Boekverslag : Hugo Claus - Suiker
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 2754 woorden.

Algemeen

Suiker is een toneelstuk dat geschreven is door Hugo Claus en uitgegeven is door Amsterdam, De Bezige Bij. De eerste druk was in 1958 en ik heb een boek afkomstig uit de 19e druk, 1979.

Suiker heeft 91 bladzijden, is verdeeld in 6 taferelen, heeft geen ondertitel, geen motto en geen opdracht.

De stroming: moderne literatuur. Claus behoort tot de experimentele schrijvers.

Het genre: een realistisch drama.

Hugo Claus

Hugo Claus werd op 5 april 1929 geboren te Brugge als zoon van een drukker. Van zijn tweede tot zijn elfde jaar verbleef hij op verschillende kostscholen. Op zeventienjarige leeftijd debuteerde hij met de gedichtenbundel Kleine Reeks en toen hij negentien was publiceerde hij de inmiddels klassiek geworden roman De Metsiers. Claus heeft bijna alle kunstvormen en genres beoefend. Eigenlijk heeft hij alleen geen muziek gecomponeerd en geen balletten ontworpen. Gedurende zevenendertig jaar schreef hij gedichten, verhalen, romans, toneelstukken en scenario's. Ook trad hij op als regisseur van toneelstukken en films. Hij schilderde en tekende en ontwierp soms decors en boekomslagen van zijn eigen werk. Verder schreef hij enkele libertto's, waaronder Reconstructie in samenwerking met Harry Mulisch.

In 1947 heeft hij in Noord-Frankrijk als seizoenarbeider in de suikerfabriek in Chevrières gewerkt, wat hem inspireerde tot de novelle Suiker waar het gelijknamige toneelstuk uit voorkwam. Al eerder, in 1955 schreef Claus zijn eerste toneelstuk Een bruid in de morgen.

Personages

Hoofdpersonen:

Max => Max is een soort Don Juan, die veel succes bij de vrouwen heeft en bovendien heeft hij op zijn medearbeiders, met name Kilo, een nogal dominerende invloed. Het vorige seizoen had hij een verhouding met Malou, een door en door losbandig meisje. Hij is ook een soort pooier en hij handelt in gestolen zakken suiker. In de slotscène blijkt hoe triest Max eigenlijk is, de ware oorzaak van zijn optreden komt aan het licht: hij blijkt niets in zijn leven te hebben, alleen zijn moeder en de kameraadschap van Kilo. Max is een karakter.

Kilo => Kilo is een dikke, nogal trage en naïeve jongen, maar lichamelijk erg sterk. Hij is onderdanig aan Max. Hij is niet op de hoogte van wat er zich in het jaar daarvoor tussen Malou en Max heeft af gespeeld. Kilo leeft in de ellende letterlijk op een droom ooit nog in zijn geboorteplaats een eigen zaak te beginnen. Kilo ontmoet het meisje Malou, die in haar verschrikkelijk leven ook de plaats aan de droom blijkt ingeruimd te hebben. Tussen de twee ontstaat een idylle; Kilo herkent zijn droom in die van Malou; samen bouwen zij aan nieuwe, gezamenlijke, fantasiebeelden verder; aan het einde van het suikerseizoen zullen zij vluchten in de werkelijkheid van hun dromen. Kilo is ook een karakter.



Malou => Malou is een opstandig hoertje, ze heeft vroeger verhouding met Max gehad, maar is later door hem gedumpt. Dat vond ze heel erg, maar daar is ze wel weer overheen gekomen. Ze krijgt inneger contact met Kilo. En nadat ze Kilo eerst had afgewezen, trekt ze hem weer aan. Ze heeft ook een droombeeld in haar ellendige leven. Samen met Kilo fantaseert ze daarover. Malou is een karakter.



Bijpersonen:

Jager => Jager is een beetje een stille man, hij gaat totaal zijn eigen gang. Hij is een oude wielrenner die ook de Tour de France heeft gereden. Daar probeert hij ook een beetje mee te pronken. Jager is een type.

Oudste Minne => Een oude, kale man, die overal commentaar op heeft en speelt de baas over zijn jongere tweeling broer. Oudste Minne is ook een type.



Jongste Minne => Ziet er precies zo uit als Oudste Minne en is onderworpen aan Oudste Minne, een beetje een zielig figuur die aan de drank is en alleen maar droomt van de opstand tegen zijn broer. Jongste Minne is een type.



Inhoud

In het eerste tafereel maken we kennis met de tweeling Minne, Oudste en Jongste Minne en met Jager. Dit drietal praat over de bietencampagne, die over een week afgelopen zal zijn. Midden in het gesprek komt Kilo binnen met een gestolen zak suiker. Later komt Max ook de barak in. Het gesprek komt uit op een meisje, Malou, die vorig jaar ook in Verrières was, maar naar Arras is gegaan omdat ze ziek was. Maar ze blijkt nu weer beter, want ze is terug. Ze verblijft nu bij een rijke secretaris en haar vader hoopt dat ze met hem zal trouwen, dan krijgt hij ook wat aanzien in het dorp.

Het tweede tafereel speelt zich af in het sproeihok. Het is avond. Kilo en Max hebben Malou opgehaald. Ze drinken Pernod en Malou is een beetje dronken. Ze maakt Max verwijten: „Eeuwig en altijd zal hij bij mij blijven. Amour toujours." Kilo snapt hun gekibbel niet. Later gaat Max aan zijn werk en laat Malou en Kilo alleen. Ze praten een beetje en als ze het over Max krijgen, reageert Malou steeds venijnig, wat Kilo niet begrijpt. Dan zegt Kilo dat hij Malou weer wil zien de volgende avond. Eerst wil ze niet, maar later gaat ze akkoord.

Dan komt Max komt terug en Kilo gaat aan het werk. Max en Malou kibbelen wat over vorig jaar, nu blijkt dat Max een verhouding met Malou had en haar daarna in de steek heeft gelaten. Maar van hun verhouding weet Kilo niets af, daarom snapte hij hun gekibbel ook niet.

Het derde tafereel speelt zicht weer in het sproeihok af, alleen dan een dag later. Kilo verwacht Malou en hij heeft dure drank en chocola gekocht. Het is de vierde keer dat ze komt en dat Max er niets vanaf weet. Kilo vraagt of ze met hem mee gaat naar Vlaanderen. Malou wil niet, want ze is bang. Ze vertelt Kilo over een vrijer die ze verleden jaar heeft gehad en haar in de steek heeft gelaten, een zekere Jean-Marie die op een dag in de kalkoven is gevallen. Ze noemt Max niet. Plotseling wil Malou wel met Kilo mee, ze wil het verleden achter zich laten.

Het vierde tafereel is in de barak, weer een dag later. De gebroeders Minne en Jager bepraten de verhouding tussen Malou en Kilo. Dan komt Max binnen die heeft gehoord dat Malou 's nachts bij Kilo op bezoek komt en wil daarover meer weten. Op dat moment komt Kilo de barak binnen. Max begint meteen over Malou, maar Kilo gedraagt zich minder onderdanig dan anders. Max probeert Kilo te overtuigen dat het op niets uitloopt met Malou, dat zij allemaal leugens vertelt, maar Kilo is niet te overtuigen.

Het vijfde tafereel speelt zich weer af in het sproeihok. Kilo en Malou zitten te fantaseren over een mooie toekomst. Dan komt Max binnen. Max begint weer over Jean-Marie. Nu begrijpt Kilo dat Malou heeft gelogen. Jean-Marie was eigenlijk Max. Zij heeft voor hem gewerkt als prostituee. Malou wreekt zich op Max door te vertellen over het kind dat bij haar is weggehaald.

Zesde tafereel, barak. Het is de laatste avond en overal wordt feest gevierd. Max maakt Kilo er attent op dat Malou het feest viert als hoer in het barak van de Polen. Kilo wil hem eerst niet geloven, maar Max haalt de stomdronken Malou op. Als Max haar weer buiten de deur wil zetten gooit Kilo hem tegen de vloer. Hij gaat met Malou naar buiten en breekt voorgoed met Max. Malou en Kilo praten op de gang en besluiten samen weg te gaan met de late trein. Kilo wil haar alles vergeven, als ze maar bij hem blijft.

Thema's en motieven

Het hoofdthema is eenzaamheid. Max bijvoorbeeld, lijkt in eerste instantie niet eenzaam, maar bij het slot blijkt dat hij, nadat hij de vriendschap met Kilo heeft verpest, alleen nog maar zijn moeder heeft. Kilo is ook heel eenzaam; hij heeft alleen maar Max en zijn droom. Later vindt hij gelukkig Malou, die ook eenzaam was, maar bij het slot heeft ze Kilo en is ze dus niet meer eenzaam.

Neventhema's zijn jaloezie en liefde.

Een heel belangrijk motief is de droom. Kilo heeft een droom, namelijk een café beheren in zijn geboorteplaats en zelfstandig te worden, verlost van de seizoenarbeid. Kilo herkent zijn droom in die van Malou, samen fantaseren zij over een gezamenlijke toekomst. Dan is er nog Jager die ook nog hevig denkt aan zijn Tour de France-glorie. En de Jongste Minne droomt van de opstand tegen zijn broer.

Een ander heel belangrijk motief is egoïsme. Nog andere motieven zijn: liefde, haat, geld, uitbuiting, alcohol en verdriet.

Titel

De titel Suiker is natuurlijk heel erg duidelijk. Het speelt zich af in en rond de suikerfabriek. En daarnaast leest men ook nog vaak over gestolen suiker, waarin Max en Kilo handelen.

Aspecten en spelers

De eerste speler is Kilo. Om hem draait het verhaal. Hij weet soms niet wat hij met Max en Malou aan moet en daar gaat het verhaal grotendeels over; over de relatie tussen Kilo en Max en over de relatie tussen Kilo en Malou (en dus niet tussen Max en Malou).

Max is de tweede speler. Naast Kilo krijg je ook veel over hem te weten. Maar toch is duidelijk dat het verhaal niet alleen maar om hem draait.

Er wordt meer over Max verteld dat over Malou. Daarom is zij de derde speler. En omdat zij alles door vertelt aan Kilo wat ze van Max hoort en andersom. Zij is een soort tussenpersoon tussen Kilo en Max.

Een simultaan aspect komt voor in het vijfde tafereel. Daarin komt een scène voor waarin Malou en Bobik (dat is een pool die ook in de suikerfabriek werkt) met elkaar praten. Dat wil zeggen dat Malou steeds tegen Bobik zit te praten terwijl hij dat helemaal niet verstaat. Hij vraagt haar alleen af en toe hoe laat het is. Maar terwijl Malou over Kilo aan het vertellen is, staat Kilo in de deuropening. Alleen heeft Malou dat niet door. Als ze het wel doorkrijgt, vraagt Kilo waar ze het over hebben.

Een retrospectief aspect is te vinden in het vijfde tafereel. Dat is een schène waarin Kilo, Max en Malou ruzie hebben. Max begint dan over Jean-Marie, een oude vrijer van Malou. Hij zegt dat Jean-Marie nooit heeft bestaan en dat Malou eigenlijk Max bedoelde, maar dat niet durfde te zeggen, dus maar iemand verzon. Hij zegt letterlijk: „Ik was degene die zij niet durfde te noemen". Dit alles slaat terug op een conversatie tussen Kilo, Max en Malou in het derde tafereel. Daar zegt Malou: „Ik heb een vrijer gehad, Jean-Marie." Ze verteld dat hij heel lief voor haar was, maar dat hij in de kalkoven was gevallen en dat hij nu dood is.

Een prospectief aspect heb ik niet kunnen vinden.



Bouw en geledingen

Het verhaal is verdeeld in zes taferelen. Elke keer als er iets verandert begint een nieuw tafereel en is het meestal een dag later. Wat ook voor kwam is dat het eerste tafereel bijvoorbeeld 's middags en in de barak is en het tweede tafereel 's avonds en in het sproeihok. Ook vaak komt er een nieuw tafereel als er van plaats wordt veranderd. Meestal gaan ze dan van het sproeihok naar de barak of andersom. Eèn keer komt er een nieuw tafereel als er een paar mensen weggaan. De totale vertelde tijd is drie dagen.

Tijd en plaats

Het verhaal speelt rond 1950 en het is volkomen chronologisch. Er wordt dus een continue vertelwijze toegepast. Ze hebben het wel soms over 'vroeger', maar nooit echte flash-backs. Flash-forwards komt men dus ook niet tegen.

Alle conversaties spelen zich af in de barak of in het sproeihok. Er wordt ook beschreven hoe de barak en het sproeihok eruit zien.

In de barak staan een tiental bedden, waarvan er vier op elkaar gestapeld zijn. Eén van de bedden dient als kleerkast. Helemaal rechts staan de bedden van de twee Minnes. Daarnaast het bed van Max, daar weer naast die van Kilo. Uiterst links, iets apart, staat het bed van Jager naast een kolenkacheltje. Verder een waterbak en een vogelpik aan de muur.

Het sproeihok is een hok boven het eindpunt van de spoorlijn waarin één keer per week de bieten worden gelost die later naar de fabriek gaan. Er liggen stapels platgedrukt hooi op de grond en de hoeken. Er is een opening, waarlangs men met een ladder naar binnen kan komen. Op de balken die het dak ondersteuen staan krijtmerken: de dagen van het seizoen. Er is een cokes-vuur.

Mijn mening

Ik vond het toneelstuk in het begin niet leuk, maar later wel. Dat kwam omdat ik er eerst heel erg in moest komen, in de sfeer van 'de seizoenarbeiders'. En het toneelstuk is natuurlijk wel rond 1950 geschreven, dat is ook wel even wennen. Maar als je even doorleest is het best een mooi toneelstuk. Ik zeg niet dat het één van de mooiste toneelstukken is die ik heb gelezen, maar het was lang niet slecht.

Er kwamen wel soms een paar franse zinnen voorbij, wat niet altijd even goed te begrijpen was, maar met een woordenboek erbij was het best te doen. Zo leer je nog eens wat.

Uiteindelijk vond ik Suiker best leuk om te lezen en om het te analyseren. Ik hoop/denk dat ik het wel duidelijk heb opgeschreven en ik hoop dat u dat ook vindt.

Fouten

naïve => naïeve

jalouzie => jaloezie

Personages

Ik had me vergist. Ik had Malou als bijpersoon genomen, maar nadat ik er nog een keer goed over na had gedacht, bleek dat inderdaad niet zo te zijn. Verbetering en aanvulling:

Malou (hoofdpersoon) => Malou is een opstandig hoertje, ze heeft vroeger verhouding met Max gehad, maar is later door hem gedumpt. Dat vond ze heel erg, maar daar is ze wel weer overheen gekomen. Ze krijgt inneger contact met Kilo. En nadat ze Kilo eerst had afgewezen, trekt ze hem weer aan. Ze heeft ook een droombeeld in haar ellendige leven. Samen met Kilo fantaseert ze daarover. Malou is een karakter.



Bouw en geledingen

Ik had niets over de tijd verteld bij de bouw en geledingen. Nu heb ik dat wel gedaan:

Het verhaal is verdeeld in zes taferelen. Elke keer als er iets verandert begint een nieuw tafereel en is het meestal een dag later. Wat ook voor kwam is dat het eerste tafereel bijvoorbeeld 's middags en in de barak is en het tweede tafereel 's avonds en in het sproeihok. Ook vaak komt er een nieuw tafereel als er van plaats wordt veranderd. Meestal gaan ze dan van het sproeihok naar de barak of andersom. Eèn keer komt er een nieuw tafereel als er een paar mensen weggaan. De totaal vertelde tijd is drie dagen.



Aspecten en spelers

Ik had helemaal niets over de aspecten verteld en ik had ook niet verteld wie de eerste, tweede en derde spelers waren. Dat ga ik nu doen:

De eerste speler is Kilo. Om hem draait het verhaal. Hij weet soms niet wat hij met Max en Malou aan moet en daar gaat het verhaal grotendeels over; over de relatie tussen Kilo en Max en over de relatie tussen Kilo en Malou (en dus niet tussen Max en Malou).

Max is de tweede speler. Naast Kilo krijg je ook veel over hem te weten. Maar toch is duidelijk dat het verhaal niet alleen maar om hem draait.

Er wordt meer over Max verteld dat over Malou. Daarom is zij de derde speler. En omdat zij alles door vertelt aan Kilo wat ze van Max hoort en andersom. Zij is een soort tussenpersoon tussen Kilo en Max.



Een simultaan aspect komt voor in het vijfde tafereel. Daarin komt een scène voor waarin Malou en Bobik (dat is een pool die ook in de suikerfabriek werkt) met elkaar praten. Dat wil zeggen dat Malou steeds tegen Bobik zit te praten terwijl hij dat helemaal niet verstaat. Hij vraagt haar alleen af en toe hoe laat het is. Maar terwijl Malou over Kilo aan het vertellen is, staat Kilo in de deuropening. Alleen heeft Malou dat niet door. Als ze het wel doorkrijgt, vraagt Kilo waar ze het over hebben.

Een retrospectief aspect is te vinden in het vijfde tafereel. Dat is een schène waarin Kilo, Max en Malou ruzie hebben. Max begint dan over Jean-Marie, een oude vrijer van Malou. Hij zegt dat Jean-Marie nooit heeft bestaan en dat Malou eigenlijk Max bedoelde, maar dat niet durfde te zeggen, dus maar iemand verzon. Hij zegt letterlijk: „Ik was degene die zij niet durfde te noemen". Dit alles slaat terug op een conversatie tussen Kilo, Max en Malou in het derde tafereel. Daar zegt Malou: „Ik heb een vrijer gehad, Jean-Marie." Ze verteld dat hij heel lief voor haar was, maar dat hij in de kalkoven was gevallen en dat hij nu dood is.

Een prospectief aspect heb ik niet kunnen vinden.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen