Boekverslag : Daphne Du Maurier - Don't Look Now
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1639 woorden. |
John en Laura zitten op een terras terwijl John steeds maar aan word gekeken, Door twee vrouwen met rare ogen. Een van de 2 vrouwen stond op en ging door een deur naar de wc. Laura ging achter de vrouw aan terwijl John aan de tafel bleef zitten. De andere vrouw met heel wit haar bleef John aanstaren. Na 10 minuten kwam de vrouw weer terug en liep gearmd met haar zus weg. Toen kwam Laura ook weer terug, “Christine is hier bij ons” zei ze tegen John, “Die vrouwen kunnen haar zien daarom kijken ze zo naar ons”. Laura vertelde aan John dat toen ze haar handen ging wassen, de vrouw naast haar stond en zei: “Mijn zus heeft jouw kleine meisje gezien, ze zat tussen jou en je man in te lachen”. John keek haar raar aan en dacht bij zichzelf, ze heeft nog weer eens iets in haar hoofd, ze is dus nog niet over Christine heen. Laura wilde daarna nog even naar de kerk in Torcello, toen ze daar aankwamen en in de donkere kerk waren zag John de twee vrouwen weer en maakte dat hij en Laura zo snel mogelijk weg waren. Hij besloot dat ze s’avonds maar eens uit moesten gaan, in een leuk knus restaurantje moesten gaan eten. Maar eerst nog even naar het hotel en zich even wassen of in bad en klaar maken op het diner. Laura had niet zoveel honger dus gingen ze lopen en als ze dan aankwamen was Laura’s honger gevoel al wel gekomen. Onderweg daar naartoe raakten ze verdwaalt door alle donkere kleine steegjes in Venetië. Laura liep voorop en John achter haar aan. Toen hij plotselings in de donkeren steeg iets in zijn ooghoeken zag bewegen. Het was een klein meisje met een korte jas, klimmend over de boten in het water. Totdat ze bij een zwarte deur aankwam en daarin ging, het duurde maar enkele minuten. Laura had het niet gezien, want zij liep al een heel stuk verder. Hij hoorde haar voetstappen dichterbij komen en zei tegen haar dat hij al achter haar aan kwam. Toen zagen ze de oranje lichten restaurant en gingen snel naar binnen. Ze kregen een tafel in de hoek van het restaurant het was er redelijk druk. Toen John om zich heen keek en Laura het menu doorlas, zag John de twee vrouwen weer. Ze kregen een tafel aan de andere kant van het restaurant, John voelde zich al snel niet meer op zijn gemak, maar Laura leek het wel dus bleef hij maar. Toen Laura het menu had gelezen keek ze ook om haar heen, ze zag die twee vrouwen en gaf een kleine schreeuw. Ze was zo enthousiast dat ze hun wel even gedag moest zeggen. Voordat John iets kon zeggen was ze al op weg naar de twee vrouwen. Ze pakte een stoel en ging bij hun zitten. John had er de pest in en bestelde maar een fles witte wijn voor hem alleen bij zijn eten, hij wilde weten waarom die vrouwen zonodig met Laura wilde praten. Hij had opeens geen honger meer en zette zijn bord opzij, toen kwam Laura weer bij hem aan tafel zitten zonder iets te zeggen begon ze haar vis op te eten. Toen ze klaar was begon ze te vertellen dat de kleine vrouw met wit haar, zei dat ze Christine vanmiddag weer had gezien toen ze in de kerk waren. “Christine wilde de vrouw iets vertellen, alsof wij in gevaar zijn hier in Venetië” zei Laura. Laura wilde zo snel mogelijk uit Venetië weg, maar John geloofde niets van die twee vrouwen. “Ze willen ons hier gewoon weg hebben, ik laat onze vakantie niet door hen uitmaken”. Zei hij geïrriteerd. “Je hebt gelijk Laura, ik geloof er helemaal niets van!” nu was hij echt boos. Hij bestelde nog een glas wijn voor zichzelf en vroeg daarna de rekening. Hij wilde terug naar het hotel, weg uit het restaurant. Toen ze terug in het hotel kwamen, vroeg John om de sleutel van de kamer. Tegelijkertijd met de sleutel kreeg hij een envelop met daarin een briefje. Het was afkomstig van het schoolhoofd van hun zoon Johnnie. Er stond in: Johnnie ligt in het ziekenhuis, hij is gisteren ziek geworden. Maar wees niet bang. De dokter zei dat ik het even moest laten weten. Groetjes, Charles Hill Hij liet het briefje aan Laura zien. “Zie je wel daarom moeten we hier weg! Wij zijn niet in gevaar maar Johnnie is in gevaar, zie je dat die vrouwen gelijk hadden dat Christine ons waarschuwde!” riep Laura naar John. De volgende ochtend probeerde John, meneer Hill te bereiken maar zijn vrouw nam op, die vertelde hem dat meneer Hill op bezoek was bij Johnnie. En hun terug zou bellen in een uur. Ze vertelde het hotel dat ze die ochtend nog zouden vertrekken naar huis toe. Ze praatte niet meer over de 2 zussen maar alleen over hoe ze naar huis zouden kunnen gaan. Toen meneer Hill hun terug belde was John in de badkamer en Laura nam op, 2 minuten later kwam John de kamer in. Laura zat nog steeds aan de telefoon ze keek ongerust. Meneer Hill vertelde dat Johnnie geen goede nacht achter de rug had. Hij gaat slechter dan gisteren. Laura zei tegen hem dat John en zij zo snel mogelijk terug zouden zijn en hing op. Laura gaat gelijk met het vliegtuig weg en John gaat alleen met de auto.John gaat alleen met de auto. Voordat hij weg gaat pakt hij op zijn gemak zijn koffers.Hij voelt zich nog al eenzaam zonder zijn vrouw.Maar als hij op de boot is om naar huis te gaan ziet hij zijn vrouw op een andere boot met die twee vrouwen.John gaat zo snel mogelijk terug naar het hotel toe, maar daar is Laura niet en niemand weet waar ze is.John gaat naar de politiebureau , daar hoort hij van een andere Engelsman die op zoek is naar zijn handbagage dat er een moord is gepleegd, een vrouw is vermoord met een mes.Hij werd gevraagd om in het kantoortje te komen zitten om overhoord te worden. Hij legde alles haarfijn uit over Laura dat ze met het vliegtuig wegging en dat ze toen weer terug kwam op die boot en dat ze met die 2 vrouwen mee was. De politieman stuurde hem terug naar het hotel waar hij een kamer aangeboden kreeg en daar een nachtje kon blijven slapen. Toen hij op zijn kamer kwam belde hij meneer Hill op om te weten te komen hoe het met Johnnie ging. Na enkele seconden werd er opgenomen het was mevrouw Hill ze vertelde hem dat de operatie goed was verlopen en dat hij niet meer ongerust hoefde te zijn. Even later kreeg hij Laura aan de lijn, Hij schrok en stond op. Hij keek verbaast, er was dus niets met Laura aan de hand en ze was veilig thuis gekomen. Hij trakteerde zichzelf op een drankje en vertelde de man achter de balie dat alles goed ging met zijn vrouw. Even later besloot hij om iets te gaan eten en ging naar het restaurant naast het hotel. Toen hij terug kwam van het hotel stond er politie op hem te wachten. De politie agent zei dat hij de twee vrouwen op het bureau had zitten. John legde uit dat het een misverstand was, en dat het hem speet om hun tijd te verspillen. Hij legde uit dat zijn vrouw veilig in Engeland was en dat er niets aan de hand was. De politieman werd kwaad en begon snelle Italiaanse woorden te spreken. John was niet meer zo op zijn gemak, en zei dat hij het leuk vond om mee te gaan naar het politie bureau om de twee vrouwen zijn verontschuldigingen aan te bieden. Toen hij daar aankwam bood hij direct zijn excuses aan en wilde weg, net als de twee vrouwen. Ze mochten gaan. John liep met de twee vrouwen mee naar hun hotel hij vertelde dat hij zijn vrouw met hun had gezien op de boot. De vrouw met het witte haar vertelde hem dat hij hun wel had gezien maar niet vandaag, hij had hun gezien maar dat speelt volgende week pas af. De vrouwen gingen hun hotel binnen en lieten John buiten staan. Hij keek om zich heen hij wist niet waar hij was. Hij ging maar links af, toen hij erachter kwam dat hij daar gister ook had gelopen met Laura toen hij verdwaalt was. Toen plotselings zag hij dat kleine meisje weer nu rende ze er kwam iemand achter haar aan. “Ze is ergens voor op de vlucht” dacht John. Nu weet hij het weer de gil die hij gister ook hoorde. De man die achter haar aan rende was de moordenaar! Zij is de vrouw die vermoord is. Ze rende een zwarte deur in, hij dacht bij zichzelf ik moet haar helpen. Hij rende achter haar aan hij riep “rustig maar ik help je”. Toen ze een klein kamertje in ging en in het hoekje bij het raam ging zitten. John rende de kamer binnen, hij deed de deur dicht en draaide de sleutel om. “Stil maar, meisje ik help je”. Toen het meisje haar cape naar beneden deed, zag hij het. Het was geen klein onschuldig meisje maar een klein oud vrouwtje met een groot hoofd lachend naar hem met vieze verotte tanden. “doe de deur open, Politie!” Toen pakte de oude vrouw een lang, dun, scherp mes uit haar cape en gooide het naar hem hij probeerde te draaien maar het raakte hem onder zijn oor, aan de linkerkant. Hij zag Laura en de twee vrouwen met een droevig en zielig gezicht weer op de boot staan, hij dacht het was niet gister niet vandaag maar morgen! . De politie brak de deur open! “Nee”, dacht hij “Ik wil niet op deze manier sterven!”. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |