Boekverslag : Robert Jordan - Het Oog Van De Wereld
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 3560 woorden.









Titel of auteur
















Nog 6 dagen!










Het oog van de Wereld

Jordan, Robert









Ik zoek ...

Zoek jij ook net dat ene verslag?

Er zijn veel mede-scholieren met hetzelfde probleem. Heb je dus zelf nog iets liggen stuur het dan op!


Uitgeverij Luithing BV uit Amsterdam is de uitgever.

Het is een drama-fantasy boek.


Het probleem van het boek is: Vijf kinderen die uit hun oude rustige leventjes worden weggehaald en het lot van de wereld in handen krijgen, zij moeten de wereld redden.


Hoofdpersonen:


-Rhand Altor: Een jongen uit het dorp Emondsveld, waar hij en zijn vrienden wonen, hij is een lange jongen die rossig haar en grijze ogen heeft. Zijn vader, Tham Altor, is een man die in het leger heeft gediend en daar een reigerzwaard heeft gekocht wat hij later aan Rhand geeft. Rhand is een van de belangrijkste personen samen met zijn vrienden Mart Cauton en Perijn Aybara. Hij is verliefd op Egwene Alveren. Hij is de wedergeboren Lews Therin Telamon, de Herrezen Draak.

-Mart Cauton: Ook een jongen uit het dorp Emondsveld, die van gokken houdt. Hij haalt vaak kwajongens streken uit, die hem dan in problemen brengen. Hij heeft een apart soort humor en is altijd behulpzaam. Hij maakt overal grapjes over. Is een versierder.

-Perijn Aybara: Ook een jongen uit Emondsveld. Hij is een jonge smidsleerling en

heeft blauwe ogen en donker krullend haar. Hij is stil en eenzelvig van

aard. Later in het boek krijgt hij gele ogen. Hij is behulpzaam en meelevend.

-Egwene Alveren: De jongste dochter van de herbergier uit Emondsveld. Zij is een

vriendin van Mart en Perijn en is verliefd op Rhand. Ze heeft donker haar en blauwe ogen. Zij wil Aes Sedai (een soort tovenares, hier zal ik later dieper op in gaan) worden samen met Nynaeve Almaeren.

-Nynaeve Almaeren: De Wijsheid van Emondsveld. Een koppige, wilskrachtige vrouw die

moeilijk te overtuigen is. Ze heeft geleerd de Ene Kracht te gebruiken

zonder hulp van Aes Sedai. Zij heeft een hekel aan Aes Sedai, maar wil

toch opgeleid worden. Zij heeft donker haar en blauwe ogen en is een

vriendin van Egwene. Zij wordt verliefd op Lan, de zwaardhand van Moiraine.


Andere personen:


-Moiraine Sedai: Een Aes Sedai die behoort tot de Blauwe Ajah(een orde van Aes Sedai)

Zij heeft bruin haar en lichtblauwe ogen. Haar zwaardhand is Lan.

-Thom Merrilin: Een speelman, iemand die verhalen en legenden vertelt, die per ongeluk verzeild raakt in de avonturen van de vijf Emondsvelders. Hij is behoorlijk oud, zo’n jaar of vijftig, en weet zijn jongleursmessen

ook goed in de strijd te gebruiken.

-Loial: Een ogier (een niet menselijk ras, die alles rustig aan doen ze zeggen dat dit de reden is waarom ze zoveel langer leven dan mensen). Hij besluit de jonge vijf Emondsvelders te helpen en hun avonturen op te schrijven.


Ba’alzamon: Ook wel de Duistere. Hij is opgesloten in een kerker in Shayol Ghul, een berg, hij wil de zegels van het Oog van de Wereld breken, om zo te

ontsnappen uit zijn kerker.


Aes Sedai en zwaardhanden:


Geleiders van de Ene Kracht (een soort onuitputtelijke bron, soms ook de Ware bron genoemd). Het hangt af van de kracht van de Aes Sedai zelf hoeveel ze kan geleiden. Geleiders van de Ene Kracht kunnen wonderbaarlijke dingen doen, zoals aardbevingen oproepen, stormen laten opsteken, vuurballen werpen en mensen vastbinden met lucht.

Vroeger waren er mannelijke en vrouwelijke Aes Sedai, nu alleen nog maar vrouwelijke, omdat de vrouwelijke Aes Sedai wilden voorkomen dat de wereld opnieuw gebroken zou worden door een wedergeboren Lews Therin Telamon, de krachtigste geleider ooit.

Er zijn zeven orden genaamd Ajahs, elke orde heeft zijn eigen filosofie over het gebruik en het doel van de Ene Kracht.

Zwaardhanden zijn de beschermers van Aes Sedai, zij zijn werkelijke zwaardmeesters en bewaken de Aes Sedai aan wie ze gebonden zij met hun leven.


Rad des Tijds en ta’veren:


Rhand, Mart en Perijn zijn ta’veren, knooppunten in het patroon, dit is even ter verduidelijking.

Het Rad des Tijds weeft het Patroon der Eeuwen en de draden die het gebruikt zijn levens. Het ligt niet vast, het Patroon, niet altijd. Als een mens probeert zijn levensloop te veranderen en het patroon heeft er ruimte voor, dan weeft het Rad gewoon verder en wordt de verandering opgenomen. Er is altijd ruimte voor kleine veranderingen, maar soms staat het Rad grote veranderingen niet toe, hoe hard men het ook probeert. En soms kiest de verandering iemand, of het Rad kiest voor iemand. En soms buigt het Rad een levensdraad of verschillende draden op zo’n manier dat alle omringende draden gedwongen worden eromheen te kolken en zij dwingen op hun beurt andere draden, en die weer andere en zo verder. Die eerste verbuiging om het web te maken, dat is ta’veren, en er is niets wat je eraan kunt doen tot het Patroon zelf verandert.


Plaats:


Het verhaal speelt zich af in een zeer gedetailleerde wereld bedacht door Robert Jordan. Het is een wereld die veel verschillen kent en vele verschillende volkeren, ook vele niet menselijke.

Het verhaal begint in Emondsveld in Tweewater en ze reizen de hele wereld rond.


Tijd:


Het boek speelt zich af in een soort middeleeuws aandoend tijdperk, alhoewel het vele overeenkomsten heeft met onze tijd, namelijk speciale legereenheden als de Witmantels die bijna hetzelfde doen als bij ons de NAVO. Het boek heeft een raar soort eeuwen die namelijk langer duren dan bij ons, afhangende van de gebeurtenissen in een eeuw, die weer een patroon vormen.


Het begin:


Het boek begint met een nogal vage, plotselinge inleiding waarin een belangrijke figuur, Lews Therin Telamon, wordt voorgesteld. Het is een verwarrend en erg spannend begin alhoewel je er pas in deel twee achter komt wie Lews Therin Telamon was en wanneer de inleiding zich werkelijk afspeelde en waar het op sloeg.

Het werkelijke begin van het verhaal begint bij een boerenzoon genaamd Rhand Altor, die samen met zijn vader op weg is naar het dorp Emondsveld. Het werkelijke begin is dus erg rustig.


Het einde:


Her boek eindigt met een open einde waarin veel dingen worden opgehelderd, maar ook vele nieuwe raadselen worden gecreëerd, het is dus een mooie afsluiting, maar het geeft ook een heleboel redenen om ook deel twee de lezen.


Het perspectief:


Je beleeft het verhaal door de ogen van de toeschouwer die alle gedachten van de personen kent, dit is waarschijnlijk wat sommige stukken zo spannend maakt.


De verhaallijn:


Er zijn in het boek meerdere verhaallijnen omdat de hoofdpersonen soms apart van elkaar verder gaan, dit maakt het verhaal echter soms verwarrend en vaak ook erg spannend, omdat je zo snel mogelijk alles wilt weten.


De bedoeling van de schrijver:


Ik denk dat de bedoeling van de schrijver vermaken is, maar ook bewust maken van de problemen van onze tijd verplaatst in een middeleeuws verhaal. Ik denk ook dat de schrijver zijn filosofische ideeën over het leven erin kwijt wilde. Ook wilde hij, denk ik, duidelijk maken dat fantasie boeken niet altijd gaan over een ridder met een zwaard, maar ook verhalen kunnen zijn met diepgang en jonge mensen die fouten maken en opgroeien.


Samenvatting:


“Het Rad des Tijds draait rond en rond. Eeuwen komen en gaan en laten herinneringen na die sagen worden. Dan vervagen de sagen tot mythen, tot ook die reeds lang vergeten zijn bij de wederkomst van de Eeuw die deze verhalen schiep. In een Eeuw- door sommige de derde Eeuw genoemd, een Eeuw die nog zal komen, een Eeuw die reeds voorbij is- stak in wind op in de Mistbergen.

De wind was niet het begin. Het Rad kent geen begin en de wenteling van het Rad kent geen einde. Maar het was een begin.”


Uit Het Rad des Tijds, deel 1, hoofdstuk 1

Ter verduidelijking van het verloop van tijd

in het boek.


Het verhaal begint in het kleine dorpje Emondsveld waar voorbereidingen worden gedaan voor Beltije, een speciale feestdag in Tweewater. Iedereen is druk bezig met de voorbereidingen, maar Rhand, Mart en Perijn hebben een vreemde ruiter opgemerkt, die vreemd genoeg telkens weer verdwijnt. Er komen veel vreemdelingen in het dorp waaronder Thom Merrilin de speelman, Moiraine Sedai en Lan haar zwaardhand. Moiraine vertelt echter niet direct wie ze is en ook niet dat ze Aes Sedai is, de meeste mensen in Tweewater kijken Aes Sedai namelijk met de nek aan. Als Rhand en Tham later weer op hun boerderij buiten Emondsveld zijn horen ze vreemde geluiden. Tham haalt een oud Reigerzwaard - een wapen dat onbreekbaar is en altijd scherp blijft- tevoorschijn, omdat hij een voorgevoel heeft. Ze worden plotseling opgeschrikt door Trolloks, een soort half menselijke wezens met dierenkoppen die twee keer zo groot zijn als wij. Tham raakt gewond tijdens een gevecht met een Trollok en hij en Rhand vluchten het bos in. Tham kan door zijn wond niet meer lopen en heeft direct hulp nodig. Rhand besluit een kar, een paard en wat dekens te halen, hij pakt het Reigerzwaard en rent terug naar het huis. ( Voorlezen). Rhand dood de Trollok dus en haalt de kar en de dekens, het paard is er echter niet. Rhand gaat terug naar Tham die een zeer hoge koorts heeft. Rhand doet er de hele nacht over om Tham naar Nynaeve de Wijsheid, iemand die veel van kruiden af weet, te brengen. In het dorp aangekomen vertelt Moiraine Rhand dat ze Aes Sedai is en ze heelt Rhands vader. Rhand vertelt het verhaal over dat de Myrdraal met hem wilde praten en Moiraine is verontrust. Moiraine vertelt dat ook de boerderijen van Mart en Perijn zijn aangevallen. Rhand vindt dit vreemd, maar Moiraine ziet een verband. Rhand, Mart en Perijn moeten vertrekken omdat de Duistere achter Rhand, Mart en Perijn aan zit, om onbekende redenen. Egwene, Nynaeve en Thom Merrilin gaan mee omdat Moiraine denkt dat ze deel van het patroon zijn.

In het boek gaat men uit van een patroon van de Eeuw, elke Eeuw heeft een patroon als een serie gebeurtenissen en elke Eeuw is anders. Het Rad des Tijds heeft zeven spaken, voorstellende de zeven Eeuwen per tijdperk. Als een tijdperk voorbij is (dus zeven Eeuwen) komt dezelfde Eeuw weer terug.

Ze vertrekken met zijn allen op een reis naar Tar Valon, een stad waar het hoofd van de Aes Sedai, de Amyrlin Zetel, huist. Daar zullen Rhand, Mart en Perijn veilig zijn.

Ze gaan eerst naar de plaats Baerlon, achterna gezeten door Myrdraal en andere wezens van de Duistere. Lan leert Rhand, Mart en Perijn omgaan met zwaard, boog en vechtstok. Dit wordt later in het boek erg belangrijk, vooral de zwaardbewegingen van Rhand.

Ze reizen verder en zijn van plan naar Caemlin, de hoofdstad van Andor, te gaan, hier komt echter niet veel van terecht want ze worden achterna gezeten door vele horden Trolloks en zijn genoodzaakt te vluchten naar een verdoemde plaats genaamd Shador Logoth, de Schaduwwaak. De Trolloks durven om de ene of andere reden Shador Logoth niet in en zijn voorlopig veilig. Rhand, Mart en Perijn gaan op onderzoek in de eeuwenoude stad. Ze komen een vreemde man tegen die zijn naam niet wil zeggen maar die later Mordeth blijkt te heten. Hij belooft hun schatten als ze hem volgen en dat doen ze. Mordeth wordt echter boos op hen en de jongens rennen hard weg. Mart pikt echter een dolk mee uit een berg met schatten, dit weten de anderen niet en hij houdt het geheim. Dan trekken de Trolloks ondanks hun angst voor Shador Logoth naar binnen en ze moeten allemaal vluchten. Ze vluchten naar de rivier de Manetherendrelle omdat de Trolloks niet durven te zwemmen. Rhand, Mart en Thom komen op een schip terecht en varen verder en Perijn en Egwene zwemmen naar de overkant. Nynaeve, Moiraine en Lan gaan samen te voet naar Caemlin. Moiraine verteld Nynaeve dan dat zijn de Ene Kracht kan geleiden en een Aes Sedai kan worden, Nynaeve is echter geschokt door dit feit.

Ook Perijn en Egwene gaan te voet naar Caemlin en Egwene komt er achter dat ook zij de Ene Kracht kan geleiden. Ze komen op hun weg naar Caemlin Elyas Machera tegen, een man die met wolven kan praten. Zo komt Perijn erachter dat ook hij met de wolven kan praten en zijn ogen beginnen langzamerhand steeds meer geel te worden. De wolven praten met Perijn via beelden niet via woorden

Ondertussen komen Rand, Mart en Thom in de plaats Wittebrug aan, hier is veel vraag naar speelmannen en op die manier verdienen ze hun geld. Als ze een dag later plotseling door een schim worden aangevallen verdedigd Thom hen. (voorlezen). Rhand en Mart vertrekken dus naar de Koninginnezegen in Caemlin. Onderweg werken ze op verschillende boerderijen om zo eten en een slaapplaats te krijgen. Een paar dagen later komen ook Moiraine, Lan en Nynaeve in Wittebrug aan en zien daar de half verbrande stad en komen er zo achter dat ook hier een Schim is geweest en dus Rhand en Mart ook. Ze besluiten verder te gaan naar Caemlin. Perijn, Egwene en Elyas gaan naar een speciale plaats waar ze veilig zijn voor achtervolgende Trolloks. Hier komen ze voor het eerst de Witmantels tegen en die proberen hen gevangen te nemen. De wolven, Elyas en Perijn vechten voor hun leven en Perijn doodt verscheidene Witmantels, dit zit de Witmantels echter niet lekker en ze nemen Egwene en Perijn gevangen, Elyas blijft echter op vrije voeten. De Witmantels zien hun aan voor Duistervrienden, mensen die de Duistere helpen, en die hun zogenaamde heilige tocht om alle duistervrienden uit te roeien in de weg staan.

Rhand en Mart zijn met veel moeite toch in Caemlin aangekomen en vinden de Koninginnezegen. Hier klimt Rhand in de koninklijke tuin en komt hier de dochter en zoon van de koningin tegen. Ze gaan samen op de tuinmuur zitten en kijken hoe een man die kan geleiden weggeleid wordt naar Tar Valon. Rhand komt ook Loial de ogier tegen in de herberg en ze raken aan de praat. Loial vertelt hem dat hij een ta’veren is.

Moiraine, Lan en Nynaeve redden Perijn en Egwene en Perijn vertelt aan Moiraine over het praten met de wolven. Moiraine denkt dat het belangrijk is, maar Perijn is er niet echt blij mee. Een dag later komen Rhand en Mart Egwene, Nynaeve, Perijn, Moiraine en Lan tegen in de herberg. Mart is erg ziek vanwege de dolk die hij meegenomen heeft uit de Schaduwwaak, maar Moiraine weet hem te helen. Ze zijn allemaal blij elkaar weer te zien en Moiraine is erg geïnteresseerd in Loial. Ze komen er achter dat het in Caemlin ook niet meer veilig is en ze moeten ergens anders heen. Na vele gesprekken tussen Moiraine en Rhand komen ze erachter dat het Oog van de Wereld in gevaar is en dat ze naar de Verwording, een plaats in de buurt van de kerker van de Duistere, moeten gaan. Ze besluiten te gaan reizen over een soort magische weg, waarmee het reizen geen tijd kost. Ze komen in de Verwording aan en gaan op zoek naar de Groene man, degene die het Oog van de Wereld beschermt. De Duistere verschijnt vele malen in de dromen van Rhand, Mart en Perijn om te ze over te halen hem te dienen. Ze vinden de Groene man uiteindelijk en zijn voor nu veilig voor aanvallen van de Duistere. Hier komen ze erachter wat het Oog van de Wereld werkelijk is, de kracht waarmee de zegels van de kerker van de Duistere zijn gemaakt. Als de Duistere dit vernietigt, vernietigt hij ook alle zegels van zijn kerker en zal hij vrij zijn.

Er verschijnen plotseling twee Verzakers, Aginor en Balthamel, mensen die in de Eeuw van Legenden de machtigste Aes Sedai waren en opgesloten waren samen met de Duistere. Zij konden eerder ontsnappen dan de Duistere omdat er een van de zeven zegels was gebroken. Aginor doodt de Groene man en Rhand, Mart, Perijn, Egwene en Nynaeve vluchten, Moiraine en Lan proberen de Verzakers tegen te houden. Aginor gaat echter achter Rhand aan en in een gevecht op leven en dood doodt Rhand Aginor door te geleiden van de Ene Kracht. Rhand komt in de kerker van de Duistere terecht en ze vechten, Rhand wint en verwondt de Duistere, maar doodt hem niet. Rhand doodt ook Balthamel.

Rhand vertelt Moiraine wat er gebeurd is en Moiraine komt erachter dat Rhand de wedergeboren Lews Therin Telamon, hij die wereld zal vernietigen en opnieuw zal maken, is.


Mening:


Onderwerp:


Het onderwerp van het boek is in het begin moeilijk te achterhalen, maar aan het einde is het wel duidelijk. Het werkelijke onderwerp, de vernietiging van de wereld heeft me niet echt aan het denken gezet en ik vind het ook niet echt origineel. De ideeën van het verloop van tijd, de legendes, het Rad des Tijds, de Aes Sedai en de belevenissen van de vijf kinderen hebben mij wel aan het denken gezet. Ik ben door het verhaal veel gaan nadenken over de ideeën die de schrijver heeft over het Rad des Tijds en het Patroon van de Eeuw, ik kan me in deze ideeën goed inleven. Ook leuk aan het boek is hoe diep het op allerlei feiten ingaat, zoals het ta’veren zijn van Rhand, Mart en Perijn. Het boek gaat eigenlijk te diep op bepaalde dingen in om er een kort en makkelijk verslag van te maken.


De gebeurtenissen:


De nadruk ligt in het boek op zowel gevoelens als gebeurtenissen, de gebeurtenissen wekken natuurlijk ook weer belangrijke gevoelens op. Het verhaal bevat behoorlijk veel gebeurtenissen, waardoor het lastig is om er een korte samenvatting van te maken. De gebeurtenissen zijn op een logische en boeiende manier met elkaar verbonden, zoals bijvoorbeeld Perijn die twee Witmantels doodt en dat de Witmantels hierdoor op belust zijn, dit wordt in deel 2, 3, 4 en 5 erg belangrijk, er wordt hierdoor namelijk een hele oorlog ontketend. De gebeurtenissen zijn op een spannende manier verteld zoals ook te merken is aan de stukjes die ik heb voorgelezen. De rol van het toeval lijkt erg groot, maar dit wordt verklaard door middel van het Patroon. Het verhaal bevat vele verrassende gebeurtenissen, zoals Mart die erg ziek wordt door de dolk en Rhand die de Verzakers doodt en de Duistere verwondt. De gebeurtenissen maakten een zeer realistische indruk op mij, ondanks de magie van de Aes Sedai. Je raakt erg betrokken bij de personages en voelt plezier, verdriet, angst en haat met ze mee. Het eind is net als begin een beetje vaag, maar in deel twee wordt een hoop uitgelegd.


De bouw:


Het verhaal is lastig opgebouwd en dat zorgt ervoor dat je over bepaalde dingen goed moet nadenken, bijvoorbeeld het verhaal dat Loial vertelt over het ta’veren zijn van Rhand. De tijd verloopt zoals in de werkelijkheid, alleen de Eeuwen lopen anders. Er zijn aardig wat terugblikken op dromen en herinneringen die pas belangrijk worden in deel 2.


De personages:


Ik kreeg een goed beeld van de personages en ze doen logische dingen, naar mijn idee. De personages reageren soms voorspelbaar, maar vaak ook niet, dat Rhand met de Duistere gaat vechten had ik bijvoorbeeld niet verwacht, ik had verwacht dat hij weg zou vluchten. De gedachtes van Rhand, Mart en Perijn zijn eigenlijk het belangrijkst in het boek. De meest sympathieke karakters vond ik Perijn en Mart, Perijn om zijn stille manieren en de manier waarop hij over dingen denkt en Mart omdat hij na de meest afgrijselijk gebeurtenissen er nog gewoon een grapje over kan maken. Het minst sympathiek vond ik Moiraine die eigenlijk alleen maar deed wat belangrijk was voor de wereld en de Aes Sedai en niet wat belangrijk was voor de vijf kinderen. In de problemen van de personages kon ik me goed inleven, zoals bij Rhand die niet weet wat hij van zichzelf moet denken als hij erachter komt dat hij kan geleiden.


Het taalgebruik:


In sommige delen van het boek vond ik het taalgebruik lastig te begrijpen en ook de vreemde namen van steden en personen, bijvoorbeeld Shayol Ghul, Shador Logoth, Aes Sedai en de werkelijke naam van Lan, al’Lan Mandragoran, zijn niet bepaald makkelijk uit te spreken. Dit is vooral een nadeel als je de namen hardop moet zeggen. Het verhaal bevat nogal wat dialogen, maar er wordt ook veel aandacht besteed aan de gedachten en gevoelens van personen. Het verhaal bevat veel beschrijvingen omdat er veel vreemde dingen in voorkomen die voor ons onbekend zijn en dus beschreven moeten worden.


Over Robert Jordan:


Robert Jordan werd in 1948 in de Verenigde Staten geboren, in Charleston, South Carolina. Toen Robert een jaar of vier was leerde hij zichzelf lezen, geholpen door zijn zestienjarige broer. Al een jaar later verslond hij de boeken van Mark Twain en Jules Verne. Hij heeft een graad in Natuurkunde behaald. Hij heeft in Vietnam gevochten en kwam met vele onderscheidingen terug. Hij had in Vietnam aan den lijve ondervonden hoe het is om in het strijdgewoel te verkeren. Deze ervaringen verklaren de realistische manier waarop hij de angsten, de afkeer, de opwinding en het plichtsgevoel van mensen in levensgevaarlijke situaties beschrijft.



;\n <\/div>
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen