Boekverslag : Tom Lanoye - Alles Moet Weg
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 765 woorden.

I. Biografie



Tom Lanoye is geboren op 27 augustus 1958 in Sint Niklaas en leeft en woont in Antwerpen. Zijn echte naam is Tom Emiel Geraldine Aloïs Lanoye en hij is van Belgische afkomst.



II. Korte inhoud



Waar? Het verhaal speelt zich af in bijna heel Vlaanderen; in Kortrijk, Leuven, Gent, Antwerpen, Doel, Tessenderlo…

Wanneer het verhaal zich afspeelt is niet vermeld in het boek, maar vermoedelijk rond 1988 omdat dan de 1e druk van het boek was.

Belangrijkste gebeurtenissen zijn: De aankoop van de bestelwagen (die een belangrijke rol in het verhaal speelt) en de verkoop van goederen aan huis. Ook een trouwfeest dat hij toevallig meemaakt wordt bondig in het boek omschreven. Omdat de huis aan huisverkoop niet goed lukt, probeert hij bij een verzekeringsmakelaar. Wanneer hij toevallig een oud vrouwtje ontmoet, doet hij al het mogelijke om haar polissen en verzekeringen aan te smeren. De vrouw wil alleen instemmen als Tony met haar door Doel rijdt. Uiteindelijk sterft de vrouw nog voor Tony zijn geld krijgt en na nog andere blunders besefte hij dat hij niet voor het verkopen gemaakt was.

Ook het moment waar hij Andreeke, een motorrijder met een strafblad ontmoet, speelt een belangrijke rol. Andreeke vraagt Tony om gestolen spullen in het kanaal te lozen. Zo worden ze zelfs nog vrienden. Bijna op het einde van het verhaal willen ze zelfs een bank gaan overvallen.



III. Thema



De hoofdgedachte van het verhaal is dat je moet blijven geloven in jezelf en in wat je doet. Je moet proberen van alles het beste te maken.



IV. Structuur



Het verhaal begint eigenlijk wanneer Tony besluit een bestelwagen te kopen (blz.12). Dan besluit hij te gaan verkopen van deur tot deur en zo wil hij snel geld zien te verdienen.

Er zijn eigenlijk verschillende climaxen in het verhaal; het trouwfeest (blz.34), de ontmoeting met Andreeke (blz. 124), de ontmoeting met de oude vrouw (blz. 189), de bankoverval (blz. 225), …

Het verhaal eindigt wanneer Tony na de bankoverval naar Nederland vlucht.

V. Personages



Het hoofdpersonage in het verhaal is Tony Hanssen, een tweeëntwintigjarige student in de rechten. Hij vindt zijn studies niet meer interessant en besluit dan maar de wijde wereld in te trekken.

Zijn doel is om zoveel mogelijk geld te verdienen in een zo kort mogelijke tijd. Dat probeert hij eerst door huis aan huisverkoop, en later met verzekeringen. Hij slaagt niet in zijn doel doordat hij de verkeerde methode heeft gekozen om geld te verdienen; overal waar hij komt wordt hij gewoon belachelijk gemaakt (bijvoorbeeld bij boeren waar hij twee ton kalk aan probeerde te verkopen, maar die later geen echte boeren bleken te zijn).

Tony is een impulsief, optimistisch en dromerig personage. Hij heeft heel veel vertrouwen in zichzelf en wil soms onmogelijke dingen waarmaken.



Verder is er ook nog Soo, de beste vriend van Tony. Hij is ook tweeëntwintig en studeert ook rechten. Een echt belangrijke figuur is hij niet, maar hij ontvangt brieven van Tony en die zijn wel belangrijk. Soo maakt zich vaak zorgen over Tony en daardoor raakt hij veel achter op studieschema. Uiteindelijk slaagt hij toch voor zijn examens.



Er zijn ook nog Andreeke, een motorrijder van ongeveer dertig jaar die een goede vriend wordt; Raoul, een man die hij in een café leert kennen en waarmee hij in bed belandt; een oude vrouw die hij eerst wilde oplichten, maar door wie hij later zelf bedrogen werd en dan zijn er ook nog enkele onbelangrijke personages.



VI. Vertelstandpunt



Het verhaal wordt afwisselend in de ik-verteller en de personele hij-verteller geschreven. Voorbeeld:

Ik-verteller: ‘Ik ben ook niet van plan geld uit te geven aan hotels, of erger, aan jeugdherbergen.’ (blz. 10)

Hij-verteller: ‘Tony woog het mes in zijn hand, beproefde met zijn duim de scherpte van het lemmet, liet het topje van zijn pink over de bloedgeul glijden en schoof het wapen met een goedkeurende knik terug in het foedraal, waarvan de sluiting stuk was.’ (blz. 12)



VII. Taal en stijl



*Kaarsrechte sloten (blz. 31)

*Bloedhete dag (blz. 37)

*Konijnentanden (blz. 97)

*De gong van de maan (blz. 79)

*Boordevol (blz. 14)



VIII. Woordenschat



*Ampel (blz. 22): ruimschoots

*Pompeuze (blz. 31): dikdoenerig

*Proletarisch (blz. 18): onbeschaafd, arm, bezitloos

*Corpulente (blz. 37): zwaarlijvig

*Lambrisering (blz. 42): panelen



IX. Persoonlijke mening



Ik vond het wel een goed boek, omdat er vrij veel afwisseling inzit. Ook de verschillende vertelstandpunten maken het boek spannender. Het taalgebruik is ook heel anders dan in een ‘gewoon’ boek; hier wordt soms ook omgangstaal gebruikt.

Ook dat het boek in allemaal verschillende verhalen kan opgedeeld worden maakt alles nog interessanter. Zo blijf je niet al te lang bij hetzelfde onderwerp hangen.

Er zitten ook wel soms saaie stukken in het boek (waar geen actie is) maar die worden gelukkig snel opgevolgd door leukere stukken.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen