Boekverslag : Simone Van Der Vlugt - De Amulet
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1296 woorden.

Praktische gegevens van het boek



1. De Titel is De amulet

2. De auteur is Simone van der Vlugt

3. De uitgever is Lemniscaat b.v te Rotterdam

4. De illustrator is Roelof van der Schans

5. Het verhaal bestaat uit 184 bladzijden

6. Het verhaal heeft 11 hoofdstukken.

7. Het genre is fantasie







Personages:

1. De hoofdpersoon is Nina, een dertienjarig meisje.

2. Staat niet in het boek

3. Ze is een aardige meid, maar kan ook heel erg kattig zijn.

4. Max is de persoon met wie Nina meereist, de zigeuners, Oom Thomas en tante Hanna:

5. Staat niet in het boek.







Tijd.



1. Het verhaal speelt zich af in het verleden, rond 1630.

2. Er rijden nog geen auto’s, iedereen liep, of reed met paard en wagen

3. Het verhaal wordt chronologisch verteld, zonder flashbacks.

4. Het verhaal duurt ongeveer een jaar







Omgeving



1. het verhaal speelt zich af in het plaatsje Würzburg

2. De omgeving wordt vrolijk verteld





Samenvatting:



Nina’s oom vertelt waarom haar moeder werd terecht gesteld en dat haar moeder ook visioenen had. Haar moeder had nog een speciale gave ze kon mensen genezen door alleen maar een simpele handbeweging te maken.

Hij geeft Nina een ketting met daaraan een amulet aan. Die was van haar moeder geweest.

Nina moest op een dag boodschappen doen voor haar tante. Ze ging naar de markt, een jongen kneep in haar kont, ze draaide zich om en gaf de jongen een klap in zijn gezicht.

De jongen maakte haar uit voor heks. Sinds die dag waren er roddels over haar dat ze een heks was.

Haar oom en tante hadden die roddels ook gehoord en vonden dat Nina moest vluchten. Haar oom en tante hadden bedacht dat ze Nina gingen uithuwelijken aan een oude boer die weduwnaar was in een ander dorp. Nina ging samen met haar tante naar het plaatsje Bamberg waar ze gingen overnachten.

De volgende dag ging Nina’s tante terug naar Würzburg. Nina moest in haar eentje verder, eigenlijk zou ze naar de boer moeten gaan, maar ze had geen zin om te trouwen met zo’n oude vent en zijn slaafje te worden, dus ze vluchtte naar het dorp Coburg. Ze ging lopend naar dat dorp. Onderweg kwam ze iemand tegen en die had een wagen en ze mocht meereizen.

In Coburg zocht ze eerst een herberg waar ze overnachtte. De volgende dag vroeg ze de herbergier waar er werk te vinden was. Hij wist niets en verwees haar verder. Toen ze ‘s avonds nog niks gevonden had, kwam ze weer terug in dezelfde herberg. De herbergier zei dat hij wel iemand kon gebruiken. Dus Nina had daar een paar dagen gewerkt, totdat de boer ineens onverwachts in de herberg verscheen. Ze vluchtte weg, ze wist alleen nog niet waarheen. Onderweg kwam ze een jonge vent tegen met wie mocht mee reizen. Later werd ze door dezelfde vent aangerand. Ze had een mes in haar jurk zitten en stak hem hiermee in zijn buik.

Weer vluchtte ze weg. Bij een boerderij stal ze van de waslijn jongenskleren. Die trok ze aan en sneed haar haren kort.

Ze leek nu op een jongen. Ze was weer verder gelopen en bij een verlaten dorpje was ze Max tegen gekomen. Eerst deed hij heel onaardig tegen haar, maar later veranderde dat wel. Met Max leefde ze in de natuur. Hij leerde haar goed om te gaan met geneeskrachtige kruiden. Hij kende ook veel mensen bij wie hij vaker overnachtte.

Samen gingen ze naar Rothenburg, waar Max vrienden had met een wijnhuis waar Max elk jaar hielp met druiven plukken en wijn maken. Dit jaar hielp Nina ook mee.

Ze bleven daar een paar dagen en hadden daar te horen gekregen dat Würzburg in bezet was genomen door Zwitserse soldaten.

Op een nacht werd Nina wakker en wist dat ze een visioen had gehad. Er was een Zwitsers leger in de aankomst naar Rothenburg. Niemand geloofde haar, ook Max niet, maar ze wist het zo zeker, dat ze desnoods alleen verder zou reizen. Max besloot uiteindelijk toch ook mee te reizen, omdat ze maatjes waren.

Het was toen al winter geworden en het was ook al aan het sneeuwen. Onderweg zag Nina wolven in haar visioen, maar ook dat geloofde Max niet, maar naar een tijdje kwamen ze toch wolven tegen. Ze vluchtten in een boom.

Na een paar uur gingen de wolven weer weg, omdat ze brand roken. Nina en Max konden weer verder trekken. Max kon niet meer. Nina moest hem ondersteunen. Er kwam een meneer naar buiten rennen, die Max meteen ondersteunde. Even later kwam er ook een vrouw die meteen naar Nina toerende. Daar hebben ze geslapen in de schuur. De volgende ochtend vertelde de meneer Wieshoven dat Rothenburg al overvallen was.

Ze trokken weer verder, dit keer naar Ettal.

Na een poosje kon Max al niet meer. Ze zaten ondertussen in Oberammergau, ze klopten eerst aan bij een boerderij, maar daar werden ze niet binnengelaten. Ze liepen verder. Ze kwamen een leegstaande blokhut tegen, waar ze hadden overnachtten. Max was erg ziek geworden.

De volgende ochtend trokken ze weer verder naar Ettal. Ze wisten niet precies waar Ettal lag. Vlak voor een heuvel kon Max niet meer verder en zakte in elkaar, Nina bleef nog even bij hem en besloot dat ze hulp ging zoeken. Ze rende over de heuvel en daar lag Ettal. Ze rende de kerk binnen en vroeg de monniken om Max te redden. Na enkele uren kreeg ze ineens een raar gevoel. Ze wist dat Max het niet meer haalde.

Even later kwamen de monniken die Max hadden gezocht terug. Ze hadden vervelend nieuws. Ze vertelden dat Max dood was.

Ze bleef daar een paar maanden tot het lente was.

Toen het eenmaal lente was trok ze weer verder.

Ze wist nog niet waar ze naar toe wilde.

Ze was nog maar net onderweg toen ze zigeuners tegen. Eerst was ze er bang voor omdat iedereen er van die verschrikkelijke verhalen over vertelde. Ze ging ze bespioneren en werd betrapt door de honden van de zigeuners. Ze werd ruw opgepakt en in het kamp neergezet. Ze kreeg soep te eten.

Ze trok met de zigeuners op en reisde met hen mee. Tot ze op een gegeven moment bij Würzburg aan gekomen waren en Nina besloot terug te gaan naar haar oom en tante. Ze had er niet bij stilgestaan dat Würzburg in beslag was genomen. Maar ze kwam er toch makkelijk binnen. Ze waren blij haar te zien maar ze vonden het jammer dat ze al zo snel weer weg ging.











De auteur



1. in 1966.

3. Ze heeft Nederlands en Frans gestudeerd aan de lerarenopleiding

4. Nee, ze fantaseert alles zelf

5. Ze heeft nog 2 andere boeken geschreven, namelijk. “Een steen door de ruit” en “Bloedgeld”

6. De genres zijn telkens verschillend.

7. Van jongs af aan hield ze ervan verhaaltjes te schrijven.









Eigen mening



1. Ik heb dit boek gekozen omdat ik het al een keer gelezen had.

2. Ik leefde wel mee met de hoofdpersoon

Ik vond de hoofdpersoon niet zielig

Ik kon het boek niet wegleggen

Ik vond het geen aangrijpend verhaal

Ik vond het een vrolijk boek

Ik vond het geen saai en langdradig boek.

3. Het verhaal kan echt gebeurd zijn, ik houd wel van alle soort verhalen die genoemd staan

4. Het boek heeft een happy end.

5. Ik houd wel van deze stijl, korte zinnen, mooi gekozen woorden. Lange beschrijvingen zitten er niet in.

6. Het verhaal was wel zoals ik verwacht had.

7. Ik zou best de hoofdpersoon willen zijn omdat het hartstikke leuk en handig is om paranormaal begaafd te zijn.

8. Het is een erg leuk boek. Ik was er erg in verdiept.



Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen