![]() |
Boekverslag : G.a. Bredero - De Klucht Van De Koe
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 894 woorden. |
Plot: Eerst vertelt Gijsje (de dief) dat hij het niet erg vindt wat hij doet, andere mensen houden zich niet aan regels of bedriegen hun bazen en kameraden. Gijsje komt bij het huis van de boer aan en vraagt om onderdak. Hij moet ’s morgens vroeg naar Amsterdam. De boer wil wel met hem mee. In Amsterdam komt Joosje (de optrekker) in de herberg van Giertje aan, op zoek naar mooie vrouwen. Hij blijft overnachten. Gijsje steelt de koe van de boer en bindt hem aan de hooiberg vast. Ze gaan samen op weg, Gijsje zei dat hij nog geld van iemand kreeg. Hij kon niet betalen, en heeft een koe gekregen om af te betalen. Hij vraagt de boer om de koe te verkopen, omdat hij bekend staat als dief. Gijsje gaat naar de herberg en heeft het gezellig met Joosje en Giertje. De boer komt met het geld van de koe in de herberg. Gijsje zegt dat ze een lekkere maaltijd gaan nuttigen, hij zal wel even wat ophalen. Hij neemt de mantel van Joosje, het geld van de koe en twee schotels van Giertje mee. Ze wachten tot hij terug komt, dan komt Keesje de zoon van de boer om te vertellen dat de koe gestolen is. Nu snappen ze dat ze bedrogen zijn. Personages: 1) Dirck Thyssen: Zijn karaktereigenschappen zijn domheid, naïef; flat character. 2) Gijsje: Zijn karaktereigenschappen zijn joviaal, liegen en erg goed kunnen toneelspelen; round character. 3) Joosje: Zijn karaktereigenschappen zijn goedig, zwak; flat character. 4) Giertje: Haar karaktereigenschappen zijn gierig, inhalig; flat character. Tijd: de zeventiende eeuw. Plaats: Ouderkerk en Amsterdam. Thema: Bedrog. Eigen oordeel: Het boek gaat over bedrog. Het is een interessant onderwerp, met veel diepgang beschreven. Het verhaal legt de nadruk meer op gevoelens dan op de gebeurtenissen. De sfeer is somber, er worden onschuldige mensen bedrogen. De gebeurtenissen maken een “echte” indruk op mij. Ik denk dat dit vroeger wel de werkelijkheid zou zijn geweest, het kan nu nog steeds. De gebeurtenissen zijn erg emotioneel. Het verhaal is niet ingewikkeld opgebouwd, ik kon het makkelijk volgen. De opbouw was begrijpelijk. Je krijgt wel een goed beeld van de personages, omdat ze goed worden beschreven. Ik vond eigenlijk alleen Keesje, het zoontje van de boer sympathiek, het is een onschuldig jongetje. De personages gedragen zich niet zoals het hoort. Joosje bedriegt zijn vrouw met andere vrouwen. De boer schept op. Gijsje besteelt onschuldige mensen. Giertje is hebzuchtig. De taal is wel te begrijpen, door de goede vertaling. Verder bevat het boek veel beschrijvingen, waarbij mensen en hun gevoelens goed worden beschreven. BIJZONDERHEDEN Gebruikte druk: Tweede druk, 1990. Aantal pagina’s: 63 Motief/motieven: Het kan verkeren(hoe alles in het leven kan veranderen) Milieu: burgerij. Verklaring titel: De klucht van de koe; het is een verhaal over een dief die een boer bedriegt en zijn koe steelt. Compositie: het verhaal is verteld als een toneelstuk/op rijm. Sfeer: gewone mensen/arbeiders. Vertelsituatie: personaal Opmerking: Ik vond het erg opvallend dat deze tekst zo lang bewaard is gebleven en dat de uitspraak van Bredero: Het kan verkeren, nu gebruikt wordt als spreekwoord. Informatie over de schrijver: Gerbrant Adriaensz Bredero, zoon van een schoenmaker uit de gegoede burgerij werd op 16 maart 1585 in Amsterdam geboren. Amsterdam nam snel in omvang en economische betekenis toe. Toen in 1585 de welvarende havenstad Antwerpen door de Spanjaarden veroverd werd, verplaatste een groot deel van de handels - activiteiten zich naar Amsterdam. Amsterdam werd een actieve, levendige stad, in de eerste helft van de 17e eeuw werd de bevolking verviervoudigd. De stad werd het economische en culturele centrum van Nederland. Bredero voelde zich hier erg thuis, dat blijkt wel uit de rake typeringen die hij in zijn werk van het Amsterdamse straatleven heeft gegeven. Bredero heeft geen ‘geleerde’ opvoeding gehad, in tegenstelling tot zijn vele letterkundige tijdgenoten. Hij was hierdoor niet in staat de klassieke Griekse en Romeinse literatuur, die in de Renaissance zo vaak als voorbeeld diende, in de oorspronkelijke taal te bestuderen. Daardoor is zijn taalgebruik, vormgeving en keuze van het onderwerp eenvoudiger gebleven dan de meeste andere schrijvers uit zijn tijd. Bredero voelde dit als een tekort, dit blijkt ook uit de verontschuldiging voor zijn taalgebruik voor in het boek. Bredero schreef zijn belangrijkste kluchten in de jaren 1612-1613, maar in tegenstelling tot zijn romantische toneelstukken en blijspelen zijn ze tijdens zijn leven nooit in druk verschenen. De Klucht van de Koe werd in 1612 geschreven en zeer waarschijnlijk ook opgevoerd, maar werd pas in 1619 in een verzameluitgave met zijn andere kluchten gepubliceerd. Het zou kunnen dat Bredero niet gewild heeft dat zijn kluchten tijdens zijn leven – en misschien ook wel niet daarna – in boekvorm zouden verschijnen. Misschien vond hij dat de levendigheid bij het lezen te veel verloren zou gaan of beschouwde hij de kluchten als minder serieus werk. Bredero is de eerste schrijver in onze literatuur die er regel van maakt het taalgebruik bij zijn toneelfiguren aan te passen. Zijn werk kon niet uitgroeien tot grote omvang: hij stierf in augustus 1618 op nog jeugdige leeftijd na een slepende ziekte. |
Andere boeken van deze auteur: |
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen |