![]() |
Boekverslag : Onbekend/anoniem - Lanceloet En Het Hert Met De Witte Voet
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1946 woorden. |
Titelbeschrijving: W.J.A Jonckbloet, Lanceloet en het hert met de witte voet, (hertaling H. Adema), Leeuwarden 1994 N.B.: Dit boekje maakt deel uit van de serie 'Vertaalde Tekstuitgaven - Vertaald Middelnederlands', maar ik wist niet zo goed hoe ik dat aan de titelbeschrijving moest toevoegen Beschrijving en motivatie van de keuze Lisan: Ik ben tot de keuze van mijn boekje gekomen door verschillende factoren. Ten eerste heeft u er in de klas, bij de behandeling van de stof voor de toets, al er veel over verteld, en dus wist ik ongeveer waar het over ging, en het verhaal leek me wel boeiend. Ten tweede heb ik vorig jaar, hetzij zonder enige oprechte motivatie of precisie, het boekje al eens gelezen, en daar iets van gemaakt wat op een boekverslag moest lijken. Ik wist er dus nog wel iets van, en het stond mij bij dat het best een grappig verhaal was. Het boekje gaat over een ridder, die een hert gaat doden om de voet te brengen. Wat ik van te voren al wist, en wat mij dus ook voor een deel gemotiveerd heeft om het boekje te kiezen, is het enigszins aparte einde, namelijk dat Lanceloet, na alle moeite te hebben gedaan, niet met de koningin wil trouwen. Dit kwam heel erg onverwacht, en dat geeft je eigenlijk een beetje het gevoel dat je het boekje voor niets hebt gelezen, maar het is wel grappig. Samenvatting van de inhoud Op het kasteel van koning Arthur is de hofdag net voorbij als er een jonkvrouw aan komt rijden met een wit hondje bij haar. Ze zegt dat er in het mooie groene dal in de streek een bos is, ingesloten tussen twee bergen, met daar omheen hoge muren. Het is moeilijk om in het bos te komen, behalve op één plaats in het bos waar een heel klein poortje is. Een hert met een witte voet is heer en meester over de rivier en over het bos in het dal. Het hert wordt bewaakt door reusachtige leeuwen. De jonkvrouw is een gezante van een koningin. De koningin, mooi en jong, heeft gezworen dat de man die haar de witte voet van het hert kan brengen met haar zou trouwen. Het hondje dat de jonkvrouw bij zich heeft kan de weg naar het bos leiden waar het hert zich bevindt. Keye, ridder van koning Arthur, wil zijn geluk beproeven en neemt het hondje mee. Te paard gaat hij achter het hondje aan, tot ze bij een brede rivier komen. Het hondje is al aan de overkant, wanneer Keye besluit terug te keren als er geen oversteekplaats te vinden is. Het hondje zwom even snel weer terug en samen keren ze terug naar het kasteel van Arthur. Heer Walewein komt hij tegemoet en hij zegt dat hij niet verder durfde. Ondertussen heeft Lancelot het verhaal over het hert met de witte voet ook gehoord en hij besluit de opdracht uit te voeren. Te paard volgt Lancelot het hondje totdat ze bij het poortje van het bos komen. Het poortje wordt bewaakt door zeven leeuwen, oorspronkelijk waren het er tien maar die zijn vermoord door een vorige geluksbeproever die het onderspit moest delven. Lancelot vecht wat hij kan en na een heftige strijd zijn alle leeuwen dood. Hierbij is Lancelot erg verwond geraakt en stapt op het paard om het hert te zoeken. Het hondje heeft het gezien, rent er achteraan en vermoord het hert. Lancelot stapt af en sneed de witte voet eraf en valt op de grond neer. Op dat moment komt er een ridder aanrijden op een mooi paard. Lancelot vroeg aan de ridder of hij wilde beloven dat hij de witte voet naar de jonkvrouw wilde brengen en haar ook zeggen dat hij zeer zwaar verwond in het bos lag. Hij zou komen zodra hij kon en zij moest beslist niemand tot man nemen voor hij bij haar zou zijn. De ridder nam de witte voet en sloeg met zijn zwaard Lancelot. Nadat Lancelot zo verwond was ging de ridder naar het kasteel van de koningin. De jonkvrouw was erg verbaasd toen de onbekende ridder met de witte voet aankwam. Ze zou er over nadenken. Eigenlijk vind ze hem lelijk en slecht, het maakt haar ongelukkig. Ze wil raad van de andere jonkvrouwen en daarop besluit ze dat al haar ridders naar het kasteel moeten komen. De volgende morgen zijn al haar ridders en drie koningen met hun ridders in de ridderzaal die het verhaal van de koningin aanhoren. Ze laten de ridder komen die de witte voet had veroverd. Het huwelijk wordt veertien dagen uitgesteld, dit ten ongunste van de ridder. In Kardole was Walewein met Guenevere, de vrouw van koning Arthur. De koning was er niet. Walewein besluit op zoek te gaan naar Lancelot die erg lang wegbleef. Hij reed tot aan het bos en vond Lancelot erg verwond. Walewein hoorde wat er gebeurd was en bracht Lancelot naar een arts. Hijzelf ging naar de koningin als inmiddels het huwelijk is aangebroken. Walewein bevindt zich in de menigte en komt naar voren. De ridder zegt dat Walewein liegt. Hij zegt dat hij haar op rechtmatige wijze heeft verworven. Dan komt er een tweekamp, waarin de ridder het onderspit moet delven tegen Walewein. Walewein deelt mee dat hij naar zijn vriend Lancelot moet, maar van de koningin moet hij blijven overnachten. De volgende morgen gaat Walewein naar Lancelot. Toen Lancelot genezen was gingen hij en Walewein naar de koningin. Lancelot wilde eigenlijk haar niet tot vrouw nemen, omdat hij koningin Guenevere al beminde. Eigenlijk wilde de jonkvrouw al dat het huwelijk was voltooid. Na drie dagen keren Walewein en Lancelot terug naar het kasteel van koning Arthur en koningin Guenevere en vertelden wat ze hadden meegemaakt. Bron: Edward van 't Zelfde, http://www.internetcollege.nl/verslagen/mail.php3?nm=sch&id=7236 Persoonlijke reactie Jorien: Ik vond Lanceloet en het hert met de witte voet een grappig verhaal om te lezen. Wat ook leuk is, eerst vond ik de Middelnederlandse taal heel moeilijk, en moest ik bij veel woorden kijken wat ze betekenden, maar na een tijdje raakte ik eraan gewend en dan is het niet meer zo moeilijk. Ik kende het verhaal al, dat had u verteld in de klas, dus ik vond het niet zo spannend. Ik denk ook niet dat dat de bedoeling van het verhaal was, want het was natuurlijk logisch dat het goede zou winnen. Wel moest ik soms lachen om bepaalde dingen in het verhaal, bijvoorbeeld dat Lanceloet eerst een tijdje gaat zitten drogen in het gras nadat hij de rivier heeft overgestoken, iets wat je van zo’n stoere ridder niet zou verwachten. Het is leuk om een keer een Middelnederlands boek gelezen te hebben. Lisan: Ik vond het verhaal grappig om te lezen. Vooral het einde is heel erg onverwacht, en als je het boekje nog nooit hebt gelezen, ben je vooral verontwaardigd over het feit dat de ridder Lanceloet juist nog erger verwond dan hij al is. Ik vind het wel heel mooi om te lezen dat Lanceloet zo ongeveer alles over heeft voor de koningin. Ik vond het alleen een beetje vreemd dat hij zo veel voor haar doet, hij riskeert tenslotte zijn leven voor haar, en dat hij dan niet met haar trouwt. Ik vond het Middelnederlands lastig om te lezen, vandaar dat ik ook vaak overgeschakeld ben op de vertaling, wat natuurlijk erg verleidelijk is als deze er naast staat. Maar al met al was het, met de vertaling erbij, wel te doen. Wat ik niet snapte aan het verhaal, dat zult u onderhand wel begrijpen, is dat Lanceloet niet met haar trouwt als hij zoveel voor haar gedaan heeft. Ik denk dat dat met eergevoel te maken heeft, en dat hij zich moest bewijzen. Literatuur aan het hof De hoofdgedachte van de tekst is natuurlijk de hoofsheid. Waar het in het hele verhaal om draait, is dat je hoofs moet zijn. Lanceloet kiest niet voor de koningin, maar voor Guinevere, de vrouw van koning Arthur. Guinevere is de vrouw waar hij eigenlijk altijd al van hield, en hij laat zich niet misleiden door de macht en schoonheid van de koningin. Hij blijft bij de vrouw waar hij van houdt. Ook de centrale opdracht van het verhaal, het brengen van de witte voet naar de koningin, is natuurlijk een dienst uit liefde, je zou kunnen zeggen een ‘minnedienst’ Verder is er niet echt sprake van hoofsheid wat betreft de liefde. Ridder Lanceloet doet alles voor de koningin, maar vermijdt het huwelijk, en laat haar zelfs alleen achter. Dit is natuurlijk niet echt zoals men dat in die tijd wilde zien. Een ander duidelijk voorbeeld van hoofsheid in de tekst komt uit regel 840 ‘Maer si scaemde hare, dat secgic u, dat sine eyschen soude nu’ Vertaald betekent dit: ‘maar ze geneerde zich om hem nu voor zich op te eisen’ Dit is natuurlijk een van de regels van de hoofsheid, je mag iemand niet voor je opeisen. Een voorbeeld van Walewein heb ik gevonden in regel 711 ‘Joncfrouwe, ic sal doen u gebot’ Vrij vertaald betekent dit: ‘Jonkvrouw, ik zal doen wat u wenst’ Dit is ook een duidelijk voorbeeld van hoofsheid van ridder Walewein. Lanceloet en het hert met de witte voet is natuurlijk duidelijk een voorbeeld van Arthurepiek. Lanceloet, Walewein en Keye zijn drie ridders aan het hof van Arthur. Guinevere, de vrouw waar Lanceloet verliefd op is, en zelfs later een relatie meer krijgt, alleen is dat een ander verhaal, is zelf de vrouw van Arthur. In het begin van het verhaal word zelfs duidelijk gezegd: ‘Ende si den coninc Artur vernam’ (regel 8) vertaald naar proza betekent dit: ‘en zij koning Arthur zag’ Ik denk dat het boekje in de middeleeuwen voor de mensen twee grote lessen bevatte. Waarom ik deze zin in de verleden tijd zet, is omdat ik denk dat de lessen die ik er uit gehaald heb, tegenwoordig niet meer gebruikelijk zijn. Het is namelijk niet meer vanzelfsprekend om je zo te gedragen als in dit boekje gedaan word.Ten eerste dat je je niet moet laten misleiden door allerlei uiterlijke en materialistische kenmerken, zoals je bij Lanceloet ziet, hij kiest toch voor Guinevere. Ten tweede dat je, zoals in die tijd gebruikelijk was, alles over moest hebben voor een vrouw. Ik weet dit niet zeker, want ik vond de vraag een beetje moeilijk te beantwoorden. De politieke, sociaal-economische en culturele achtergrond Lanceloet en het hert met de witte voet speelt zich af in het adellijke milieu. Het gaat om enkele van de ridders van koning Arthur (Kaye, Lanceloet en Walewein), een slechte ridder en de koningin met gevolg van een ander koninkrijk. De eercultuur speelt een grote rol in het verhaal. Zo durft Kaye niet terug naar het hof te komen wanneer hij niet door het water durft te gaan. Hij wil het hondje zelfs doden, om maar een goede smoes te hebben. Ook is er sprake van een godsgericht, tussen Walewein en de slechte ridder. Het wordt sterk benadrukt dat deze ridder geen eer meer heeft, omdat hij een gewonde man (Lanceloet) nog erger heeft verwondt, en de eer van de witte voet opstrijkt. Lanceloet en het hert met de witte voet behoort tot de hoofse literatuur. De ridders (van Arthur) in het boek geven het goede voorbeeld. Lanceloet houdt zijn relatie met de vrouw van Arthur geheim, Walewein redt zijn vriend en zorgt dat de waarheid boven tafel komt. Citaten Jorien: Reg 168: “Genindelike hi in sloech Ende reet over dwater harde groet Doe soe beette Lanceloet Neder in dat grone gras En beide dat hi droge was Hi ende sijn ors oec beide.” Reg 580: “Die ridders vrachden, wat hi woude ‘Wat ic wille?’ Doe sprac die quade: ‘Ic hebse gewonnen met rechter dade.’ ‘Wonstuse?’ - ‘Jaic,’ seithi, ‘en trouwen.’ ‘Du liges; dat sal di noch berouwen!’ Lisan: Regel 142: ‘Bi mire trouwen, ic wille vogen Desen hondekine sonder waen.’ Regel 307: ‘Wat hulpet dat ect lanc makede?’ |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |