Boekverslag : Eeden, Frederick Van - De Kleine Johannes
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 805 woorden.

Johannes woont met zijn vader in een groot huis met een grote tuin. Ze gaan vaak samen wandelen door de natuur. Johannes stelt zijn vader dan domme vragen. Zoals, "waarom is de wereld zoals zij is?". Hij bidt vaak op een wonder. Hij hoopt dan dat alles voor hem zal gaan leven.


Op een dag stapt Johannes in een bootje en onmoet daar een elf. Die elf heet Windekind en Johannes belooft die naam nooit aan de mensen te vertellen. Door een kus van Winde-kind wordt Johannes heel klein en hij ziet onder andere een krekel die les geeft aan allemaal kleine krekeltjes. Ook neemt Windekind hem mee naar een feest. Ze gaan het konijnenhol binnen en allemaal andere dieren zijn daar aan het dansen. Johannes krijgt van de koning der elfen een gouden sleuteltje dat op een gouden kistje past. Dat kistje is in handen van de mensen.


De volgende dag kreeg Johannes op zijn kop omdat hij die nacht niet was thuisgekomen. Johannes trok zich er weinig van aan en zei dat hij niet kon beloven het nooit meer te doen. Johannes had het sleuteltje om zijn nek gedaan, maar toch moest hij het zo snel mogelijk zien te verstoppen. Windekind schoot te hulp en samen verstopten ze het sleutel-tje onder een struik.


Na een paar weken niets van Windekind gehoord te hebben, kwamen er een paar duiven aan die Johannes een veer gaven. Met die veer kon Johannes vliegen en de duiven hadden het begeleidt naar Windekind. Windekind liet Johannes zien dat de mens het 'laagst geplaatste' wezen was. Ze keken samen naar een aantal mensen die gingen picknicken. Ze vertrapten bloemen en sloegen naar de muggen om hen heen. Johannes was hierdoor diep teleurgesteld en besloot bij Windekind te blijven.


Windekind vertelde ook over kabouters en Johannes wilde er onmiddellijk een zien. Ze gingen naar Wistik, de meest wijze kabouter van allemaal. Wistik las een kruisspin voor uit een boek over spinnen. Johannes vroeg of er ook een boek was waar de waarheid in stond. Wistik zei dat hij al zijn hele leven naar dat boekje zocht. Ook vertelde hij over dat het gouden kistje in handen van de mens was en het gouden sleuteltje in handen van de elften. Het roodborstje wist de weg. Windekind zei Johannes echter dat hij zich niets van Wistik moest aantrekken.


Johannes dacht dat hij de aangewezen persoon was naar het kistje te zoeken en daardoor ziet hij Windekind niet meer terug.


In de lente ontmoet hij een blond meisje, Robinetta, met de ogen en de stem van Winde-kind. Er is de hele tijd een roodborstje bij haar. Hij heeft een hele leuke tijd met haar. Wistik herinnert Johannes eraan dat hij het boekje moet vinden. Het meisje zegt te weten waar het is. Toen bleek dat Robinetta de bijbel bedoelde, zei Johannes dat de bijbel geen belangrijk boek was. Anders was er wel vrede geweest. De vader van het meisje 'schopte' Johannes zijn huis uit en even later ontmoet hij een eigenaardig mannetje.


Het mannetje heette Pluizer. Hij vertelde Johannes dat Wistik en Windekind niet bestonden en dat hij veel slimmer was dan zij. Hij zei ook dat hij Johannes zal helpen met het zoeken naar het boekje. De volgende dag ontmoet Jonhannes Pluizer's vriend, Hein. Hein is de dood en hij had het momenteel erg druk. Pluizer zei dat mensen hun hele leven zochten en dat ze uiteindelijk Hein zouden vinden.


Ook liet Pluizer hem de ellende van het mensenbestaan zien en de rondleiding eindigde bij een kerkhof. Ze werden weer heel klein en ze gingen de doodskisten binnen. In de laatste doodskist lag Johannes zelf en toen viel hij bewusteloos.


Pluizer zei tegen Johannes dat hij net zo moest worden als docter Cijfer. Dat was een goed mens geworden. Docter Cijfer gaf Johannes les en naarmate de tijd verstreek, werd de wereld voor Johannes steeds donkerder. Hij ging Robinetta en Windekind steeds meer vergeten. Op een gegeven moment zei Pluizer tegen hem dat hij het boekje en het sleutel-tje ook maar moest vergeten.


Een tijd later verlangt Johannes naar zijn ouderlijk huis en Pluizer neemt hem mee. Hij ontmoet zijn vader op zijn sterfbed. Nadat zijn vader daadwerkelijk dood is wilde Pluizer hem met een mes opensnijden om te kijken wat de oorzaak van zijn dood was. Johannes hield Pluizer tegen en hij verdween. Hein zei dat Johannes dat goed had gedaan en dat Pluizer niet meer terug zal komen. Johannes wil met Hein mee de dood in, maar Hein weigert dat.


Johannes gaat naar buiten en bij de zee ziet hij Windekind met Hein in een boot zitten. Van de andere kant komt een mens aanlopen. Hij stelt Johannes de keuze om of mee te gaan in de boot, of mee te gaan naar de mensheid. Johannes kiest voor het laatste.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen