Boekverslag : Yvonne Keuls - De Moeder Van David S
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 3359 woorden. |
Samenvatting Auteur: Yvonne Keuls Titel: De moeder van David S. Ondertitel: ,geb. 3 juli 1959 1e jaar van uitgave: 1980, Ambo bv Baarn Motto: Geen Het oudste kind van de familie S., David, hun zoon van zestien, raakt aan de drugs verslaafd. Dit gebeurt eerst met wierook, maar later ook met drugs. In het begin van het verhaal krijgt de lezer de indruk dat het erg goed gaat met de familie S.. Maar langzamerhand gaat het steeds slechter met David. Hij gaat steeds minder naar de sportclub en maakt ook bijna geen huiswerk meer. Hij komt ‘s avonds laat thuis en brandt wierook op zijn kamer. Hij doet eigenlijk alleen nog maar die dingen waar hij zelf zin in heeft. De grote problemen beginnen, wanneer de familie van vakantie terugkomt en in het hele huis vreemden liggen te slapen. David zegt tegen de politie dat ze hem hebben bedreigd. De rest van de familie is nooit in aanraking met drugs geweest en weet ook niet wat de gevolgen daarvan zijn. Het duurt daarom erg lang voordat Len doorheeft wat er aan de hand is. Het gezin heeft geleerd om David los te laten, maar Len, de moeder van David, weigert hem los te laten. Haar huwelijk lijkt stuk te lopen en voor de andere kinderen in het gezin heeft ze al tijden geen aandacht. Doordat David zelf ook ziet dat het leven van zijn ouders, broer en zusjes door hem ondraaglijk is geworden, gaat hij steeds meer drugs gebruiken. Hij heeft dus een soort schuldgevoel. David krijgt hulp van Kees, een psycholoog, hij begeleidt David, ook al is dit zeer moeilijk. Davids vriend Bennie, met wie David soms dagenlang weg is, gebruikt samen met hem drugs. Eerst wierook, daarna hasj en marihuana. Later stelen ze samen fietsen en geld om aan drugs te komen. Als de ouders van beide jongens samen over hun problemen praten, wil Davids moeder nog steeds niet geloven dat hun zoon (ook) aan de drugs is. David geeft aan zijn moeder toe dat hij Speed gebruikt en dat hij geld van haar steelt om het te kunnen kopen. Maar hij belooft haar daarmee te stoppen en weer naar school te gaan. Maar al na een paar weken loopt hij weg en belt meer dan drie weken later vanaf het Centraal Station op om te vragen of zijn ouders hem willen komen ophalen. Dit gaat nog een paar weken zo door. Dan worden de ouders van David op een dag opgebeld door een politieagent, die een slechte mededeling voor hen heeft: David is opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis. Als zijn ouders hem de volgende dag opzoeken, smeekt David hen om hem mee te nemen. Maar ze doen het niet. Het gaat langzamerhand weer wat beter met David en zijn ouders weten hem over te halen om vrijwillig naar een afkickcentrum te gaan. Al na een paar weken loopt David ook hier weg en komt hij bij zijn ouders om geld bedelen. Zijn vader geeft hem wat geld en stuurt hem weg. Het keerpunt in het verhaal is de reis van Len naar Amerika, waar ze in contact komt met een organisatie voor ouders van drugsverslaafden. Terug in Nederland begint Len samen met haar man net zo’n groep voor ouders van drugsverslaafden en ze hebben veel steun aan elkaar. Aan het einde van het verhaal, als blijkt dat David waarschijnlijk ‘clean’ is, hoort Len dat David het huis verlaat. Len blijft de hele nacht wakker, maar weet ‘s ochtends dat David het huis heeft verlaten om een shot te gaan halen. Ervaringsverslag Personen De hoofdpersoon, David, is zestien jaar en raakt verslaafd aan drugs. Doordat hij onder invloed van deze verdovende middelen is, heeft hij nergens zin in. Citaat pagina 96: David hernam zijn oude gedragspatroon: in bed blijven liggen tot een uur of één. En ik bracht de ochtend door met luisteren naar eventuele geluiden in zijn kamer. Staat hij nou op? Ja, nu staat hij op…of toch niet…ja, maar nou gaat hij toch naar de w.c. Hoor ik nou de douche of vergis ik me? Zelf durfde ik geen enkel geluid te maken, stofzuigen liet ik geheel achterwege, nadat hij éénmaal gereageerd had met hard de deur van zijn kamer dicht trappen. Ik werd bang, ik werd verschrikkelijk bang voor alles wat hij deed. Als hij eindelijk naar beneden kwam, maakte hij eten klaar voor zichzelf. Hij bakte eieren en tomaten, trok van alles uit de kasten en liet de keuken in een chaos achter. Als ik er iets van zei, kreeg ik een grote bek en ik was tot niets anders meer in staat dan terugschreeuwen en machteloos toezien hoe hij de kamer in beslag nam met telefoneren en zolang op de bank liggen als hij dat wenste. Zijn gevoelens besprak hij alleen met Kees, de maatschappelijk werker, en heel af en toe met zijn moeder als hij een helder moment had en wilde stoppen met de drugs. Hij weet volgens mij zelf niet zo goed wat hij wil; het ene moment wil hij een nieuw leven opbouwen en vijf minuten later gaat hij weer een nieuwe ‘shot’ halen. Davids karakter veranderd niet erg, hij is heel zijn leven al opstandig geweest en nooit rekening gehouden met anderen. Citaat pagina 10: Voor het gehuil van David waren andere problemen in de plaats gekomen. Hij kreeg driftbuien en liet zich op de grond vallen wanneer hij zijn zin niet kreeg, terwijl hij zijn speelgoed slechts gebruikte om zichzelf en anderen pijn te doen of om zijn omgeving te vernielen. Een andere hoofdrol in het verhaal speelt Len, de moeder van David. Len heeft een karakter die wisselt. Bij het begin kan ze David niet loslaten. Ze blijft maar van alles geven (vooral geld). Later in het boek weet ze dat ze David zijn eigen zin moet laten doen en hem niks meer te geven zodat hij zelf maar aan geld moet komen voor drugs. Andere belangrijke personen zijn: Simon: De vader van David en echtgenoot van Len. Simon is geen hoofdpersoon, maar een achtergrondfiguur. Hij is namelijk niet psychologisch uitgewerkt en je leert hem niet kennen. Hij heeft wel een verhaaltechnische functie, omdat hij de vader is en hij geeft met de behandeling van David zowel diepte aan Len als aan David, omdat zij op zijn gedrag reageren op een manier die in hun karakter zit. Wel is Simon een karakter, hij verandert namelijk, net als Len, in het verhaal door David los te laten en hem op de juiste wijze te behandelen. Juliëtje: Dochter van Len en Simon en zusje van David. Zij is een achtergrondfiguur, ze heeft alleen maar een functie in het verhaal om te laten zien dat de moeder de anderen verwaarloost. Er is ook weinig aandacht voor haar in het verhaal. Ze is een type, want je leert maar één karaktereigenschap van haar kennen: ze kan goed met David omgaan en ze weet precies wat haar ouders verkeerd doen. Josien: Andere dochter van Len en Simon, zusje van David. Achtergrondfiguur, zij geeft op dezelfde manier diepte aan de hoofdpersoon als Juliëtje dat doet, door te laten zien dat de kinderen verwaarloosd zijn. Josien is ook een type, want zij wordt niet zo uitgebreid beschreven en je leert haar niet kennen. Brammetje: Zoon van Len en Simon, broertje van David. Brammetje is om dezelfde reden als bij Josien een achtergrondfiguur. Ook net zo als Josien een type. Oma: De moeder van Len. Is een achtergrondfiguur, want ze heeft alleen maar een verhaaltechnische functie, namelijk iemand waar David naartoe kan als hij geld nodig heeft en zo ook zijn ouders misleid doordat het net lijkt alsof hij niet meer chanteert. De moeder van Len geeft ook diepte aan de hoofdpersoon, omdat je op deze manier kan zien hoe Len in elkaar zit en hoe, nu geworden is door haar moeder en hoe zij vroeger behandelt is. Gerrie: De buurvrouw van Len en Simon. Zij is een achtergrondfiguur, want ze heeft niet rechtstreeks met het probleem te maken en ze is belangrijk voor de handeling, ze geeft, samen met Tom, voorlichting aan Len en Simon over de drugs. Ze is ook een type, want ze is niet uitgebreid beschreven en je leert maar één karaktereigenschap van haar kennen: ze is rustig en stil, heeft een zachte stem. Tom: Buurman van Len en Simon. Achtergrondfiguur, want heeft ook niet rechtstreeks met het probleem te maken. Bennie: Zoon van Gerrie en Tom, vriend van David en ook aan drugs verslaafd. Is een achtergrondfiguur, want hij geeft diepte aan David door hem te betrekken in de drugswereld en hij is een type, want hij is verslaafd aan drugs en dat is de enige eigenschap die je van hem te zien krijgt. Marleen: Vriendin van David. Ze is een achtergrondfiguur, want er wordt niet veel aandacht aan haar besteed en ze geeft diepe aan Len, omdat je dan ziet dat Len zorgzaam is. Ze is een type, omdat je haar niet leert kennen en ze niet psychologisch wort uitgewerkt. Henriëtte: Kinderpsychologe. Achtergrondfiguur, omdat ze alleen maar diepte aan Len geeft, door haar te helpen en zo haar gevoelens naar boven te halen. Type, je leert maar één eigenschap kennen, namelijk dat ze een rustige psychologe is. Kees: Psycholoog van David. Is een achtergrondfiguur, want hij geeft diepte aan zowel David, door hem te begeleiden door de drugs, als aan Len, door haar niet te willen helpen en zo hoopt hij dat ze inziet dat ze wat fout doet. Hij is ook een type, omdat hij niet uitgebreid beschreven is. Relaties Een belangrijke relatie in het boek is de relatie tussen Len en David. Len en David hebben het hele verhaal met elkaar te maken. Wat David doet is in belang van Len. Als David weer aan de drugs is dan is Len weer onrustig en weet ze niet wat ze moet doen. Als David weer probeert af te kicken dan probeert Len David zoveel mogelijk te helpen. Citaat pagina 146: Hij liep met me mee terug, ging weer in bed liggen en ik draafde heen en weer om hem te ‘verzorgen’. ’s Avonds liepen Simon en ik kamers af. Een kamer zonder hospita moest het worden, want anders zou David er toch weer uitgegooid worden. “Waarom doet David dat niet zelf?”,vroeg Juliët. “Zie je dat dan niet?”, zei ik. “Daar is hij te ziek voor.” “Te ziek?”vroeg Juliët. En hij gaat ’s avonds uit.” “Ja,”zei ik onlogisch, “hij gaat ’s avonds uit, maar niet om kamers te zoeken en daarom doen wij het dus.” Op het einde verandert de relatie tussen Len en David; len ziet in dat het geen nut meer heeft en laat David aan zijn lot over. Citaat pagina 256: “Pappa moet het voor zichzelf beslissen. Ik kan voor hem niet zeggen, of hij het aankan een week met jou in huis of niet. Maar, David, ik heb ook besloten. Ik wil voor je zorgen, zolang je je ziek voelt. Als het hier niet kan, dan gaan we een week samen weg. Gewoon een week naar de caravan. En daar ga ik niet zitten hopen en hopen en op mijn beloning wachten. Nee hoor, ik calculeer gewoon in dat het ook mis kan gaan. Want ik weet nu wel dat je een junk bent. Of een afkickende junk bent. Ik weet nu wel dat je je afspraken niet houdt, dat je doorlopend tracht mijn grenzen te overschrijden en dat je hele gedrag uit een door mij andere wereld komt. Ik weet het nou wel, maar ik ben niet zo kwetsbaar meer. Ik ben niet meer zo afhankelijk van jou welbehagen.” Perspectief Het boek is geschreven in het 'ik-perspectief', omdat het boek geschreven is vanuit het standpunt van Len, de moeder van David. Je leest haar gevoelens en kijkt mee met haar belevenissen en gebeurtenissen. Tijd en tijdvolgorde Het verhaal wordt chronologisch verteld. De vertelde tijd is ongeveer twintig jaar. Het verhaal begint met de geboorte van David. De laatste zeven jaar worden uitgebreider beschreven, omdat deze periode voor David het belangrijkst is in verband met zijn drugsprobleem. De schrijfster maakt in dit boek ook gebruik van enkele flashbacks. Plaats Het verhaal speelt zich voornamelijk af in het huis van de familie S in Den Haag. Hoe het huis er van binnen uit ziet is niet beschreven en dus aan de verbeelding overgelaten. Wel is er beschreven wanneer het zich in het huis afspeelt. De ruimte is hier contrasterend, want een huis is een symbolische ruimte. Het staat voor warmte en veiligheid, maar in het huis van de familie S. is het helemaal niet warm, want door David is het niet gezellig meer. Ook de veiligheid is er niet, want de ouders zijn bang voor David.Verder speelt het verhaal zich nog af in de verschillende kamers waar David heeft gewoond. Daar was het altijd een rotzooi. Dit is, behalve een kenmerk van drugsverslaafden, ondersteunend gebruikt, want David ligt overhoop met zijn gevoelens, waardoor hij steeds meer gaat gebruiken. Andere ruimtes, zoals in de inrichtingen, de caravan en op straat, komen zo weinig aan bod dat het voor mij moeilijk was om me er een beeld van te vormen. Thema De overheid moet het drugsopvangbeleid veranderen, want vrijwillig komen de drugsverslaafden niet erg ver. Motieven Angst: het komt herhaaldelijk voor dat Len angst heeft voor David, als hij weer het huis binnenkomt doordat hij de sleutel heeft, of voor de mensen bij wie David schulden heeft en die hadden gezegd het hem betaald te zetten. Liefde: Len en Simon houden van David en vinden het moeilijk hem los te laten i.p.v. hem elke keer te helpen. Dit valt op en het wordt ook herhaald. Ook de liefde tussen Marleen en David valt op, vooral omdat Marleen ook nog zwanger wordt van David. Drugs: de drugs valt op en maakt indruk doordat het hele boek erover gaat. Schuld: David voelt zich vaak schuldig tegenover zijn ouders. Dit wordt ook herhaald. Verder voelt Len zich ook schuldig tegenover het gezin als ze er weer eens achter komt dat ze het gezin verwaarloost. Verwaarlozing: het verwaarlozen van de andere kinderen wordt herhaald en maakt indruk, vooral als Juliëtje bij haar vriendin wil gaan wonen, omdat ze het in bij haar eigen familie niet gezellig vindt. Dood: Het maakte indruk dat Bennie ineens overleed. En het heeft ook met drugsverslaving te maken, want er zijn een heleboel drugsverslaafden die het om de een of andere reden niet meer zien zitten en daarom zelfmoord plegen. Stijl/taalgebruik Het taalgebruik van het verhaal was niet echt moeilijk. Er zijn wel eens worden waar je de betekenis niet van weet maar dat zijn er meestal niet echt veel. Er waren worden die in het drugswereldje voorkomen maar dat snapte de ouders ook niet en dat werd dan vaak duidelijk uitgelegd. Stroming De moeder van David S. behoort tot de moderne Nederlandse literatuur. Het is namelijk een erg modern boek, gaat over het dagelijks leven en is erg actueel. Het behoort tot de stroming van het Realisme, want het geeft de ‘ware’ werkelijkheid weer. Verwerkingsopdracht Passage 1 (pagina 9): Maar David kon niet in slaap komen. Hij lag met een tuigje vastgebonden in bed en schreeuwde en vocht uren achtereen om overeind te komen. We kregen ruzies met elkaar en met mijn moeder omdat we totaal geen raad met hem wisten. De huisdokter, die Simon er bij haalde, wist alleen maar te zeggen: ‘Ja, zulke kinderen heb je inderdaad.’ Op ons verzoek werd David nogmaals nagekeken door de kinderarts, die hem volkomen gezond verklaarde. Ách, op een dag is dit over,’ zei hij. Maar Simon en ik konden niet op die dag blijven wachten, we sloegen aan het experimenteren. Zo ontdekten we, dat David achter op de fiets in slaap kon vallen. En daarom pakten we hem na het avondeten goed in en gingen met hem – zelfs als het goot van de regen – blokjes rijden tot hij in slaap viel. Dan tilden we hem voorzichtig uit zijn stoeltje en legden hem met zijn jasje aan in bed. Maar na een tijdje werd David tijdens het vervoer naar boven toch weer wakker. Simon en ik waren inmiddels zo overspannen en vermoeid, dat ik geen andere uitweg meer wist. Ik zocht het briefje van mijn moeder en belde radeloos op. Mijn verhaal werd rustig uitgehoord, terwijl David op de achtergrond huilde. ‘Zal ik nu meteen bij u langskomen?’werd me gevraagd. ‘O, alstublieft,’ zei ik, ‘want niemand kan ons helpen.’ Binnen een half uur zat de magnetiseur alleen naast Davids bedje in de badkamer. Simon en ik stonden verslagen op de gang en luisterden of het gehuil zou afnemen. Maar dat gebeurde niet. Na lange tijd kwam de man naar buiten, legde zijn armen om onze schouders en voerde ons de kamer in. ‘Ga even zitten,’ zei hij, ‘want ik moet jullie iets vertellen. In zijn vorige leven is David als kind omgekomen tijdens een bombardement. Hij heeft erg veel angsten uit moeten staan en die zijn nog lang niet uitgewerkt. We mogen hem niet storen in zijn proces, we kunnen het ook niet, dat heb je gemerkt. Hij is niet te bereiken, want tussen hem en ons staat zijn doodsangst.’ Deze passage vind ik erg belangrijk, omdat je dan aan het begin van het boek al weet dat er iets goed mis is met David. Hij krijgt alle zorg en liefde van zijn ouders, maar toch gaat het niet goed. Hieruit kun je opmaken dat het niet de schuld van de ouders is dat David aan de drugs is gegaan, maar zijn eigen schuld. Het trof mij in deze passage ook erg dat de ouders zoveel moeite hebben gedaan voor dat kind om het weer normaal te laten slapen en dan uiteindelijk hun uitvlucht zoeken tot iets dat ze normaal nooit zouden hebben gedaan. Want het is toch een hele grote stap om gebruik te gaan maken van dit soort alternatieve geneeswijzen. En het is een nog grotere klap als je er dan achterkomt dat die magnetiseur ook niets aan het probleem kan doen. Dan ben je pas helemaal hopeloos. Passage 2 (pagina 254): ‘Je stelt de vraag aan mij,’ zei ik, én ik wil hem ook los van pappa beantwoorden. Zolang je je ziek voelt, wil ik je helpen, op míjn manier, ík stel mijn grenzen vast. Ik zit in die groep, dat weet je, en ik heb daar veel met anderen gepraat. Daar heb ik door geleerd, onder andere dat ik mij wat jou betreft geen illusies mag maken. Als jij afkickt, David, heb ik daar geen verwachtingen meer bij. Ik houd er rekening mee, dat je na een week weer naar een dealer loopt. Maar die week is dan toch niet voor niets geweest. Je bent hier, niet in je kamer, maar in de logeerkamer van je huis van ons huis. Je bent niet mijn klepperende kind dat een beroep op mijn moedergevoel doet, je bent mijn afkickende zoon die verzorging nodig heeft. Maar in deze week kunnen we misschien toch een basis voor een andere relatie met elkaar leggen.’ Het belangrijkste uit deze passage is dat Len eindelijk voor zichzelf durft op te komen en zich los te maken van David, ook al kost het nog wel moeite. Ik vind dat heel knap van haar, want altijd had ze nog het gevoel dat ze haar best voor hem moest doen, dat hij niet zonder haar kon en dat er nog hoop was dat hij zou afkicken. Doordat ze die groep van ouders hebben opgericht is ze eindelijk tot inkeer gekomen en heeft ze gezien dat alles verloren moeite was geweest. Ik bewonder haar erg, omdat het mij gewoonweg onmogelijk lijkt om je eigen zoon te laten gaan en hem zichzelf vol te laten spuiten met drugs, terwijl jij er niks meer aan kan doen. Het is voor Len een zeer positieve ontwikkeling, omdat ze zich altijd door hem heeft laten gebruiken maar dat nooit had ingezien of niet in had willen zien. Door deze passage heeft het boek toch nog een beetje een ‘eind goed, al goed’-einde, omdat Len David eindelijk heeft laten gaan en haar eigen leven weer oppakt. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |