Boekverslag : Tineke Hendriks - Knap Stom
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1861 woorden.

A. Samenvatting van de inhoud.



Carlijn zit op het VWO ze vindt dit heel erg moeilijk maar haar ouders wouden dit graag omdat zij allebei universiteit hebben gedaan. Ze vraagt haar vader vaak of hij haar wil helpen maar dat kan ook niet altijd als haar vader dan op zakenreis gaat naar Brazilië is het wel heel erg zwaar op school. Ze vraagt haar moeder ook wel om te helpen maar die heeft het vaak druk. Ze zou wel een bijbaantje willen maar daar heeft ze geen tijd voor omdat ze al het huiswerk zo moeilijk vindt ze baalt er ook van dat haar vriendinnen wel allemaal leuke dingen kunnen doen zoals sporten of een bijbaantje. En dan word ze ook nog verliefd op de wiskunde leraar meneer Hoekstra. Ze is zelfs zo verliefd op hem dat ze een meisje die bij haar in de klas zit Anouk of zij de aantekeningen van engels voor haar heeft zodat zij die kan kopiëren. Anouk is niet eens een vriendin van haar maar zij woont erg dicht bij meneer Hoekstra in de buurt dus vraagt ze het aan haar het is een half uur fietsen met een harde wind en het regent ook nog als ze dan langs het huis van Hoekstra fietst ziet ze een box in de kamer staan ze begrijpt het hij is getrouwd.

Als ze een wiskunde repetitie hebben is Carlijn de enige met een onvoldoende Hoekstra vraagt Carlijn of ze hem over wil maken dat wil ze heel graag. Als ze de repetitie heeft ingehaald en Hoekstra kijkt hem na heeft ze weer een onvoldoende dan wil Hoekstra met Carlijn praten. Als ze met Hoekstra zit te praten ziet ze Anouk voor de ramen staan Carlijn word zo kwaad dat ze de klas uitrent ze duwt Anouk tegen de muur en rent de trap af het schoolplein op ze pakt haar fiets en ze fietst zo hard als ze kan ze wil weg, weg van school weg van Hoekstra en weg van Anouk. Als ze thuiskomt gooit ze haar fiets op het tuinpad en rent naar haar kamer. Haar moeder komt er even later ook aan en vraagt wat er is ze zegt dat er niks is haar moeder verteld haar dat haar oma in Groningen in het ziekenhuis ligt en dat ze er naar toe moet. Carlijn stelt voor om haar bij haar oma en opa in Drenthe te laten haar moeder vind dit eerst geen goed idee maar Carlijn zegt dat het toch bijna herfstvakantie is haar moeder wil dat ze naar Vivian gaat dit is een vriendin van Carlijn maar uiteindelijk gaat ze toch naar haar opa en oma in Drenthe en haar moeder gaat naar Groningen om voor haar opa te zorgen. Als ze in de auto zitten praten ze heel weinig tegen elkaar haar moeder wil dat ze verteld waarom ze zo overstuur thuis kwam maar Carlijn wil het niet vertellen ze zegt heel af en toe wat nu denkt haar moeder dat Hoekstra aan haar heeft gezeten wat niet zo is. Als ze in Drenthe zijn aangekomen is Carlijn heel erg blij ze praat even met oma en vraagt dan of opa nog steeds hetzelfde rondje loopt met de hond Timber dat is zo dus loopt ze haar opa tegemoet haar opa praat ook niet erg veel tegen haar. Als ze weer terug zijn van het rondje wat opa altijd met de hond loopt gaat ze nog even naar haar tante Hanneke die naast haar oma woont. Die is erg verbaasd en vraagt wat er is ze zegt er nog niet erg veel over dan gaat ze weer terug naar opa en oma (die in het verhaal elke keer als appa en amma worden beschreven) De volgende ochtend was het slecht weer ze ging in een blauwe ochtendjas naar beneden en gaat aan de tafel zitten, opa zegt dat hij de hond uit gaat laten en Carlijn gaat weer mee. ‘s Middags ging ze naar Hanneke zij had twee kinderen Lex en Mark, Mark zat nu in groep 1 en was dus op school Lex was nog thuis en wilde dat Carlijn voor ging lezen ze las wel 5 keer hetzelfde verhaaltje voor en toen zij Hanneke of ze het erg vond om even op Lex te passen zodat zij boodschappen kon gaan doen en Mark uit school halen. Carlijn vond dit niet erg. Toen Hanneke weer thuis kwam ging ze op de bank zitten bij Carlijn en vroeg wat er aan de hand was ze vertelde dat ze het zo moeilijk vond op school en dat ze haar ouders niet teleur wou stellen. Even later vroeg Mark of ze nog naar de pasgeboren veulen gingen kijken. Dat deden ze.

Toen ze terug liepen zei Hanneke dat oma had gezegd dat er gebeld was voor Carlijn een meisje van school het was Vivian die gebeld had ze ging bij haar oma aan tafel zitten en ging helpen met boontjes doppen. Toen ze even later Vivian ging bellen vroeg ze hoe ze aan het nummer kwam ze Vivian zei dat ze het van haar moeder had gekregen en vroeg waarom ze daar was Carlijn gaf geen antwoord en zei dat ze haar oma moest helpen. De volgende dag belde haar moeder toen ze nog lag te slapen er was nog steeds geen verandering in het ziekenhuis toen ze uit bed was wou ze Anouk opbellen omdat zij gister niet op school was had Vivian haar verteld er was niemand thuis. Later die dag belde ze Anouk nog een paar keer maar steeds geen gehoor.

Toen ze later naar Hanneke ging vertelde ze het hele verhaal over Hoekstra en Anouk en wat haarmoeder dacht. Hanneke vond dat ze haar moederde waarheid moest vertellen. Toen ze weer bij opa en oma was moest opa naar het ziekenhuis voor controle toen ze net wou gaan tekenen belde haar moeder op ze vertelde dat ze met de rector had gebeld toen zei Carlijn dat Hoekstra haar niet had aangeraakt maar ze het zelf niet meer aankon. Toen ze de volgende dag bij Hanneke was zag ze een fax staan ze vroeg of ze die mocht gebruiken en zo schreef ze af en toe een brief naar haar vader. Na het eten gingen ze naar de schaapskooi ze mochten de herderin helpen. Die avond kwam haar moeder ze wilde met Carlijn praten maar Carlijn wou dit niet. De volgende dag hielp ze haar opa met de moestuin toen ze net bezig was ging de telefoon haar moeder ze moest mee naar haar oma in Groningen omdat het misschien de laatste keer zou zijn dat ze haar zou zien. Op de terugweg vertelde haar moeder dat ze haar morgen op zou halen en dat ze maandag weer naar school zou gaan. Toen ze terug kwam nam haar opa haar mee naar Voormalig Kamp Westerbork. En hij vertelde over zijn jeugd. En wat hij had meegemaakt en wat hij nog wist van het kamp. De volgende dag hoorde ze toen Hanneke aan de telefoon zat dat haar moeder een psycholoog in wou schakelen Hanneke ging bij haar zitten en sloeg een arm om haar heen dit wou ze niet en ze rende weg ze pakte oma haar fiets en fietste weg. Ze kwam naar lang fietsen bij de schaapskooi aan en mocht ze helpen met lammetjes flessen. Toen ze daar mee klaar was liep ze met Mieke de herderin mee die met de schapen naar een weiland ging na een poos te hebben gezeten en een beetje te hebben gepraat vertelde ze ook aan Mieke het hele verhaal wat er was gebeurt. Mieke zij dat ze niet steeds voor haar problemen weg moest lopen dat wou ze niet geloven en liep weg zo hard dat Mieke haar niet kon inhalen. Toen ze weg was gefietst was ze een beetje de weg kwijt en toen ze op een bankje zat hoorde ze de herderin weer was ze erg blij ze vertelde aan haar wat ze graag zou willen punt een naar de havo. Punt twee naar een andere school. Punt drie oppassen als bijbaantje. Punt vier een hond. Punt vijf paardrijles. Toen ze weer verder fietste kwam ze langs een telefooncel ze belde haar moeder op en vertelde wat ze wou haar moeder was erg blij dat ze belde. Ze beloofde dat ze met een half uurtje thuis zou zijn. Ze legde de hoorn op de haak en fietste verder het ging bijna vanzelf ze had wind mee.



B. Verhaalanalyse:



1. Titel: Knap stom.

Titelverklaring: Carlijn maakt elke keer knap stomme beslissingen zoals weglopen van huis grote monden geven en haar emoties afreageren tegen andere leerlingen.



2. Soort verhaal:

Eigentijds probleem verhaal.



3. Personen:

Hoofdpersonen: Carlijn.



Andere personen:

Moeder van Carlijn.

Vader van Carlijn.

Opa van Carlijn.

Oma van Carlijn.

Haar tante Hanneke.

Haar wiskunde leraar meneer Hoekstra.

Haar vriendin Vivian.



Beschrijving van de hoofdpersoon:

Leeftijd: Waarschijnlijk 13 of 14.

Karakter: In zichzelf gekeerd, opstandig, angstig.

Uiterlijk: De schrijver heeft niks over het uiterlijk verteld.

Gedrag: Ze loopt elke keer weg voor haar problemen als ze een probleem heeft of ergens mee zit praat ze er met niemand over.

Milieu: Vader en moeder hebben allebei universiteit gedaan en hebben allebei een goede baan maar haar vader is vaak op zakenreis.



B. Korte beschrijving van de andere personen:

Haar moeder: Is econoom en werkt erg hard.

Haar vader: Is een zakenman en moet vaak op zakenreis maar als hij tijd heeft probeert hij Carlijn te helpen met haar huiswerk.

Haar opa: Altijd erg stil.

Haar oma: Erg behulpzaam wil een oplossing zoeken ook meestal aardig.

Haar tante Hannneke: Zij woont naast oma en heeft 2 kinderen en is getrouwd.

Haar wiskunde leraar meneer Hoekstra: Hij wil Carlijn helpen om betere cijfers te halen.

Haar vriendin Vivian: Is de beste vriendin van Carlijn, ze gaan altijd samen naar school toe.



4. Tijd:

A. Het verhaal speelt zich af in deze tijd.

B. Ja.



5. Vertelwijze:

Het is een alwetende verteller.



6. Ruimte:

Eerst speelt het verhaal zich af thuis en op en rond school. Later speelt het verhaal zich af in en bij de boerderij van haar opa en oma in Drenthe.



7. Onderwerp:

Carlijn en haar problemen.



8. Taal:

Normaal, het taalgebruik is ongeveer hetzelfde als wat wij in het dagelijks leven gebruiken.



C. Mening:

Ik vond het een erg leuk boek omdat er dingen in gebeuren die in het echt ook zouden kunnen gebeuren. Ik hou zelf niet zo van boeken die niet in het echt kunnen gebeuren of in de toekomst zijn.



D. Informatie over de schrijfster.

Het boek is geschreven door Tineke Hendriks.

Tineke Hendriks werd in 1949 in Den Haag geboren. Na de MULO, de MMS en de Sociale Academie werkte ze bijna 10 jaar als maatschappelijk werkster. Eerst in de bejaardenzorg later bij een bemiddelingsbureau voor adoptiekinderen. Ze is getrouwd en heeft twee dochters.

Toen haar kinderen nog klein waren vertelde ze altijd verhaaltjes aan hen en de volgende keer moest ze weer verder waar ze gebleven was. Toen ze een computer kregen ging ze de verhaaltjes daarop steeds langer maken en zo kwam er een boek.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen