Boekverslag : Willem Elsschot - Kaas
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1668 woorden.


Gegevens:

Het eerste boek dat ik heb gelezen dit jaar heet Kaas. Het boek is geschreven
door Willem Elsschot. Ik heb de druk van de Grote Lijsters van 1995 gelezen.
Deze reeks is in 1995 door Wolters Noordhoff uitgegeven in Groningen.
Het boek is het eerst uitgegeven in 1933, en heeft 85 pagina’s. Het
verhaal is ingedeeld in 24 korte hoofdstukken. Het boek heeft geen motto.



Samenvatting:

Frans, een eenvoudige klerk bij het bedrijf ’General Marine and Shipbuilding
Company’ heeft een vrouw en twee kinderen. Zijn moeder gaat dood
en op de begrafenis ontmoet hij Van Schoonbeke, een vriend van zijn broer
Karel. Van Schoonbeke vraagt aan Frans of hij eens wil langskomen bij
hem. Van Schoonbeke heeft namelijk elke week een bijeenkomst van (rijke)
vrienden.

Frans voelt zich bij de bijeenkomst niet lekker thuis omdat hij niet kan
meepraten over dure restaurants etc. Hij is slechts een gewone werknemer
en geen rijke handelaar. Van Schoonbeke biedt hem dan een baan aan als
vertegenwoordiger in België voor een Hollandse Kaasfirma. Frans neemt
de baan aan zonder kennis van zaken. Bij zijn oude bedrijf meldt hij zich
ziek zodat hij zijn oude baan niet hoeft te verliezen als het niet lekker
loopt bij zijn nieuwe werkgever.

Om de kaas te verhandelen richt Frans zijn eigen huis in als kantoor.
Hij krijgt 10.000 kilo volvette Edammer kaas die hij moet verkopen. Omdat
Frans druk bezig is met het kopen van spullen voor zijn nieuwe kantoor
en het bedenken van een naam voor zijn kantoor, vergeet hij dat hij de
kazen moet verkopen. Om de kazen toch aan de man te brengen neemt hij
30 agenten aan, verspreid over heel België. Hier hoort hij helemaal
niks meer van terug. Ook krijgt Frans een brief van zijn baas waarin staat
dat zijn baas zal langskomen om de opbrengsten van de kaas op te halen.
Frans raakt hierdoor een beetje in paniek en doet de deur op slot als
zijn baas langskomt. Hij geeft daarna zijn baan als kaashandelaar ook
op en keert terug bij zijn oude bedrijf ’General Marine and Shipbuilding
Company’ Hier merkt hij dat het hem daar niet eens zo slecht beviel.
De enige verandering is dat thuis het woord kaas niet meer in de mond
mag worden genomen.



Thema:

Ik denk dat het thema is dat het moeilijk is om in de zakenwereld te overleven.
Frans krijgt plots een prachtbaan aangeboden maar weet niet hoe hij er
mee om moet gaan en daarom gaat het mis. Ook zag Frans alles veel te rooskleurig.
De schrijver wil hiermee dus ook zeggen dat de realiteit vaak anders is
dan wat mensen in gedachten hebben. Ik vind ook dat de schrijver met dit
boek zijn afkeur tegen het zakenleven laat zien.



Titelverklaring:

Kaas heeft betrekking op het hoofdonderwerp van het boek, namelijk kaas.
Daar gaat heel het boek over. Ik denk niet dat ik hier dieper op in hoef
te gaan.



Analyse:

Personages:

Frans Laarmans is de hoofdpersoon uit het boek. Hij werkt in het
begin bij het bedrijf ’General Marine and Shipbuilding Company’.
Daarna krijgt hij van Van Schoonbeke een baan aangeboden als vertegenwoordiger
voor België voor een Nederlandse Kaasfirma. Helaas gaat het niet
goed en al gauw ziet hij dat het helemaal niks wordt in de kaas. Daarom
gaat hij terug naar zijn oude bedrijf, waar hij merkt dat hij het daar
eigenlijk best naar zijn zin heeft.

Frans zit liever bij zijn vrouw en kinderen dan in zaken of bij de bijeenkomst
van Van Schoonbeke. Doordat hij van baan verandert veranderd ook zijn
gedrag. Thuis en ook elders vindt hij zichzelf belangrijker dan eerst.
Bij de vriendenclub accepteren ze hem nu als een man in de voedingsindustrie
met heel lekkere kaas. Hierdoor krijgt hij een beetje hoge dunk van zichzelf
en mislukt zijn kaas-baan. Dit komt ook omdat hij in het begin al niets
zag in kaas.

Verder is Frans een bescheiden, nederig mens. Hij is soms ietwat verlegen.
Hij is absoluut niet geschikt als leidinggevend persoon. Dat zag je meteen
toen hij agenten bij zich thuis op bezoek kreeg die hadden gereageerd
op zijn advertentie. Sommigen kwamen alleen voor wat voedsel, anderen
wilden dat hij de reiskosten zou vergoeden. Frans deed wat hem gevraagd
werd.

Jan en Ida, Frans zijn kinderen, spelen een kleine bijrol in het
verhaal. De kinderen leven erg mee met Frans en zijn nieuwe baan. Op school
probeerden ze zelfs kaas te verkopen aan ouders van kinderen. Daarom werden
ze al gauw uitgemaakt voor kaasboer(inn)en.

Mevrouw Laarmans, de vrouw van Frans is een nuchtere moeder. Ze
is al gelijk voorzichtig als Frans haar verteld over zijn mogelijke nieuwe
baan in de kaas. Later blijkt dat haar voorzichtigheid niet overbodig
was.

Karel Laarmans is de broer van Frans. Karel is dokter en door hem
is Frans Van Schoonbeke leren kennen. Karel ziet het wel zitten met Frans
in de kaasindustrie en komt af en toe informeren hoe de zaken ervoor staan.

Van Schoonbeke is de vriend van de broer van Frans. Hij is een
vermogend man met goede bedoelingen voor Frans. Helaas pakt dat verkeerd
uit.

Perspectief:

Het verhaal is geschreven in het ik-perspectief. Soms richt de hoofdpersoon
zich tot de lezer. Het hele verhaal is in de tegenwoordige tijd geschreven.

Tijd:

Het boek speelt zich af in 1933. Dat staat letterlijk achterin het boek.
Het verhaal is chronologisch geschreven met af en toe een flashback. De
gebeurtenissen bestrijken zo’n drie maanden.

Ruimte:

Het merendeel van het verhaal speelt zich af in België en dan voornamelijk
in Antwerpen. Frans gaat één keer naar Amsterdam voor een
sollicitatiegesprek met de baas van de Kaasfirma.

De huishoudelijke sfeer vind ik heel anders dan tegenwoordig is. De vader
heeft meer macht in huis en de kinderen zijn onderdaniger. Ook zie je
beter hoe de armen tegen de rijken op kijken. Dat was vroeger veel sterker
dan tegenwoordig.



Beoordeling:

Het boek sprak mij best wel aan. Het was niet dik en ik ging er ook vlot
doorheen. Het verhaal is niet moeilijk geschreven en was dan ook makkelijk
te begrijpen. Echt geboeid werd ik niet door het boek; er zat weinig spanning
in en er gebeurde te weinig opvallende dingen. Wel vind ik het onderwerp
heel origineel. Een boek over kaas schrijven zou ik niet kunnen en daarmee
ook nog op de 7e plaats in de beste honderd boeken van Pam
(HP/De Tijd) komen is helemaal een knappe prestatie. Hiermee laat Elsschot
ook zien dat hij goed kan schrijven.

Het boek kwam zeer realistisch op mij over. Het boek deed mij denken aan
‘Kees de jongen’ van Theo Thijssen dat ook in die tijd speelde
en waar er ook sprake was van een gezinssituatie. ‘Kees de jongen’
sprak mij echter meer aan dan dit boek.

Jammer van het boek vond ik dat het einde nogal voorspelbaar was. Je ziet
gelijk al dat het mis gaat met Frans in de zakenwereld.

Toen ik aan het boek begon had ik geen idee waar het over zou gaan. Kaas
is nou niet een onderwerp dat mij enorm aanspreekt. Later begreep ik dat
kaas eigenlijk net zo goed worst had kunnen zijn. Hiermee wil ik zeggen
dat kaas in het boek meer als handelsobject wordt gebruikt en niet omdat
de hoofdpersoon er iets heel speciaals mee heeft of er helemaal gek op
is. Om dit boek te schrijven hoef je in feite ook niks te weten over kaas,
en dat zal Elsschot ook niet hebben gedaan.

Kaas is mijn eerste boek van Elsschot en ik denk dat ik nog wel een paar
boeken van hem ga lezen. Ik hoop echter wel dat die iets meer diepgang
en spanning hebben.



Informatie over de schrijver:

Kaas is geschreven door Willem Elsschot. Willem Elsschot is de schrijversnaam
van Alfons de Ridder. Hij werd geboren in Antwerpen in 1882 en hij stierf
in 1960. Elsschot studeerde aan het Atheneum in zijn geboortestad, maar
voltooide zijn middelbare studies niet. Nadat hij de school verlaten had,
oefende hij een paar jaar verschillende beroepen uit.

In 1900 maakte Elsschot deel uit van het tijdschrift 'Alvoorder'. Hij
debuteerde daar met gedichten, die nooit gebundeld werden. Willem Elsschot
werkte daarna in Parijs bij een Zuidamerikaans zakenman en nadien te Schiedam
en Deldshaven. In 1911 werd hij boekhouder in Brussel en daarna mede-exploitant
van het tijdschrift 'Revue Continentale Illustrée'

Bij het uitbreken van de oorlog keerde hij naar Antwerpen terug en werkte
er als secretaris bij het Provinciaal Oogstbureau van het Nationaal Comité
voor Hulp en voeding.

Het pseudoniem Elsschot koos hij naar de plaats het Elsschot, gelegen
tussen Herselt en Veerle.

Willem Elsschot debuteerde in 1913 met de roman 'Villa des Roses'. In
1932 kwam Lijmen uit.

Volgens sommige critici schreef Elsschot met dit boek zijn meesterwerk.
In Lijmen traden voor het eerst twee personages op die in het vervolg
steeds op de voorgrond zouden blijven: Boorman en Frans Laarmans.



Geraadpleegde Literatuur:

Recensies

M. Revis schreef in De Stem:

“Er is meermalen gezegd, dat onze Nederlandse literatuur dringend
behoefte heeft aan verruiming van de horizon: zwerflust, avontuur, en
andere lucht om onder te leven dan onze Hollandse grijze en natte hemeldom,
die slechts zelden vol is met zijn beroemde, blinkende wolkentoppen, een
andere aarde om op te werken en te genieten dan ons platte, vaderlandse,
met vele poldersloten en geestelijke doorsneden vlak. De Vlaming Elsschot
bewijst met zijn verhaal, dat zulk een verruiming echter niet een noodzakelijke
voorwaarde is voor verdieping. Hij bewijst, hoe boeiend het alledaagse
kan zijn... Hij is de geschiedenis zo begonnen, dat de lezer zich gaat
afvragen: 'Hoe moet het aflopen?”




Ik vind dit stukje wel heel erg positief over het boekje Kaas. Het boekje
was niet echt boeiend en ook is het einde behoorlijk voorspelbaar.



G.v.E. schreef in De Gulden Winkel:

“Elsschots kijk op het menselijk bestaan is, sinds hij 'Lijmen'
schreef, milder geworden en het is of hij in 'Kaas' overal zeggen wil:
laten wij, beste vrienden, niets al te zwaar meer opvatten, (het leven
is groot en machtig, wij zijn klein en hulpeloos) dat is de wijsbegeerte
die ons past. Maar in deze stemming heeft hij het gevaar niet kunnen vermijden
ons zijn hoofdpersoon, wiens linksheid in het leven hij ons als tragisch
wil doen aanvaarden, wat al te véél als een stumper te doen
zien; hij heeft de figuur wat 'oversukkeld', en daardoor kreeg ik voor
mij onder 't lezen steeds meer het penibel gevoel dat de schrijver een
loopje neemt met zijn 'held', ja licht raillerend tegenover hem staat.”




Ik vind dat hier wel een deel van waarheid inzit. Elsschot neemt als hoofdpersoon
geen held maar een stumper en laat hierdoor zijn ietwat pessimistische
blik op het leven zien. Ik heb Lijmen niet gelezen dus daar kan ik niet
over meepraten, maar ik weet niet of Elsschot ons wil laten zien dat wij
in het leven hulpeloos en machteloos zijn. Ik denk dat hij duidelijk probeert
te laten zien dat je niet zomaar even koopman kunt worden en dat dat niet
voor iedereen is weggelegd. Echter, niet iedereen is zoals Frans en zo
hulpeloos zijn wij dus niet.




Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen