Boekverslag : Gudrun Pausewang - Pepe Amado
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 547 woorden.

Titel

Pepe Amado



Uitgever

Arche



Jaar 1e druk

1986



Aantal bladz.

209



Uitgebreide samenvatting

Pepe Amado, ook wel Coco genoemd, woont in een van de armste wijken van de havenstad Leticia. Hij is een knecht bij een Griekse groenteboer. Hij wordt uitgebuit en onderdrukt.

Achter het winkeltje staat een schuur waar hij in woont. Op een avond verbrandeen gebouw in de buurt van zijn schuur. s'Morgens merkt hij dat er een muur van zijn schuur is afgebrand. Als hij naar buiten kijkt, ziet hij voor het eerst van zijn leven de stad Leticia, wat hij ook ziet is een fel licht in de verte. Als hij rondvraagt wat dat licht is, willen of kunnen mensen hem dat niet vertellen. Dan gaat hij naar zijn baas en na een lange tijd aandringen zegt de baas het. Het is het licht van een engel boven de stad. Als hij s'avonds in het cafe zit vertelt hij het aan een vrouw, Edulia. Maar deze gelooft hem niet. De barman zegt hem wel te geloven en neemt hem, samen met een paar vrienden, naar het dak van het cafe om Pepe te laten zien dat het onzin is. Het blijkt het licht van een vulkaan te zijn. Als ze weer beneden zijn, maakt de barman nog een grapje. Hij zet Pepe op een stoel en zegt: "Als je naar de rand van de vulkaan gaat en daar in de krater spuugt wordt jij de heer van de vulkaan." Pepe heeft niet door dat ze een geintje maken en neemt het serieus.

Op weg naar de vulkaan gaat alles fout, zijn kaartje wordt gejat, hij wordt beroofd en al bij het eerste kruispunt gaat hij de verkeerde kant op. Uiteindelijk komt hij weer in de stad. Daar ontmoet hij de 10-jarige Pio. Pio is onder de indruk van Pepe zijn verhaal en wil hem wel vergezellen met de tocht naar de vulkaan. Halverwege de tocht keert Pio terug als hij zich realiseert dat er daar niks te verdienen valt. Teleurgesteld gaat Pepe verder. Als Pepe dan eindelijk aan de rand van de krater staat roept hij heel hard dat hij de heer van de vulkaan is en spuugt dan in de vulkaan. Vanaf dat moment verschijnen er allerlei berichten in de krant zoals, inbraak door een zwarte man in een winkeltje, geograaf in de buurt van de vulkaan overvallen. Na een aantal van dat soort berichten wordt er een politieagent op afgestuurd. Deze sterft na een gevecht met Pepe. Na een tijdje wordt er een hele patrouille opafgestuurd. Als ze Pepe ontdekken, barst net de vulkaan uit. Alle politieagenten sterven en Pepe overleeft het. De hele stad ligt onder een laag van as.

Pepe komt in een noodhospitaal terecht, waar hij, nadat zijn wonden zijn gedicht, mag vertrekken. Er wordt gedacht dat hij gek is. Pepe is boos en gaat naar het cafe om de mannen terug te pakken. In het cafe zegt hij dat hij er goud heeft gevonden. Vervolgens wijst hij ze de weg. Aan Edulia vertelt hij dat het niet zo is. Ze is onder de indruk van hem en wil de rest van zijn leven met hem door. Ze openen samen een restaurant, van het geld van de verkochte voorraden die in het cafe lagen, en leefden nog lang en gelukkig.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen