![]() |
Boekverslag : Rudi Van Dantzig - Voor Een Verloren Soldaat
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1944 woorden. |
Hoofdstuk 1 1.1 Titel: Voor een verloren soldaat Auteur: Rudi van Dantzig Uitgave in samenwerking met B.V. Uitgeverij De Arbeiderspers Eerste druk: 1986 1.2 Korte samenvatting: In het vroege najaar van 1944 vertrekt een groep Amsterdamse kinderen naar het Friese platteland. Daar is, in tegenstelling tot de stad, nog voldoende te eten. Ook de elfjarige Jeroen gaat mee in de kleine vrachtauto. Hij komt terecht bij een vissersfamilie in het dorp Laaxum. Hait en Mem hebben zeven kinderen, waarvan er vijf nog thuis wonen. Het leven in het dorp is zeer vreemd voor Jeroen. Hij kan moeilijk wennen aan de taal, het eten, het bidden, de kerkgang en de christelijke school. De enige die hij kent, is zijn buurjongen Jan Hogervorst, die in een nabijgelegen dorp is ondergebracht. Na een zwempartij liggen de twee jongens te drogen op de dijk, als Jan plotseling op hem gaat liggen en zijn erectie laat zien. Jeroen is in verwarring gebracht, maar ervaart ook een vreemd gevoel van intimiteit. Enkele weken later krijgt hij zelf een erectie wanneer hij het been van Jan aanraakt. Op een dag in het voorjaar is er het nieuws dat de Duitsers gevlucht zijn. Overal in het dorp lopen Amerikaanse soldaten en Jeroen is gefascineerd door de gespierde lichamen van deze mannen. Eén van hen biedt hem een pakje kauwgum aan. Hij stelt zich voor als Wolt en wil heel graag "friends" worden met Jeroen. Ze maken samen een autoritje en bij het uitstappen begint Wolt hem te kussen en te betasten. Jeroen is zeer geschokt en begint te huilen. Thuis wordt hij ziek en ‘s nachts krijgt hij nachtmerries over de ervaringen van die dag. Toch zoekt hij Wolt de volgende dag weer op, terwijl de hele familie naar de kerk is. Opnieuw hebben ze seksueel contact, maar nu is het minder wild. Er volgen meer ontmoetingen en Jeroen is helemaal in de ban van zijn soldaat. Hij is dan ook zeer geschokt als hij hoort dat de Amerikanen het dorp hebben verlaten. De ervaringen hebben zo’n grote invloed op hem dat Jeroen opeens niet meer naar Amsterdam verlangt. Zijn moeder komt hem ophalen en hij twijfelt of hij in Laaxum zal blijven om op Wolt te wachten. Toch gaat hij met haar mee. Hij voelt zich onwennig in zijn eigen omgeving en blijft zoeken naar zijn soldaat tussen de weinige geallieerden die er nog zijn. Hij is verliefd op Wolt en voelt zich opeens een stuk volwassener. Pas als hij weer naar school moet, stopt hij met zoeken. In het laatste hoofdstuk is Jeroen vijfendertig jaar ouder geworden. Een groep Canadese oud-strijders komt ter gelegenheid van het zevende lustrum van de bevrijding terug in Amsterdam. Even hoopt Jeroen zijn Wolt terug te zien. De herinneringen aan de laatste oorlogsmaanden en de moeizame tijd daarna komen weer boven. Nadat hij zich op zijn studie en werk heeft gestort, heeft de tijd alle wonden geheeld. Hoofdstuk 2 2.1 Informatie over de schrijver 'Ik ervoer dat dans een taal is, waarin je dingen kunt zeggen zonder woorden te gebruiken. Alles wat ik had opgekropt, kon er op die manier uit.' Jarenlang kon Rudi van Dantzig niet praten over een indringende ervaring die hij op 11-jarige leeftijd meemaakte in de eerste dagen na de bevrijding in 1945. Nachtmerries en angsten die hem in de naoorlogse jaren parten speelden, raakte hij pas kwijt toen hij de dans ontdekte waarin hij zich kon uiten. In 1984 kwamen eindelijk de woorden die leidden tot zijn autobiografische debuutroman Voor een verloren soldaat (1986). Rudi van Dantzig werd op 4 augustus 1933 geboren en groeide op in Amsterdam. De laatste oorlogswinter waarover hij in Voor een verloren soldaat schrijft, verbleef hij in het Friese Laaxum. Het gevoel anders te zijn dan de andere kinderen kreeg hij op de lagere school al. Hij werd het teruggetrokken, eenzame en altijd gepeste jongetje van de klas. Toen hij in de bioscoop de balletfilm De rode schoentjes zag, maakte dat het heilige vuur in hem wakker: dansen was wat hij wilde. Hij begon choreografieën te maken voor schoolavondjes waardoor hij bij zijn medeleerlingen aanzienlijk populairder werd. Begin jaren '50 ging hij danslessen nemen bij Sonia Gaskell, toen dé docente voor beroepsdansers. Hij werd toegelaten tot Sonia Gaskells Ballet Recital, een voorloper van het Nederlands Ballet, later omgedoopt tot Het Nationale Ballet. Twintig jaar lang, vanaf 1971, was Van Dantzig zelf de artistiek leider van Het Nationale Ballet. Over zijn vriendschap met de beroemde danser Rudolf Noerejev schreef hij het in 1993 (het jaar dat Noerejev aan Aids overleed) verschenen Noerejev : het spoor van een komeet. In 1955 werd Nachteiland, zijn eerste choreografie uitgevoerd. Het begin van een lange reeks die zich kenmerkte door een expressionistische dansstijl en met name ook door een sombere visie op het menselijk bestaan en de maatschappij. Die weinig vreugdevolle blik op een mistroostige wereld keert terug in de verhalenbundel Afgrond die verscheen in 1996. Hierin bundelde Van Dantzig verhalen die hij in de acht voorafgaande jaren schreef. De drie laatste verhalen (in de afdeling 'Vleugels') gaan over zijn gestorven ouders en doen in stijl en sfeer denken aan Voor een verloren soldaat. Met Voor een verloren soldaat stapte Van Dantzig op indrukwekkende wijze de literatuur binnen. De roman werd bekroond met de Geertjan Lubberhuizen-prijs voor het beste debuut van 1986. Regisseur Roeland Kerbosch verfilmde het boek in 1992. Recensenten waren zeer te spreken over Van Dantzigs oog voor details en over de subtiliteit waarmee hij de gevoelens van de jonge Jeroen beschreef. Diezelfde punten werden ook geroemd in de recensies van Afgrond. Toch hadden nogal wat critici ook moeite met de wel heel zwartgallige verhalen, de soms wat overdadige stijl en de qua compositie niet altijd even sterke teksten. Na een roman en een verhalenbundel schreef Van Dantzig in 1997 voor De Bijenkorf een novelle: De bruid staat rechts van u. In 1998 ontpopte Van Dantzig zich ook als toneelschrijver. Het toneelgezelschap De Appel vroeg hem een voorstelling te regiseren, maar omdat hij geen geschikt bestaand stuk kon vinden, besloot hij er zelf één te schrijven. Dat werd Toen gij naakt en bloot waart, over een groep mensen die samengedreven worden op een zeer geïsoleerde plek. 2.2 Recensies Ik heb twee recensies bij het boek gezocht. De recensent van Vrij Nederland is erg positief over het boek en dat vind ik zelf iets té positief. Ik kan het meer vinden met de mening van de recensent van de Volkskrant. Hij is iets terughoudener en heeft iets meer kritiek dat ik wel kan waarderen. Het is op zich een mooi boek zoals hij zegt, maar dat het boek als ‘roman’ op sommige plaatsen verslapt heb ik ook gemerkt. En zeker aan het einde is dat erg goed te merken. Hoofdstuk 3 Verwerking 3.1 Titelverklaring: De hoofdrolspeler, Jeroen, ontmoet aan het eind van de Tweede Wereldoorlog een Amerikaanse soldaat, Wolt, waarmee hij zijn eerste homoseksuele ervaringen heeft. Plotseling zijn de Amerikanen, inclusief Wolt, met de noorderzon vertrokken en ook na zoektochten blijft Wolt voor Jeroen een verloren soldaat. 3.2 thema: De 11-jaruge ik-figuur / hoofdpersoon Jeroen gaat vlak voor de hongerwinter naar Friesland omdat daar meer voedsel is. In Friesland ontmoet hij een Amerikaanse soldaat waarmee hij een vriendschap opbouwt en meerdere malen seksueel contact heeft. Hij ontdekt bij zichzelf dat hij homoseksueel is. De soldaat is plotseling verdwenen. Jeroen onderneemt nog zoekpogingen als hij in Amsterdam is, maar hij heeft hem nooit meer gevonden. Motto: dan vouwen zij de handen, de disgenoten in het huis. Van tafelrand tot tafelranden geschikt tot een onzichtbaar kruis. (Ida M. Gerhardt) Dit motto is te verklaren met het feit dat het hele leven van de familie Visser om God en Zijn Woord draait. Jeroen is niet gewend om voor het eten te bidden en uit de bijbel te lezen. 3.3 gedicht Verlaten de manier waarop hij loopt, doet me trillen, de manier hij naar mij kijkt doet me rillen, de manier hij mijn liefde koopt doet me houden, houden van hem Maar nu heeft hij me verlaten, hij is weg, over donkere bergen zoek ik hem, maar hij heeft me verlaten, ik vind hem nooit meer, want hij heeft mijn hart achtergelaten, in de donkere bergen waar mijn stem echode naar zijn naam, mijn hart verdwaald en achtergelaten, doet pijn en verdriet, waarom? Waarom al dit pijn? de manier waarop hij loopt, doet me trillen, de manier hij naar mij kijkt doet me rillen, de manier hij mijn liefde koopt doet me houden, houden van hem 3.4 passage (blz. 126/127) “De volgende dag wacht ons op school een verassing, we hoeven alleen maar de teksten van het Friese en Nederlandse volkslied over te schrijven omdat, heeft de meester ons die morgen gezegd, die op het bevrijdingsfeest door ons gezongen zullen worden. Met overdreven krulletters tekent hij de teksten op twee aparte borden en onze twee klassen, voor deze speciale gelegenheid verenigd tot één, nemen zijn sierschrift met grote toewijding over. Alles wat met de bevrijding te maken heeft doen we moet de grootst mogelijke overgave. ‘Wilhelmus van Nassouwe, ben ik van Duitschen bloed…’ Begint het ene lied. Hoe kunnen we dat nou zingen: ‘ben ik dan Duitschen bloed’? We moeten toch juist alle Duitsers in de pan hakken, de oorlog is nu toch oorbij? Ik had gedacht dat we allemaal samen Duitsland in zouden trekken met hooivorken, stokken en geweren om ze daar in dat rotland eens flink op hun donder te geven. ‘Wie klaar is met overschrijven mag naar huis, er wordt vandaag verder niet meer geleerd. De school blijft een paar dagen dicht, tot na het feest. Gaan jullie maar wat plezier maken.’ Ik vond dit een erg leuke passage omdat Laaxum hier net bevrijd is en de jongens nog maar net bevatten wat er allemaal is gebeurd. Er is een einde aan de oorlog, de bezetting van Duitsland! Das toch een hele opluchting voor die kinderen. En als ze dit op school mogen doen van de meester, die normaal erg streng is, beseffen ze dat het wel heel erg bijzonder wat er nu gebeurd is. In deze passage zie je ook heel leuk de naíviteit van Jeroen, hij begrijpt dat ene woordje (van Duitschen bloed) maar niet, dat vind ik erg grappig en die naieviteit zie je ook verder in het broek nog terug. In het stukje dat hij onder aan de dijk staat met Jan en als hij met Wolt alleen in de slaapkamer is. Hij vraagt zich telkens af in bed of hij nou verliefd is op Wolt of niet. Hoofdstuk 4 Evalueren 4.1 persoonlijke leeservaring Ik vond het opzich wel een leuk boek om te lezen omdat het vrij simpel geschreven is. Het leest heel makkelijk weg, ondanks dat het boek nog zo’n dik 300 bladzijden bevat. Maar in het midden van het boek, als Jeroen misbruikt wordt door de Amerikaanse soldaat Wolt, dan wordt het boek een beetje eentonig. Er worden heel veel bladzijden aan dat onderwerp gewijd en dat is op een gegeven moment zo het zelfde, het wordt dan gewoon saai om te lezen. Aan het einde als Wolt weg is, dan wordt het wel weer leuk. Dan gaat Jeroen zich afvragen of hij nou wel echt verliefd is op Wolt en of hij ooit nog terug zal komen. Daarna wordt hij opgehaald door zijn moeder in Laaxum om weer naar Amsterdam terug te gaan. Daar ziet hij hoe Amsterdam door de oorlog is gekomen en daar schrikt hij toch wel van. Er zijn allemaal mensen overleden bij hem in de straat en zijn broertje is flink gegroeid, die kent hij niet meer terug. Het laatste ‘hoofdstuk’ gaat over Jeroen als hij 35 jaar is, dat is ook wel erg leuk om te lezen. Om te kijken hoe hij dan de oorlog op die leeftijd ervaart en de sexuele contacten met de Amerikaanse soldaat Wolt. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |