Marja Brouwers, Havinck
Onderdeel 1:
Het onderwerp.
Het is duidelijk waar het boek over gaat.
Ik vind het onderwerp interessant, omdat je ziet hoe een vader met zijn kind omgaat na de
dood van zijn vrouw.
Ik heb nooit over dit onderwerp nagedacht.
Het verhaal heeft veel diepgang.
De gebeurtenissen.
De nadruk ligt meer op de gedachten en gevoelens van de persoon.
Het verhaal bevat niet veel gebeurtenissen.
De gebeurtenissen worden verteld op een voorleestoon.
Er komen niet veel dramatische gebeurtenissen in voor.
De gebeurtenissen zijn geloofwaardig, het kan zo bij je eigen familie voorkomen.
Ze maken wel indruk op me.
De afloop is niet naar mijn zin, een raar einde.
De bouw.
Het verhaal is simpel opgebouwd.
Ik vind de opbouw begrijpelijk.
De tijd verloopt normaal.
Je ziet hoe het leven van robert en lydia was.
De personages.
Ik krijg een goed beeld van de personages.
Ze staan redelijk dicht bij mijn belevingswereld.
De gedachten en gevoelens van de personen hebben mij niet beïnvloed.
Ik kan me makkelijk verplaatsen in de problemen van de personen.
Het taalgebruik.
Ik vind het taalgebruik erg makkelijk.
Ik had geen moeite de taal te begrijpen.
Het verhaal bevat beschrijvingen.
Het verhaal bevat erg weinig dialoog.
Onderdeel 2: leesverslag, analyse en interpretatie.
Het voorwerk.
Complete titelbeschrijving.
Marja brouwers, Havinck
Een episode, De bezige bij, Amsterdam 1987, 7e druk
Uiterlijk beschrijving.
Havinck heeft 180 pagina’s.
Het boek heeft 13 lange hoofdstukken. Ze zijn genummerd en zijn niet getiteld.
Er is een motto aanwezig.
Op de voorkant van het boek is een plaatje te zien van een deur, je ziet niet zomaar hé
dat is
Havinck.
Op de achterkant van het boek staat een foto van Marja Brouwers.
De samenvatting.
Na de crematie van zijn vrouw Lydia Keert Robert H. terug naar huis.
Ze was dodelijk verongelukt op de snelweg tussen Leiden en Wassenaar.
Ze was met opzet de verkeerde baan op gereden, zodat ze frontaal op een andere auto
klapte. De bestuurder van de andere auto was net als haar opslag dood.
Robert had Lydia leren kennen opeen feest. Na 7 maanden trouwden ze.
Robert werd stagiaire bij een advocatenbureau. Na 2 miskramen werd hun dochtertje Eva
geboren. Lydia kreeg een soort depressie, zodat Robert voor Eva moest gaan zorgen.
Geleidelijk aan ging het beter met Lydia. Na 8 jaar huwelijk wilde Lydia meer vrij gaan
leven. Beiden hadden een minnaar en ze kregen steeds meer ruzies. Lydia begon te drinken.
Een paar dagen voor het ongeluk had Lydia het servies kapot gegooid.
Later hoorde Robert dat Greve een verhouding had met Lydia.
Greve en Lydia hadden het net uitgemaakt.
Robert wou een einde maken aan de ruzies, maar toen ontstond er een nieuwe ruzie tussen
Eva en Lydia. Eva was toen 14.
Eva wou een nieuwe jas hebben.
Toen Robert zei dat ze die jas best wel mocht hebben werd Lydia woedend. Ze zei dat Robert
niet de gulle gever moest uithangen.
Verscheidene mensen hadden een andere opvatting van de zelfmoord van Lydia.
Robert kon daar niets van begrijpen.
Eva denkt dat ze het gedaan had, omdat ze niet oud wilde worden.
Ze had Lydia's afscheidsbrief aan Robert gevonden.
Het kon haar niets schelen dat ze dood was, maar ze kon het niet hebben, dat ze niets over
haar schreef.
Havinck vindt het vervelend, dat hij nu het huishouden moet doen.
Dan bedenkt hij dat Mara (zijn vriendin) hem wel zou kunnen helpen.
Op een middag vroeg hij of ze bij hem wil komen wonen.
Ze weigert.
Kwaad loopt Havinck, maar beseft later dat hij haar niet kwijt wilt.
Na een feest gaat Robert alleen naar huis en in de gracht ziet hij zijn hoofd weerspiegeld
en hij denkt: Het is niet wat het lijkt.
Onbewogen ben ik. Onaangetast.
Analyse en interpretatie.
Titel en ondertitelverklaring.
De titel slaat op de achternaam van de mannelijke hoofdpersoon.
Motto.
The hollow men, T.S. Eliot.
Genre.
Roman à psychologische roman.
Thema, idee en motieven.
Hoe een man verder moet na de dood van zijn vrouw
Motieven:
-het chaotische leven van zijn dochter Eva.
-het hoge levenstempo in Amsterdam.
Opbouw, structuur en spanning.
Het verhaal is niet-chronologisch verteld.
Personages.
Hoofdpersoon:
Robert Havinck, 42 jaar, zoon van een garagehouder uit Breda.
Bijfiguren:
Mr. D.S.M. Noordwal, 74 jaar, oprichter van het kantoor waar Havinck werkt.
Mr. J. Bork, 50 jaar, een workaholic.
Jhr. Mr. F.P.A. greve, heeft een korte relatie met Lydia gehad.
Maud, vriendin van Robert.
Rafael, kunstenaar uit Argentinië, wil zo goed mogelijk Nederlandse leren.
Tijd.
Het verhaal speelt zich af in Amsterdam, voorjaar 1983.
Het verhaal is niet chronologisch verteld.
Perspectief en vertelsituatie.
Het boek wordt verteld vanuit de ogen van de hoofdpersoon, Havinck.
Ruimte.
Het verhaal speelt zich af in Amsterdam.
Taalgebruik en stijl.
De taal is eenvoudig, gevoelig, weinig dialoog, wijdlopig, precies.
Onderdeel 3:
Achtergronden.
Achtergronden van de schrijfster.
Marja Brouwers, geboren in Bergen op Zoom, komt uit een katholiek gezin en brengt haar
lagere-schooljaren in Breda door Op zestienjarige leeftijd staat zij al op eigen benen en
werk als telefoniste/typiste bij allerlei bedrijven en kantoren, waaronder een
advocatenkantoor in Den Haag Studeert Engels (Mo A en B) en is tien jaar lang lerares in
Leidschendam, Amsterdam en Bussum. Ze is getrouwd met een Amerikaan en heeft twee
kinderen, die tweetalig worden opgevoed. Ze heeft veel verhalen geschreven, die echter
nooit zijn gepubliceerd. Zij heeft veel bewondering voor het werk van Saul Bellow en Henry
James. Havinck is haar succesvol debuut als schrijfster. De critici waren vrijwel unaniem
positief in hun beoordeling van deze roman, hetgeen niet gezegd kan worden van haar tweede
roman De fenix (1985) In 1990 verschijnt haar grote ideeën roman De Dichtjager, over een
in frustraties versnikte intellectueel.
Verband tussen het boek en thema.
Het thema is vrouwelijke schrijfsters, dit boek is geschreven door een vrouw. |