Boekverslag : Annie Van Keymeulen - Het Leeuwerikshuis
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1750 woorden.

TITEL : Het leeuwerikshuis

SCHRIJVER : Annie van Keymeulen

UITGEVER : De Geus

JAAR VAN UITGAVE : 1998

EERSTE DRUK : 1998



VOORBEREIDING: waarom wil hij met haar naar bed?

1. Hij is dol op jonge vrouwen en wil

met alle vrouwen naar bed.

2. Zij lijkt veel op haar moeder die bij hem schoonmaakt.

3. Ze heeft een uitdrukking op haar gezicht van pak me dan.



waarmee lokt hij haar?

1. Hij zegt dat hij een verrassing voor haar heeft in zijn slaapkamer. Ze vertrouwt hem, omdat haar moeder daar schoonmaakt.

2. Hij bedreigt haar door te zeggen dat hij iets ergs tegen haar moeder zal zeggen.

3. Hij is hartstikke aardig tegen haar.



HOOFDHANDELING: Een man die een kind zijn bed inlokt moet sterven, terwijl hij zegt dat hij onsterfelijk is.

SAMENVATTING:

Clarissa is getrouwd met meneer Colmaer. Samen hebben ze een dochter Arlette. Clarissa doet voor een aantal oude mannen het huishouden en verdient zo wat bij. Vaak helpt Arlette haar moeder bij het schoonmaken. Zo komt ze ook bij Beer. Hij heeft in de loopgravenoorlog gestreden en denkt dat hij onsterfelijk is. Hij leeft voor de vrouwen. Hij heeft gezworen dat als hij uit de oorlog komt dat hij elke dag met een vrouw naar bed zou gaan. Na een aantal keer dat Arlette bij hem geweest was, bedacht hij hoe het zou zijn om met haar naar bed te gaan. Zou ze het net zo lekker doen als haar moeder. Arlette was nog maar ongeveer 10 jaar oud en Beer 65. Hij zou dan eigenlijk in overtreding zijn, maar dat had hij er wel voor over. Op een dag kwam Arlette alleen naar hem toe om zijn eten te brengen. Hij lokte haar naar zijn slaapkamer en ging met haar naar bed. Een week later kwam ze weer bij Beer om te zeggen dat Mon dood was. Dat was een goede vriend van haar waar haar moeder ook schoonmaakte. De volgende dag ging ze naar Mon zijn huis toe. Ze wilde het huis gaan verkennen en liep alle kamers in tot ze bij de zolder kwam. Ze had honger gekregen, maar durfde niet naar huis, want ze had net ruzie met haar ouders. Op die zolder lagen appels. Zij ging naar boven toe, maar de trap was erg gammel en ze viel er vanaf. Ze raakte bewusteloos. Ondertussen was haar vader haar gaan zoeken. Ze volgende dag ging hij naar het huis van Mon en vond haar daar onder aan de trap. Hij bracht haar gelijk naar het ziekenhuis. Toen ze bij kennis was kon ze niet meer praten. Dat heeft een jaar geduurd. Arlette kon goed leren en ging naar een meisjesschool om te studeren. De sint-Theresa school. Daar had ze het naar haar zin. Op een keer hadden ze een toneelstuk. Het kersttoneelstuk. Zij werd gekozen als Maria, de moeder van het kindje Jezus Ze had vriendinnen en was er gelukkig. Toen ze was afgestudeerd ging ze uit het huis. Op haar dertigste ging Beer dood. Hij had haar veel geld nagelaten. 100000 franc. Zwijggeld was het. Ze mocht aan niemand vertellen wat hij ooit met haar gedaan had. Na een paar weken kwam haar vader naar haar toe om te praten. Ze durfde voor het eerst aan iemand te vertellen wat hij haar aangedaan had. Haar vader was heel verdrietig, maar hij vond het knap van haar dat zij niet ongelukkig werd. Ze ging gewoon door met leven en deed net of er niets gebeurd was.





ANALYSE:

HOOFDHANDELING: Een man die een kind zijn bed inlokt moet sterven, terwijl hij zegt dat hij onsterfelijk is.



HOOFDPERSONEN:

Arlette: een meisje waarvan een deel van haar leven wordt beschreven, ze is 10-30 jaar, woont de eerste 10 jaar bij haar ouders, later in een flatje, is vrij verlegen, helpt Ellie bij het leren, want zij kan niet zo goed leren, heeft donker bruine, soms zwarte ogen terwijl haar ouders allebei lichte ogen hebben, heeft donkerhaar.



BELANGRIJKE BIJPERSONEN:

Clarissa: de moeder van Arlette, getrouwd met meneer Colmaer, doet de schoonmaak bij verschillende oude mannen.

Beer: een man uit de loopgravenoorlog, denkt dat hij onsterfelijk is, probeert Arlette te verleiden en uiteindelijk krijgt hij haar.

Mon: een man waar Arlette haar moeder bij schoonmaakt, is een goede vriend van Arlette, net haar opa, vlucht naar zijn huis, omdat ze ruzie heeft met haar ouders.

Pa: de man van Clarissa, vader van Arlette, werkt bij een stempelbedrijf, verdient niet erg veel, vindt Arlette een beetje eigenaardig.

Ellie: een meisje van de sint-Theresa school, Arlette haar beste vriendin op school, helpt Arlette wanneer ze ziek is, helpt haar bij de rol in het toneelstuk, heeft een vriend waar ze het vaak over heeft met Arlette.



RUIMTE:

Het speelt zich vooral af binnen in huis en in school. Je leest wat er thuis gebeurd, bij Beer en op de sint-Theresa school. Dat is vrij belangrijk, want de gebeurtenissen die er gebeuren kunnen alleen daar gebeuren. Bijvoorbeeld een familieruzie kan alleen thuis gebeuren.



TIJD:

Het is in een onlogische volgorde geschreven, dus niet chronologisch. Op het ene moment wordt er verteld dat ze 30 is, een bladzijde later wordt gezegd dat ze 15 is en naar school gaat.

Er zitten veel tijdsprongen in dit verhaal, want ze vertelt over haar verleden, maar slaat gebeurtenissen over die ze later gaat vertellen. Ze haalt qua tijd alles door elkaar heen.

De tijdverdichting is vrij klein. In het boek zijn er niet echt belangrijke gebeurtenissen. Het is wel een interessant boek.

Het boek gaat over 20 jaar en ik lees het in 20 uur. Eigenlijk wordt er dus één jaar in één uur beschreven.



PERSPECTIEF:

Arlette verteld het verhaal, alleen ze vertelt haar gedachten niet. Het lijkt of ze het verhaal vertelt aan iemand anders. Dan weet en zeg je niet wat je op dat moment dacht. De lezer weet minder dan de romanpersoon zelf. Zij weet wat ze beleefd heeft en wij niet. Daar moeten wij achter komen door het boek verder te lezen.



INTERPRETATIE:

TITELVERKLARING:

Het leeuwerikshuis. Het wordt niet echt duidelijk wat er met deze titel bedoeld wordt. Volgens mij gaat het over de gedachten van Arlette. Ze vertelt die gedachte niet maar ze heeft het telkens over een zwart gevoel in haar hoofd. Volgens mij slaat daar de titel op.



HOOFDHANDELING: Een man, die een kind zijn bed inlokt, moet sterven, terwijl hij zegt dat hij onsterfelijk is.



ONTWIKKELING VAN DE HOOFDPERSOON:

Arlette verandert na haar ongeval. Toen ze haar stem terug had is ze minder verlegen geworden en op het eind durft ze haar verhaal aan haar vader te vertellen. Dat is een hele grote stap voor haar.





PERSPECTIEF:

Arlette verteld het verhaal, alleen ze vertelt haar gedachten niet. Het lijkt of ze het verhaal vertelt aan iemand anders. Dan weet en zeg je niet wat je op dat moment dacht. De lezer weet minder dan de romanpersoon zelf. Zij weet wat ze beleefd heeft en wij niet. Daar moeten wij achter komen door het boek verder te lezen.

THEMA:

De angst die je altijd zal houden na een gebeurtenis waarbij je erg bang was. Met een man naar bed gaan zonder dat je het zelf eigenlijk een beetje beseft. Je wilt het ook niet, maar je wist nog niet erg veel.





WAARDERING:

Ik vind het zelf geen goed boek. Ik snapte er niet erg veel van. De ene keer heeft ze het over de sint-Theresa school en de andere keer zit ze nog op de “basisschool”. Ik vind het een moeilijk boek. Het gaat van de ene gebeurtenis naar de andere. Het is ook een Belgisch boek. Er staan veel Belgische woorden in die je niet altijd begrijpt. Er staat wel een woordenlijst achter in het boek. Daar kom je wel een aardig eind mee, maar toch worden er nog sommige gekke woorden gebruikt.

Ook hou ik niet erg van dit soort boeken. Ik hou meer van detective boeken waar je zelf mee kan puzzelen. Meestal loopt het goed af en weet je wie je dader is, maar dat maakt niet uit.

Het boek is aan de saaie kant. Het leven van Arlette wordt beschreven en daarin gebeurt niet veel boeiends. Je leert hier ook niets van. Je leest maar en vaak weet je niet waar het over gaat. Ik raad dit boek af, omdat het gewoon zo saai is en vrij moeilijk.

De samenvatting op de achterkant van het boek hoort eigenlijk niet echt bij het verhaal. Het is een gebeurtenis van haar leven. Alles draait daar wel om, maar dat weet je pas achteraf. Eigenlijk geeft het je valse hoop. Je denkt wat anders als je de achterkant gelezen hebt. Je denkt aan een romantisch verhaal, waar een man van ongeveer 65 verliefd wordt op een meisje van ongeveer 20. Eerst wil ze hem niet kennen, maar later wil ze hem toch hebben en zouden ze samen gelukkig leven.





OPSTEL:

Als ik Arlette was zou ik, als ik ruzie had met mijn ouders, naar mijn kamer gaan en niet naar het huis van mijn “opa” die net is overleden. Ik zou mijn ouders kamer helemaal overhoop halen en gooien met de deuren. Om af te koelen ga ik een boek lezen en dan ben ik zo weer de oude.

Als ik boos ben en eten moet brengen bij een van de mensen, zou ik het eten gewoon brengen en niet in de rivier gooien. Misschien kunnen ze me helpen vrolijker te worden. Alleen dan had Beer de gelegenheid om dan met me naar bed te gaan. Dan had hij meer kans dat ik het tegen mijn moeder zou zeggen, want ik was al erg boos.

Als ik zo goed zou kunnen leren zou ik ook naar een hogere school gaan. Als vrouw zijnde had je in die tijd niet veel kans op een goede baan en als je een studie had gevolgd, had je meer kan om een betere baan te vinden en hoefde je niet te gaan schoonmaken bij oudere mannen om zo geld bij te verdienen.

Als ik zoveel geld had gehad, ZWIJGGELD, dan zou ik het liefst snel weggeven. Hij probeert me om te kopen om het nooit aan iemand te vertellen. Ik zou het misschien wel in de rivier gooien. Niemand kan er toch aankomen, want het stond op mijn naam.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen