze moet van de paus drie ijzeren banden om doen. Wanneer Mariken genoeg berouw had getoond zouden die ijzeren banden vanzelf afvallen en zouden haar zonden vergeven zijn. Mariken treedt in als non in het klooster der bekeerde zondaressen te Maastricht en na meer dan 14 jaar doet een engel haar de banden af. In de tekst komt veel getallensymboliek voor. Het getal drie bijvoorbeeld speelt een centrale rol. Drie staat voor de goddelijke drie-eenheid, het goddelijke, het heilige. Zo woont Gijsbrecht drie mijlen van Nijmegen en Emmeken krijgt als boetedoening drie ijzeren ringen. Als ze in Nijmegen terugkeert is het drie jaar geleden dat haar tante zelfmoord pleegde. De namen Mariken en Emmeken bestaan uit zeven letters. Zeven kan staan voor 3+4 en vier staat weer voor de heilige wagen van Mithras. Wat ik raar vind is dat Emmeken na de verlossing van de ringen nog maar twee jaar leeft. Het getal twee staat meestal symbool voor de duivel, het tweeslachtige, het demonische terwijl dat toch twee goede jaren (in vergiffenis) zouden moeten zijn. Mariken leeft zeven jaar met de duivel, boet dubbel zo lang en heeft drie ijzeren banden.


Literatuur aan het hof :


Mijns inziens is er in dit boek geen een verband met (literatuur aan) het hof, het heeft volgens mij ook niet aan het hof gefunctioneerd.


Religieuze aspecten:


De religieuze aspecten in de tekst zijn de Mariaverering, het spel van Masscheroen, het mirakel van de ijzeren banden en zonde en berouw.


Niet-religieuze aspecten:


Mariken van Nieumeghen werd geschreven tussen 1485 en 1510, het mirakelspel (gedramatiseerde legende met wonderbaarlijke gebeurtenissen) Mariken van Nieumeghen kan dus beschouwd worden als een werk uit de overgang van de Middeleeuwen naar (de nieuwe cultuur van) de renaissance. Enerzijds heeft het rederijkerskenmerken, zoals het godsdienstig-moraliserende karakter en een refrein over de 'konste retorijke'. Ook komt er een refrein in voor over de miskenning van de werkelijke rederijkerskunstenaar. Tevens is er hier afwisselend proza en poëzie: Dit komt alleen voor bij rederijkerstoneel. Anderzijds zijn de personen uit het stuk geen 'typen', zoals in de Middeleeuwse cultuur, maar de personen zijn getekend met een persoonlijk karakter en psychologische ontwikkeling. Talrijke scènes doen heel realistisch aan, wat bij de overige rederijkerstukken maar zelden het geval is. Ook de vrij lompe volkstaal is ongewoon voor de geestelijke literatuur van de rederijkers. De schrijver van Mariken van Nieumeghen is niet bekend. Op grond van de Brabantse schrijftrant met Vlaamse accenten, de kennelijke vertrouwdheid van de schrijver met Antwerpen en de onbekendheid van de schrijver met de situatie rond Nijmegen, is het aannemelijk dat het geschreven is door een schrijver uit Antwerpen, waarschijnlijk een rederijker. Een ander niet-religieus aspect van het verhaal is het leven in de stad. Je kunt in verschillende scènes lezen hoe het er in de stad en in een herberg aan toe ging in die tijd.


Het genre:


Mariken van Nieumeghen moet volgens mij gerekend worden tot de exempelen binnen het geestelijk toneel. Exempelen zijn korte vertellingen waarin een bepaald religieus idee aan de hand van een concreet gegeven wordt verduidelijkt. In Mariken van Nieumeghen wordt duidelijk gemaakt dat als je oprecht berouw toont je zonden vergeven kunnen worden en dat je in de hemel kunt komen. Het wekt op tot het christelijk geloof. In Mariken van Nieumeghen vallen de drie ijzeren banden van Mariken af wanneer haar zonden zijn vergeven. Dit is een wonder, want ijzeren banden kunnen nooit vanzelf afvallen en wanneer Mariken uit de lucht valt en niets gebroken heeft..


Lessen voor het publiek


Er wordt duidelijk gemaakt dat je niet moet ingaan op het (verleidelijke) aanbod dat de duivel je doet. Want als je met de duivel omgaat kom je in de hel terecht. En dat wil(de) niemand. Ook bevat de tekst de boodschap dat als je oprecht berouw toont je zonden kunnen worden vergeven. Mariken is hiervan het voorbeeld. Ze heeft er echt spijt van dat ze met de duivel heeft geleefd en draagt 14 jaar lang ijzeren banden om haar nek en polsen en ze treedt in als non in een klooster. Na die 14 jaar worden haar zonden vergeven. Ook het spel van Masscheroen, dat Mariken tot inkeer brengt, is een belangrijke boodschap voor het publiek.


Rederijkers:


De rederijkers zijn de overgangsfiguren tussen de Middeleeuwen en de renaissance. Zij vormden rederijkerskamers, een soort gilden, en hielden zich vooral bezig met dichtvormen en toneel. Refreinen en rondelen zijn typische rederijkerskenmerken in een tekst. Een refrein is een rederijkersballade; een gedicht waarin elke strofe eindigt op dezelfde regel, de zogenaamde stockregel, en de slotstrofe een soort opdracht bevat, de zogenaamde Princestrofe. In Mariken kun je in ieder geval één refrein vinden. Namelijk als Emmeken om haar kennis van de retorica te tonen door een refrein op te zeggen met als stockregel: 'Door d'onkonstige gaat die konste verloren' (vs.524-555).


Een rondeel is een gedicht van acht regels waarin regel 1, 4 en 7 en 2 en 8 gelijk zijn, of een gedicht van veertien regels waarin regel 1, 7 en 13 en 2, 8 en 14 gelijk zijn. In Mariken zijn twee voorbeelden van rondelen te vinden. Als Gijsbrecht naar Marikens tante gaat om haar te ondervragen over Mariken


(vss. 348-355) en als er verteld wordt dat Gijsbrecht in Venlo woont (vss. 648-655).


Mariken van Nieumeghen is de bekendste rederijkerstekst. De auteur was vermoedelijk afkomstig uit de kring van de Antwerpse rederijkerskamer De Violieren. De basis van Mariken van Nieumeghen is een prozavertelling die gedeeltelijk is berijmd tot toneelscènes. Een geliefde vorm voor een gedicht was voor de rederijkers het refrein, een gedicht met minimaal vier strofen, met en vaste slotregel per strofe, de stok. In Mariken van Nieumeghen is zo'n gedicht (Doer donconstighe gaet die conste verleoren). Ook is er een wagenspel in Mariken van Nieumeghen, een wagenspel is ook een rederijkersproduct.




Evaluatie:




Mijn mening is naar de verdiepingsopdracht hetzelfde gebleven. Ook al leef ik in een andere tijd, het verhaal en de keuzes die de personages maken zijn goed te begrijpen. Ik vind het een leuk boek, alleen iets aan de te simpele kant. Je hoeft er niet over na te denken, dus het boek heeft weinig diepgang. Ik ben tevreden over de manier waarop ik de beschrijvingsopdracht en verdiepingsopdracht heb gemaakt, omdat ik alle punten die erin beschreven moeten worden zo goed mogelijk heb uitgevoerd. Ik vond het lezen van dit middeleeuws werk erg makkelijk, omdat er een handige vertaling bijzat. Ik heb ook het Middelnederlands gepoogd te lezen, alleen dat was erg moeilijk en ik begreep er dan ook weinig van. Het boek vond ik niet verwarrend, onduidelijk of moeilijk om te lezen, omdat alles erg makkelijk is beschreven en er niet veel lastige Middeleeuwse termen in voor kwamen. Wel kwamen er Middeleeuwse gedachten in voor, maar doordat je al een beetje van de ‘middeleeuwse denkwijze’ afweet was dit niet erg lastig om te begrijpen. Ik vond het uitwerken van de verdiepingsopdracht wel moeilijk, omdat ik van sommige dingen niet goed weet wat daarmee bedoelt werd. Tijdens het werken aan de opdracht voor mijn leesdossier had ik niet het gevoel dat ik de benodigde kennis en vaardigheden niet goed bezat. Dit komt, doordat ik vorige week een SE had gemaakt over de Middeleeuwse literatuur geschiedenis. Maar omdat dat al een tijdje geleden was en het weekend is moest ik af en toe nog wel in mijn boek bladeren wat een paar dingen betekenden, gelukkig wist ik daarna al snel wat er mee bedoelt werd. De volgende keer dat ik weer zo’n opdracht moet maken als deze ga ik het op dezelfde manier aanpakken.




Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen