Boekverslag : Leonie Ossowski - Stern Ohne Himmel
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1810 woorden. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Samenvatting van de inhoud. De Tweede Wereldoorlog loopt op z’n eind. In het Oosten van Duitsland rukken de Russen snel op, duizenden Duitsers vluchten voor hen uit Dit verhaal speelt zich af in een stadje waar de Nazi’s de macht nog steeds in handen hebben. Antek is een zestienjarige jongen. Hij zit in het koor op een kostschool. Eigenlijk wil hij liever vechten voor de Füher, maar de rector Jähde, een fanatieke nazi, staat hem dit niet toe omdat hij het koor bij elkaar wil houden. In werkelijkheid vecht hij met het behoud van de kostschool voor zijn eigen hachje. Want alleen als rector van de school kan hij zich van vrijstelling van militaire dienst verzekeren. Antek krijgt samen met de andere koorjongens les van meneer Nagold, een gehandicapte ex-soldaat. Het eten op de kostschool is schaars. Daarom gaan Antek en zijn vrienden na school altijd naar hun geheime schuilplaats. Daar verstoppen ze het voedsel dat ze in het platgebombardeerde deel van de stad tussen het puin vinden. Antek’s beste vriend is Paul Zijn andere vrienden zijn Willi, een fanatiek lid van de Hitlerjeugd, Zick, een beetje een domme jongen en Ruth Antek’s vriendin. Paul, Willi en Zick zijn ook koorjongens. Op een dag als ze zich weer eens goed vol eten in hun schuilplaats valt een jongen van hun leeftijd hun schuilplaats binnen. De jongen wil meteen weer weg vluchten, maar de jongens houden hem tegen. Eerst denken ze dat de jongen een dief is, en ze zijn bang dat hij hen aangeeft. Dan blijkt hij een Jood te zijn, die dacht zich te kunnen verstoppen in hun schuilplaats. De jongens weten niet wat ze moeten doen. Ze moeten hem aangeven, maar dan komt hun schuilplaats aan het licht. Dus besluiten ze de Jood op te sluiten in de schuilplaats terwijl ze naar de koorrepetitie gaan. Als ze terugkomen horen ze de jongen uit. Hij blijkt Abiram te heten. Hij vertelt over het gruwelijke lot van zijn ouders. Zijn vader is doodgemarteld en zijn moeder doodgeschoten. De jongens geloven hem eerst niet, maar ze zien aan hem dat hij het meent. Dan krijgen de jongens medelijden met hem en ze besluiten hem niet aan te geven. Alleen Willi is tegen. Hij vindt dat zijn vrienden slappelingen zijn en dat je een Jood hoort aan te geven. De jongens proberen hem te overtuigen maar het loopt uit op een ruzie. Willi rent weg en doet de deur op slot. Hij gaat regelrecht naar de blokleider en licht deze in. Dan leidt hij de blokleider naar hun schuilplaats. Deze is echter leeg! Antek is normaal gesproken degene die de sleutel bijhoudt. Maar Willi had deze van hem afgepakt. Paul heeft echter in een ruzie met Antek de sleutel stiekem gekopieerd. Zodoende kunnen ze zich gemakkelijk bevrijden uit de schuilplaats. De jongens verstoppen Abiram in een van de kleine torens van de stadspoort. Ruth laten ze er buiten. Terug op school probeert Willi zijn vrienden uit te horen. Hij krijgt niets te horen, zelfs niet van de domme Zick. Dan besluit hij Antek’s vriendin Ruth eens uit te horen. Ruth leeft bij haar grootvader. De grootvader van Ruth, Kimmich genaamd, is een pacifist. Hij was rector voordat de Duitsers hem hadden vervangen door Jähde. Kimmich kreeg een baantje als muziekschrijver. Jähde en hij leven op voet van oorlog met elkaar. Per ongeluk kwam er eens een van zijn eigen motetten tussen de liederen voor het koor. Jähde was woedend en Kimmich werd een paar dagen gevangen gezet. Willi dreigt Ruth haar vader aan te geven als ze niets zegt. Ruth slaat Willi en rent weg. Ze verstopt zich in de stadstoren. Daar vindt ze Abiram. Ook Willi ziet hem. Ze gaat naar huis en vertelt alles aan haar grootvader. Die probeert Abiram weg te halen uit de toren. Abiram hoort hem aankomen en hij vlucht via een andere toren weg. Kimmich keert terug naar huis en haalt Ruth. Ze verwachten dat Abiram terug zal keren naar de toren en dat hij Ruth herkent en niet wegvlucht. Bij de toren ziet Ruth Abiram. Ze roept dat zij en grootvader zullen helpen. Abiram blijkt Willi te zijn. Hij bedankt haar voor de kostelijke informatie. Abiram gaat samen met de vluchtelingen die onderdak zoeken naar de kostschool. Antek, Paul en Zick verstoppen hem op de zolder. Kimmich kan hen nu niet meer helpen, omdat Willi van hem gehoord heeft. Dus nemen ze Nagold in vertrouwen. Deze weigert echter iets voor de Jood te doen. Dan laten ze hem maar op de zolder. Ondertussen nadert het front. Soldaten rennen door de stad. Overal klinken schoten. De vluchtelingen vluchten naar de crypte onder de kerk. De jongens en Abiram ook. Willi is vastbesloten Abiram te vinden. Hij ziet zijn vrienden. Deze proberen hem in de crypte te lokken. Willi wil niet. Hij zal en moet Abiram vinden. Als hij door de stad loopt wordt hij neergeschoten door verdwaalde kogels……. De Russen overwinnen. Er is nu vrede en Abiram heeft ’t gered. De titel De titel is: “Ster zonder hemel.” Oorspronkelijke titel is: “Stern ohne Himmel.” Met ster zonder hemel wordt hier geen ster uit het heelal bedoeld, maar de schrijfster bedoelt hiermee een jodenster. De titel geeft dus aan dat dit verhaal met een Jood te maken heeft in de tweede wereldoorlog. Ik vind de titel goed gekozen. Soort boek Dit boek is een oorlogsroman voor de jeugd. Personages De hoofdpersonages zijn Antek, Willi, Paule, Zick, Ruth en Abiram. De bijfiguren zijn Meneer en mevrouw Nagold, Kimmich en Jähde. Karakters zijn Antek, Willi, Ruth, Abiram en meneer Nagold. De types zijn Paule, Zick, Jähde en mevrouw Nagold. Zij zijn types omdat ze maar een karaktertrek hebben. Hoofdpersonages
Tijd Het verhaal speelt zich af aan het eind van de Tweede wereldoorlog, de Russen rukken op in Duitsland en de spanningen nemen toe (dus rond het jaar 1945). Ook heeft men het in het verhaal vaak over het einde van de oorlog dat in zicht was. Verlopen tijd tussen begin en eind: een aantal dagen, een week hoogstens. Er zijn geen flashbacks in dit verhaal. Er wordt weinig gebruik gemaakt van sprongen in de tijd en de sprongen die gebruikt worden zijn kleine sprongen. Vertelsituatie We beleven dit verhaal meestal door de ogen van Antek, maar ook door de ogen van meneer Nagold, Willie, Zick, Ruth, Abiram en Kimmich. De volgende vertelsituatie is gebruikt: de personale vertelsituatie. Ruimte Het verhaal speelt zich af in een stadje waar de Nazi’s de macht nog in handen hebben, in het oosten van Duitsland. Belangrijke ruimtes zijn de kostschool en hun geheime schuilplaats (een kelder). De kostschool: het verhaal speelt zich voor het grootste deel af in de kostschool. De schuilplaats: het verhaal speelt zich ook veel in de kelder af en deze ruimte leidt er toe dat de jongens Abiram vinden. Opbouw Het verhaal begint midden in een handeling. Het probleem waar de hoofdpersonen voor komen te staan is dat ze niet weten wat ze met Abiram, de Jood, moeten doen. De oplossing die ze vinden: ze krijgen medelijden en daarom geven hem niet aan. Vervolgens verstoppen ze hem tot het einde van de oorlog. Het moment waarop ze Abiram vinden is het belangrijkste in het verhaal, omdat die gebeurtenis het probleem veroorzaakt waarvoor de hoofdpersonen komen te staan. Het hoogtepunt van het verhaal ligt op het einde, als de Russen aanvallen. Het boek eindigt met een nawoord. (het verhaal eindigt als er vrede is.) Thema en motieven Het Thema is: Hitler en het derde rijk. Enkele motieven zijn: - De eenzaamheid van een gevangene. - Nationaal-socialistische opvoeding en het vergiftigd zijn door rassenhaat en discipline - De terreur jegens Joden - De tweede wereldoorlog Bedoeling De bedoeling van de schrijver is de jeugd inzicht bij te brengen omtrent het menselijke gedrag, verkeerd handelen en het vermogen tot verzet in die tijd. Ook was de bedoeling om de discussie van jongeren met hun ouders over hun verleden op te wekken Taal Ik vond het taalgebruik niet moeilijk. Het verhaal bevat veel dialoog. Mening Ik vind dit boek zeker de moeite waard om het te lezen omdat: De gebeurtenissen spannend en boeiend geschreven zijn. Ik kon me gemakkelijk inleven in het verhaal en ik vraag me steeds af welke keuzes ik gemaakt zou hebben. De personages handelen zoals mensen in de werkelijkheid. De personages geven heel erg goed de verkeerde opvoeding van het nationaal-socialisme weer. Het onderwerp me interesseert. De schrijver gaat diep op het onderwerp in. Het boek zet me aan het denken. Het verhaal is zeer geloofwaardig, het zou echt gebeurd kunnen zijn. En het boek is leerzaam. De bouw goed in elkaar zit. Het boek is goed opgebouwd, het verhaal is duidelijk en in goede volgorde vertelt. Er zijn geen echte Flashbacks in dit verhaal, dit vind ik een pluspunt omdat ik vind dat flashbacks het verhaal bemoeilijken. Het is veel handiger als het verhaal in logische volgorde wordt verteld. Het taalgebruik makkelijk is. Het is niet overdreven netjes of grof / onbehoorlijk. De verhaalpersonen spreken zoals mensen in de werkelijkheid. Schrijfster De schrijfster heet Leoni Ossowski. |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Andere boeken van deze auteur: |
|||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |