Boekverslag : Onbekend/anoniem - Karel Ende Elegast
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 868 woorden.


De historie van Coninck Karel ende van Elegast



Koning/Keizer Karel is in Ingelheim aan de Rijn omdat hij de volgende dag daar een hofdag zou houden. ’s Nachts krijgt Karel een oproep van een engel om uit stelen te gaan. De eerste twee keren dat de engel het vraagt weigert hij, de derde keer gehoorzaamt hij de engel wel. ( Drie is een goddelijk getal; De Heilige Drie-eenheid: God de vader, Zijn Zoon en de Heilige Geest.)

Hij gaat met zijn paard door het bos, daar ontmoet hij de zwarte ridder, die later Elegast blijkt te zijn. Elegast is een dief maar hij steelt alleen van de armen. Hij leeft in het bos met zijn bende.

De Koning daagt Elegast uit voor een duel omdat ze geen van tweeën hun naam als eerste willen zeggen. Diegene die wint mag als laatste zijn naam zeggen (ridderlijke erecode). De koning wint. De Koning gebruikt een pseudoniem Adelbrecht ( = de van adel glanzende ).

Samen besluiten ze uit stelen te gaan. Karel wil eerst bij zichzelf gaan stelen omdat hij dan geen gevaar loopt én hij gehoorzaamt God, maar Elegast wil dit absoluut niet omdat hij loyaal aan de koning wil blijven. Ondanks dat de koning hem al zijn bezit heeft afgenomen. Elegast stelt voor om bij Eggheric van Eggermonde te gaan stelen dit doen ze. Eggheric was de zwager van de koning dus daarom vond hij het niet zo erg, hij dacht dat hij het hem wel zou kunnen uitleggen als het dag was geworden.

Ze hakten een gat in de kasteelmuur, Elegast met een breekijzer en Karel met een onderweg gevonden ploegijzer. Elegast ging naar binnen om de kostbaarheden te stelen en de koning bleef buiten wachten om het aan te pakken.

Elegast kon toveren, hij kon mensen in een diepe slaap laten vallen, gesloten deuren openmaken en met zijn speciale toverkruid de dieren horen praten.

Toen de koning het genoeg vond wilde Elegast nog het zadel stelen dit bevond zich in de slaapkamer. Toen hij het zadel pakte werd Eggheric wakker, zijn vrouw bedaarde hem en vroeg wat hem nu al die tijd al dwars zat. Elegast hoorde hoe Eggeheric van plan was om de koning te vermoorden op de hofdag. Zijn vrouw zei dat ze hem liever ophing dan dat ze dit zou toelaten. Eggeheric sloeg haar toen een bloedneus. Elegast had het bloed opgevangen als bewijs. Toen toverde hij ze in slaap.

Als Elegast de koning vertelt wat hij heeft gehoord snapt de koning waarom hij uit stelen moest gaan. Omdat Elegast het niet zelf tegen de koning durft te zeggen doet Karel dit zelf (lekker makkelijk). Ze spreken af dat ze de buit later verdelen.

Karel roept ’s morgens zijn Geheime Raad bijeen en vertelt wat hij heeft gehoord. Ze besluiten Eggeheric en zijn aanhangers op te wachten. Na hun komst worden ze ontwapend. Karel beschuldigt Eggheric, maar deze ontkent alles. De koning ontbiedt Elegast en deze vertelt zijn verhaal en toont de bebloede handschoen. Eggheric ziet in dat hij de zwakste is en vraagt om een duel om zijn onschuld te bewijzen.De koning stemt hiermee in.

Elegast en Eggeheric strijden tegen elkaar. Voordat het duel begint bid Elegast tot God, Eggheric niet. Elegast houdt zich aan de ridderlijke erecode door te wachten met aanvallen als Eggeheric weer van zijn paard is gevallen.

Na een lang en zwaar gevecht won Elegast. Eggeheric verloor het grootste deel van zijn hoofd. Samen met zijn aanhangers werd hij ook nog eens opgehangen.

De koning schonk Elegast de vrouw van Eggeheric en herstelde hem in ere.

Zij leefden nog lang en gelukkig.



* Moge God ons zo goed gezind zijn dat Hij al onze problemen nog tijdens ons leven op een dergelijke wijze oplost!

Opbouw Karel en Elegast:



  1. inleiding

  2. oproep om uit stelen te gaan

  3. tocht door het bos, ontmoeting met de zwarte ridder

  4. inbraak bij Eggheric en ontdekking samenzwering

  5. arrestatie samenzweerders, het duel (het godsgericht)

  6. slotgebed



Subgenre is Voorhoofse Ridderroman omdat:

  • Bruut geweld

  • Krijgshaftigheid

  • Trouw aan de leenheer

  • Onbelangrijke positie van de vrouw


De boventoon voeren in het verhaal. Ook wel Karelromans of Frankische Ridderromans.

Jaartal:


Het jaartal is niet zeker vast te stellen. Het verhaal is omstreeks 800 op straat veel verteld. Omstreeks 1200 is het pas op papier gezet, veel speculatie dus over de waarheid en de datering.

Eind 12e eeuw:


Voorhoofse karakter

Veelvuldig gebruik oude drie-heffingenvers

Tweede helft 13e eeuw:


Nadrukkelijke aanwezigheid christelijke levenssfeer

Vertel technische gaafheid

Oorsprong Karel en Elegast:


Nederlandse oorsprong:


Er is nooit een Frans origineel gevonden

De naam Elegast en Eggheric van Eggermonde zijn typisch Nederlandse namen

Elegast wordt door sommigen in verband gebracht met de Germaanse elfen

Echte Germaanse gebruiken zoals; verdeling van de buit, tweegevecht (duel), tovermotieven

Het centrale motief van het verhaal:


De trouw aan de leenheer als belangrijkste ridderdeugd.

De leenman staat onder de leenheer.

Christelijk geloof een zeer duidelijke rol:



  • Karel de Grote, die vol onbegrip is over het bevel uit stelen te gaan, gehoorzaamt toch als God hem voor de derde keer maant

  • God leidt Karel onopgemerkt uit het kasteel

  • Als Karel eenmaal buiten, God om bescherming vraagt, verschijnt Elegast als onmisbare gids

  • Voor het godsgericht (het duel) – een oud Germaans gebruik – bidt Elegast uitvoerig en de slechte Eggheric juist niet

  • Als het gevecht tussen Elegast en Eggheric te lang duurt, verzoekt Karel God de strijd te beslissen

  • In het hele verhaal wordt God voortdurend afgeroepen

  • God laat het hele gebeuren afspelen om Karel de Grote het verraad tijdig te laten ontdekken (!!!)






Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen