Boekverslag : J. Bernlef - Boy
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1982 woorden.

Bibliografie
J.Bernlef, “Boy”,
Em. Querido’s uitgeverij bv, Amsterdam, 2000-1
317 blz.
roman


Samenvatting
2. Eerste reactie.

Keuze.
Ik heb gekozen voor dit boek, omdat ik het ongeveer een jaar geleden heb gekocht, omdat ik al zoveel gehoord had over Bernlef, maar er nooit iets van had gelezen. Ik ben meteen begonnen met lezen, maar ben toen blijven steken op pagina 91. Later heb ik de draad weer opgepakt, omdat ik het nog steeds wel een leuk verhaal vond en nog wel een boek kon gebruiken voor mijn lijst.

Inhoud.
Mijn eerste indruk was: “Is dit het nou?” Het hele boek gaat over de zoektocht naar de oplossing van de moord op Polly Todd. Uiteindelijk wordt die oplossing gevonden, maar die is te vreemd voor woorden. Toch blijkt dit de waarheid te zijn. Ik vond de oplossing een beetje een domper, omdat ik iets veel spectaculairders had verwacht.
Ook gebeurt er in het hele boek bijzonder weinig. Het verhaal wordt spannend gehouden door het uitstellen van de oplossing van de moord. Ik wilde dus wel persé verder lezen. Op de een of andere manier was het een saaiig boek, maar ik vond het wel spannend en het had me dus zo in zijn greep dat ik wel verder moest lezen.
Desalniettemin heb ik erg genoten van het boek.
























3. Verdieping.

Samenvatting.
“Boy” gaat over een journalist van een lokaal krantje die idolaat is van actrice
Norma “Polly” Todd. Op een dag wordt zij dood en naakt op haar bed aangetroffen en meteen wordt een doofstomme jongen die in een kast in dezelfde kamer verstopt zat, voor de dader gehouden.
William Stevens, de journalist, neemt hier geen genoegen mee en is vastbesloten te achterhalen wat er op de avond van Polly’s dood is voorgevallen.

Hij zoekt de doofstomme jongen op in zijn inrichting, maar Stevens kan eigenlijk niet geloven dat hij de dader is. Hij gaat verhaal halen bij verschillende mensen uit zijn dorpje. Zo ook bij Amy Faye, die hem eerst weigert informatie te verschaffen, maar later toch haar verhaal wil doen. Ze blijkt de jongen een tijdje in huis te hebben gehad en ze heeft hem zelfs de naam “Boy” gegeven. Toen actrice Polly, een vroegere schoolvriendin van Amy eens op bezoek ging kwam, bleek Boy zo gefascineerd door haar dat hij bij haar wilde blijven. Hij ging een poosje bij Polly wonen.

Stevens gaat op bezoek bij de voormalige huishoudster van Polly en komt erachter dat Amy een sleutel heeft van Polly’s huis. Amy geeft hem de sleutel en hij gaat Polly’s huis doorzoeken op aanwijzingen. Hij vindt een foto met een man erop. De huishoudster vertelt hem dat dit Bruce Wilder was. Een man waarmee Polly geregeld uitstapjes maakte.
Stevens gaat op zoek naar deze meneer Wilder en komt terecht in Montauk, een plaatsje aan zee. Wilder vertelt hem zijn verhaal. Hij en Polly hadden min of meer een soort relatie. Op een dag gingen ze samen een stukje rijden met de auto. Polly’s sjaal kwam tussen de spaken van de auto en zo is ze gewurgd. Wilder heeft haar thuisgebracht en het dode lichaam naakt op bed gelegd.

Stevens is opgelucht en wil zijn verhaal meteen publiceren. Bij zijn thuiskomst hoort hij echter van Amy (waarmee hij nu een relatie heeft) dat Boy zelfmoord heeft gepleegd. Stevens verhaal wordt dan in de krant gezet, maar niemand gelooft het.
Amy en William willen graag afscheid nemen van Boy, maar aangekomen bij de inrichting blijkt hij al begraven te zijn.

Terug in hun dorpje krijgt Amy te horen dat ze is ontslagen, omdat ze zonder het te zeggen een dag is weggebleven om naar de inrichting te gaan. Ook William kan niet meer op kantoor verschijnen, omdat hij een enorme flater heeft geslagen, omdat niemand zijn verhaal geloofde. Samen besluiten ze naar Montauk te verhuizen. Ze trekken in in het hotel waar William de vorige keer heeft gelogeerd. Amy (inmiddels zwanger van William) gaat er werken als pianolerares.
Ze ontvangen nog een brief van de baas van William dat het verhaal toch waar blijkt te zijn. Voor hem, zowel als voor Boy kwam de waarheid te laat.






Onderzoek van de verhaaltechniek.
1. Bernlef gebruikt een neutrale schrijftaal, die de aandacht niet van het verhaal afhaalt. Hij gebruikt vaak mooie zinnen met een boodschap. Het is een echte schrijver, die met een paar woorden hele gebeurtenissen uit kan leggen.
Bijvoorbeeld als hij zegt dat “De waarheid hem heeft ingehaald”, als blijkt dat Stevens toch gelijk had, en als alle twijfels en onduidelijkheden zijn opgehelderd, zonder dat Stevens daar nog iets mee te maken heeft gehad.
2. Het verhaal speelt zich af aan het begin van de 20e eeuw in Amerika, vooral in Flatbush, het dorpje waar Steven en Amy wonen en in Montauk, het plaatsje aan zee waar Wilder woont er waar Steven en Amy besluiten te gaan wonen.
3. William Stevens: De journalist die vastberaden is om de dood van Polly Todd te achterhalen.
Boy: De doofstomme jongen die in de kast naast het dode lichaam wordt aangetroffen. Om deze jongen draait het allemaal, men probeert erachter te komen hoe hij denkt en of hij de moord wel had kunnen plegen. Zijn handicap is de handicap van het verhaal, als Boy had kunnen communiceren met andere mensen had hij kunnen uitleggen wat er was gebeurd en had hij geen zelfmoord hoeven plegen.
Amy Faye: Bij haar heeft Boy een poosje gewoond en ze is erg op hem gesteld. Vanwege Boy verlaat haar toenmalige partner haar en als Stevens haar vragen komt stellen over Boy, worden ze verliefd op elkaar.
4. De situaties vloeien allemaal voort uit de zoektocht naar de oplossing van de moord op Polly. Hierdoor raakt Stevens zijn baan kwijt, ontmoet hij zijn nieuwe vriendin, krijgt hij een nieuwe woonplaats, kortom: De zoektocht vormt de ommekeer in zijn leven.
5. Bernlef vertelt dit verhaal personaal. Elk personage wordt met hij/zij aangesproken en er wordt niet van iedereen verteld wat men denkt.
Ik denk dat Bernlef een goede reden had om dit verhaal niet bijvoorbeeld auctoriaal te vertellen, omdat dan waarschijnlijk ook duidelijk werd wat Boy dacht. Het is echter juist de grap van dit verhaal dat de hoofdpersoon ook de grote onbekende is en eigenlijk maar een klein rolletje speelt in het boek, terwijl er het in hele boek over hem wordt gepraat en gedacht. Het boek zou niet zo leuk zijn als de lezer had geweten wat Boy dacht, want het verhaal blijft juist spannend door deze ontbrekende informatie.













Op zoek naar de thematiek.
1. Het boek heeft naar mijn idee twee thema’s. Het eerste is de zoektocht naar de oplossing van de moord op Polly Todd. Het tweede is om erachter te komen hoe Boy de wereld ziet. Het tweede thema wordt echter niet afgerond, we zullen nooit weten hoe Boy heeft gedacht.
2. Het meest typerend voor het eerste thema is, denk ik, wanneer Stevens helemaal naar Montauk afreist om daar antwoorden te vinden van Wilder. Later is Stevens alleen nog maar gefixeerd op het vinden van de oplossing, want zelfs zijn baan kan hem weinig meer schelen.
Het meest typerend voor het tweede thema is, volgens mij, wanneer de ex van Amy probeert erachter te komen hoe Boy denkt. Hij laat Boy aanwijzingen geven en dat filmt hij dan. Dat is het meest concrete voorbeeld van hoe men erachter probeert te komen hoe Boy denkt.
3. Het verband tussen de titel en het thema is gemakkelijk aan te wijzen. Het verhaal draait om de doofstomme jongen die Boy wordt genoemd. “Boy” is ook de titel van het boek.

Plaats in de literatuurgeschiedenis.
1. Het werk is voor het eerst gepubliceerd in het jaar 2000.
2. De Nederlandse schrijver J. Bernlef werd geboren op 14 januari in 1937 te Sint Pancras bij Alkmaar als Hendrik Jan Marsman. Het gezin woonde in Amsterdam en Haarlem. Bernlef studeerde na de hbs een half jaar aan de universiteit.
J. Bernlef richtte in 1958 met G. Brands en K. Schippers het literaire tijdschrift Barbarber op. Aan het begin van de jaren zestig was hij werkzaam bij een boekenimporteur in Amsterdam.
Bernlef debuteerde in 1960 als dichter met de bundel "Kokkels". Hij heeft een omvangrijk oeuvre geschreven, dat naast gedichten bestaat uit romans, verhalen, essays en toneelwerken.
"Hersenschimmen" (1984) was een succesvolle roman. Het verhaal werd bewerkt voor toneel en in 1988 verfilmd.
Van 1977 tot 1987 was Bernlef redacteur van Raster. Bernlef was ook als criticus van poëzie actief voor de Haagse Post. Hij bekleedde verschillende bestuursfuncties in de culturele wereld. Hij zette zich bijvoorbeeld in voor het PEN Emergency Fund. Dit fonds helpt onderdrukte schrijvers.
De Constantijn Huygensprijs werd in 1984 aan hem toegekend. Ook werd zijn werk bekroond met de AKO Literatuurprijs en de P.C. Hooftprijs. Bernlef heeft (behalve Bernlef) nog veel meer pseudoniemen gebruikt, zoals Ronnie Appelman, J. Grauw, Cas den Haan, S. den Haan en Cas de Vries. Hij koos een pseudoniem omdat zijn naam 'nauwkeurig gelijkluidend is aan de naam van een zeer bekend Nederlands dichter'.
Het pseudoniem 'Bernlef' is ontleend aan de blinde Friese dichter 'Bernlef' uit de achtste eeuw. Van deze 'Bernlef' is verder weinig bekend. Bij de westelijke doorgang van de Martinitoren in Groningen staat een beeld van deze 'Bernlef'.






3. Het is heel moeilijk om iets te vertellen over de tijd waarin het geschreven is, in 2000, dus min of meer in het heden, omdat we zelf in deze tijd leven. Het is gemakkelijker iets over een tijd te vertellen die al voorbij is, omdat het dan een plaatsje krijgt in het grote geheel. De tijd waarin men leeft kan men nog niet in een groter geheel plaatsen.
4. Ik heb nog nooit iets gelezen van Bernlef, dus ik kan niet zo goed zeggen of het werk typerend voor Bernlef is. Ik weet alleen dat “Hersenschimmen” van Bernlef over een dementerende man gaat, die steeds verder van de wereld vervreemt. In “Boy” speelt vervreemding ook een grote rol. Boy is namelijk ook helemaal van de wereld vervreemd, omdat hij niet met mensen kan communiceren.
5. Net zoals bij 3 kan ik ook niet veel zeggen over of dit werk wel of niet typerend is voor de tijd. Ik kan alleen wel zeggen dat de meeste boeken van deze tijd erg snel gaan, jachtig en flitsend, met veel gebeurtenissen. Dit boek gaat vrij langzaam en er gebeurt geen sikkepit in. In zo verre is het werk dus niet typerend voor deze tijd.

4. Beoordeling.
1. Verhaalelementen die voor mij een positieve werking hebben zijn vooral spanning en emotie, ik vind het ook belangrijk dat een boek mij mee kan slepen in zijn verhaal.
2. De passage die het eerste bij mij naar binnen schoot toen mij werd gevraagd welke passage mij het meest aansprak was toch wel de scène waarin William vrolijk thuiskomt, omdat hij het verhaal over de oplossing van de moord eindelijk heeft, waaruit dus blijkt dat Boy onschuldig is. Hij treft een droevige Amy aan, die zojuist heeft vernomen dat Boy zichzelf heeft opgehangen. Voor hem kwam de waarheid neet te laat.
3. Verhaalelementen die een negatieve werking op mij hebben zijn saaiheid en verschrikkelijke toevalligheid. Hoewel saaiheid toch wel in dit boek voorkomt, blijft de spanning er toch in. Ook is hier soms wel sprake van toevalligheid, maar niet op een manier die storend is in het verhaal.
4. Ik kan dit boek vergelijken met “Hersenschimmen” van Bernlef, omdat het beide over vervreemding gaat. Nogmaals, ik heb “Hersenschimmen” nooit zelf gelezen.
5. Het thema is zowel spannend als interessant, ik vraag me af of in het huidige rechtssysteem Boy ook zomaar als dader aangewezen zou worden. Ik hoop van niet, maar ik betwijfel het wel.
6. Het taalgebruik was helder en duidelijk. Bernlef maakt mooie zinnen, die je af en toe ook aan het denken zetten.
7. Als ik dit werk een cijfer zou moeten geven, zou ik het een 9 geven. Ik vind het erg knap dat ondanks dat er weinig gebeurt, het boek toch spannend blijft.
8. Ja, ik zou het boek aanraden om te lezen, al was het alleen maar om een ander te laten ervaren hoe het is om een boek te lezen waarin geen bal gebeurd, wat je toch verder wilt lezen, omdat je persé de ontknoping wilt weten. Toch een vreemde ervaring, hoor!


Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen