Boekverslag : Thea Beckman - Vrijgevochten
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1163 woorden.
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1163 woorden.
De titelverklaring:
De titel van het boek heet vrijgevochten omdat de jongen Jasper slaaf was en heeft gevochten om zijn vrijheid terug te krijgen.
Hij heeft zich dus letterlijk vrijgevochten.
De inhoud:
Hoofdstuk 1: In dit hoofdstuk wordt verteld dat Jasper de Bonte op 1 Januari geboren wordt is Zierikzee in Zeeland.
Zijn moeder stierf kort na de geboorte en Jasper groeide op bij mensen verder in de straat omdat zijn vader niet voor hem kon zorgen.
Jasper hielp zijn vader (timmerman) mee met allerlei klusjes en droomde ervan net als elke Zeeuw eens te gaan varen.
Hoofdstuk 2: In dit hoofdstuk is het druk in Zierikzee en kan hij zijn droom waar maken.
Hij wordt 'duverstoejager" op het schip de 'Anne-Maria'.
Het schip vaart uit als hij 15 is en hij knap allerlei klei klusjes op het schip op als duverstoejager.
Hoofdstuk 3: In dit korte hoofdstuk varen ze met de boot richting Spanje om daar zaken te gaan doen.
Er staat een sterke wind en ze schieten goed op.
Ze komen aan in Spanje en doen op hun eerste plek goede handel.
Hoofdstuk 4: Op weg naar hun tweede bestemmingsplaats wordt het schip gekaapt door zeerovers uit Turkije.
De mannen maken de schade die de zeerovers aangericht hadden en varen naar Turkije.
Hoofdstuk 5: De bemanning is met een stel zeerovers in Turkije aangekomen en de bemanningsleden werden als slaven in een banjert (gebouw waarin slaven wonen) opgesloten.
De bemanningsleden moeten hun eigen schip afbreken want de Tunezen hebben het hout van het schip nodig voor hun eigen schepen.
Hoofdstuk 6: In dit hoofdstuk wordt de bemanning naar een slavenmarkt toe gebracht en wordt Jasper door een janitsaar (soldaat) gekocht.
Hij had bij hem een goed leven.
Hoofdstuk 7: De janitsaar moest mee op veldtocht om de Berbers uit te roeien want dat wat voor het land een ellendig volk.
Jasper wilde graag mee op veldtocht en uiteindelijk mocht hij mee.
Na enkele groepen Berbers uitgeroeid te hebben waren er veel gewonden en dus moesten ze terug naar de grote stad.
Hoofdstuk 8: Op weg terug naar de grote stad werd de grote groep overvallen door Berbers en werd bijna iedereen vermoord, behalve Jasper.
Hij was volgens hem als enige ontkomen aan de Berbers.
Hoofdstuk 9: Jasper vluchtte maar hij wist niet waar hij heen moest.
Plotseling viel hij ergens naar beneden en hij wist niet waar hij was gekomen.
Hij was in een grot van holbewoners gekomen en werd door hen goed verzorgd.
Na een paar maanden kwam weer de man die de belasting op kwam halen en nam Jasper mee, want alle slaven die een overleden eigenaar hebben waren in bezit van de Pasja (een soort koning van een gebied).
Hoofdstuk 10: Weer werd Jasper als slaaf opgesloten in een banjert en moest hij op de plantages van olijfbomen werken.
Daar ontmoete hij iemand die op van het gekaapte schip afkomstig was, Rode Maarten.
Hoofdstuk 11: Na een tijdje op de plantages gewerkt te hebben werd hij bediende van de Pasja.
Hij bediende daar de Pasja en ook zijn zonen.
Hij had daar een goed leven.
Toen er op een dag een hoge man op bezoek kwam bij de Pasja zei Jasper dingen waaruit het bleek dat hij niet aan de Pasja toe behoorde maar aan de Bey (de koning van het land).
Hoofdstuk 12: Hier wordt Jasper in bevel van de Bey opgehaald en komt hij opnieuw op de slavenmarkt.
Daar wordt hij verkocht aan de kaper van zijn schip, Akbar Abdallah, een van de beste Turkse kapers.
Hij leeft als tuinman bij de kaper want zijn schip werd gemaakt.
Hij leerde de dochter van de kaper kennen en werd een beetje verliefd op haar.
Op een dag vroeg de kaper aan Jasper of die met zijn dochter wilde trouwen en hem opvolgen of als roeier in de galei van hem werken wat zwaar werkt was.
Als hij met haar zou trouwen zou hij zich tot de Islam moeten bekeren en dat wilde de Christelijke jongen niet en dus werd hij roeier op het schip van de kaper.
Hoofdstuk 13: Het leven als roeier was zwaar voor hem maar na een paar dagen kaapten ze een schip en werd Jasper omdat hij een goede timmerman was op het schip de aangerichte schade repareren samen met zijn vriend Rode Maarten en de roeier die naast hem zat, Jens.
Hoofdstuk 14: Omdat er maar weinig wachters aan boord van het schip waren deelde Jasper wapens uit en binnen een korte tijd hadden ze de wachter gepakt en was het schip weer van hun.
Ze vaarde met het schip naar Spanje en de 3 mannen gingen samen op weg naar hun eigen woonplaats.
Hoofdstuk 15: De drie kwamen allemaal veilig thuis en waren weer blij dat ze thuis waren.
Jasper kreeg weer een baan aangeboden an matroos op een schip en ging weer uitvaren.
Op weg naar een nieuw avontuur.
Het probleem:
Het probleem in het boek is dat Jasper als slaaf heel er naar thuis verlangt maar niet naar huis kan.
Maar dat dus toch na bijna 3 jaar lukt.
Hoofdpersonen:
Jasper de Bonte is een stevig gebouwde jongen en wordt niet vlug ziek.
Het is een aardige en behulpzame jongen.
Lieve de Bonte is de vader van Jasper en is timmerman is Zierikzee.
Het is een heel eerlijke man die nooit liegt.
Akbar Abdallah is de kaper van het schip de Anna-Maria en is een van de beste kapers van Turkije.
Schipper Hemelrijk is de schipper van de Anna-Maria en is een zeer eerlijke man.
Hij is een zeer gelovige Christen is leest aan de hele bemanning vaak voor uit de bijbel.
Vertelsituatie:
Het boek wordt steeds verteld door de alwetende verteller.
Er zitten ook stukjes in waarin Jasper zijn gedachten beschrijft maar verder wordt er alleen door de alwetende verteller verteld.
Plaats:
Het verhaal speelt zich in het begin af in het plaatje Zierikzee in Zeeland maar later als Jasper gaat varen speelt het zich af op zee.
Als Jasper slaaf is geworden speelt het zich af in Turkije.
Als hij later weer thuis komt speelt het zich weer af in Zierikzee.
Tijd:
De precisie tijd van het verhaal wordt niet verteld maar het is in de tijd waarin net de Unie van Utrecht was gesticht en waarin de Nederlander bijna met alle landen vrede hadden.
Beoordeling:
Ik vond het zelf een goed boek omdat je goed kan meeleven met de hoofdpersoon.
De gedachten van de hoofdpersoon zijn goed beschreven waardoor je veel over hem te weten komt.
Ook de stijl van het boek vind ik goed want het is allemaal zeer modern geschreven en er staan niet veel moeilijke woorden in.
De opbouw is goed alleen vind ik het jammer dat hij bij zoveel slaven handelaren komt en je weinig details te weten komt over het slaven leven.
Als cijfer geef ik voor het boek een 8.5.
Dit verslag is gemaakt door Geert Joosten klas 3A.
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen