Boekverslag : Kader Abdolah - Spijkerschrift
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 1371 woorden.

Samenvatting



Het gaat over Aga Akbar. De doofstomme vader van Ismaiel. Het verhaal wordt verteld door Ismaiel en de 'alwetende verteller’. De verteller begint en dan Ismaiel, totdat hij de notities niet meer kan lezen. Aga Akbar heeft namelijk zijn verhaal verteld in een schrift in de vorm van Spijkerschrift. Een eeuwenoude manier van schrijven.

Het begint met een verhaal uit het heilige boek van God (de koran). Het gaat over een groep mannen die in een grot hun toevlucht zoeken en in slaap vallen. Als ze wakker worden is het 300 jaar later en alles is veranderd. Dit verhaal komt terug aan het einde van het boek.



Het verhaal van Aga Akbar zelf start bij zijn moeder. Die krijgt kinderen van een man van adel, maar die kinderen mogen niet de achternaam dragen van deze man. Zijn moeder is namelijk niet officieel getrouwd met hem. Als Aga Akbar geboren wordt blijkt het dat hij doofstom is. Zijn moeder gaat naar zijn vader toe en vraagt of Akbar wel zijn naam mag dragen. Dit mag en later is Akbar hier heel trots op. De oom van Akbar ontfermt zich over hem als zijn moeder door een ziekte is overleden. Akbar kan communiceren met zijn familie en sommige mensen uit het dorp door middel van gebarentaal. Zijn oom (Kazem Gan) leert hem spijkerschrift, omdat hij begrijpt dat Akbar een kunstenaar is (een dichter en schrijver) en zijn gedachtes kwijt wil.



Akbar wordt verliefd op een hoertje waar hij regelmatig naar toe gaat. De familie vindt dit niet goed en gaat op zoek naar een geschikte echtgenoot voor hem. Via de koppelaarster vinden ze een vrouw. Zij sterft vlak na de bruiloft. Ze bleek ernstig ziek te zijn. Na een paar jaar ontmoet de oom van Akbar Tine. Een merkwaardige vrouw die haar vader beschermt tegen opium, wat toen veel gerookt werd. (Kasem Gan rookte ook veel opium). Kasem Gan vraagt Tine of ze wil trouwen met Akbar. Ze stemt in. Uit dit huwelijk wordt Ismaiel geboren. De zoon die iedereen gewenst had, zodat deze als spreekbuis voor Aga Akbar kan dienen. Er volgen nog drie dochters, de jongste wordt Goudklokje genoemd.



Als de familie naar een stad verhuist komt Ismaiel in contact met het verzet. Hij gaat studeren in Teheran en ontwikkelt zich steeds meer. Het contact tussen zijn vader en hem wordt wat moeilijker, omdat Ismaiel meer over de wereld weet dan Akbar en door het verzet hij niet veel contact mag hebben met zijn familie. Hij probeert het wel uit te leggen aan zijn vader (dat God niet de wereld heeft geschapen bijvoorbeeld), maar die begrijpt het niet. Tijdens zijn studie sluit hij zich aan bij de partij die tegen de heersende sjah was. Deze sjah verbood studenten sommige boeken te lezen. De partij gaat steeds meer ondergronds en Ismaiel zijn werk wordt steeds gevaarlijker. Hij komt steeds minder thuis en hij gebruikt zijn vader om een meisje van het verzet onderdak te bieden. Zijn vader doet alles wat Ismaiel zegt, ook al begrijpt hij niet alles. Aga Akbar heeft een winkeltje waar hij tapijten repareert. Daar wordt het meisje (Djamila) ondergebracht. Maar als zij ziek is komt ze in huis van de familie. Tine verzorgt haar heel goed en Goudklokje komt dan waarschijnlijk in contact met de Partij. Zonder dat de rest van de familie dit weet.



De sjah gaat weg en een geestelijke komt aan de macht. In het begin gaat het nog wel goed en de partij wordt gedoogd. Irak valt het land aan en in de chaos van een bombardement op Teheran worden er partijleden opgepakt. Ze gaan weer ondergronds. Ismaiel wordt verantwoordelijk voor de partijkrantjes. Hij is inmiddels getrouwd. Als er partij leden worden opgepakt wordt het nog gevaarlijker werk. Ismaiel gaat wel door met het drukken van de kranten. Zijn vrouw en dochter stuurt hij naar familie. De band met zijn vader was verslechterd, maar als hij samen met hem de damawand gaat beklimmen voordat Ismaiel moet vluchten komt het toch goed tussen vader en zoon. Als Ismaiel zijn contactpersoon niet treft op de afgesproken plaats begrijpt hij dat het ook voor hem afgelopen is. Hij treft zijn vader nog een keer op zaterdagochtend, als Aga Akbar op weg is naar de moskee. Akbar geeft Ismaiel zijn jas en stuurt hem de bergen in. Ismaiel belandt uiteindelijk in Nederland, waar hij na de dood van Akbar de notities van Akbar ontvangt. Nadat Ismaiel gevlucht is wordt Goudklokje vermist. Per telefoon komt Ismaiel dit te weten. Ze blijkt in de gevangenis te zitten. Week na week gaan Tine en Akbar op bezoek. Totdat Goudklokje niet verschijnt. Ze vrezen dat ze is geëxecuteerd, maar van een bewaakster horen ze dat er een stel gevangen zijn ontsnapt. Aga Akbar gaat in zijn wanhoop zoeken naar zijn dochter in de bergen (men vermoedt dat ze daar heen zijn gegaan). Wat er is gebeurd weet niemand. Maar de verteller denkt dat Akbar Goudklokje en haar medevluchters naar een grot heeft gestuurd, waar eten en dekens waren. Aga Akbar wordt in het begin van de lente gevonden in de sneeuw. Van Goudklokje is nooit meer wat vernomen. De verteller eindigt met de toespeling dat Goudklokje over 300 honderd jaar wakker wordt uit de grond en dat ziet dat alles anders is.



Ervaringsverslag

Ik vond het een erg goed en mooi boek. Dat het in een hele simpele en eenvoudige manier geschreven is, maakt het extra bijzonder. Het raakt je op deze manier veel meer. Wat ik erg mooi vond was de verwijzingen naar oude verhalen uit Iran. Het boek speelt zich af in een dorpje bij de Saffraanberg en het verhaal gaat dat daar een heilige in een put zit, te wachten tot de wereld beter wou worden. Ook is er een grot op die berg en daar heeft een koning duizenden jaren geleden iets in spijkerschrift laten zetten. Die heilige put komt veel terug in het boek. Als de geestelijke aan de macht is wordt de heilige put een trekpleister voor zieke mensen of gehandicapten. Ook Aga Akbar gaat erheen in de hoop dat hij niet meer doofstom zal zijn. Ismaiel haalt hem daar vandaan.



Ik heb dit boek gekozen, omdat ik de schrijver Kader Abdolah heb gezien op de literatuurdag. Hij vertelde toen op een hele leuke manier over dit boek en het maakte me nieuwsgierig. Ook lees ik altijd zijn column in de Volkskrant.



Ismaiel heeft van jongs af aan geleerd dat hij er moet zijn voor zijn vader. Hij is geboren om het verlengstuk van zijn vader te zijn. Ik vind het begrijpelijk dat hij voor zichzelf kiest als hij studeert. Ik snap ook dat hij het heel moeilijk vindt om werkelijk afstand te nemen van zijn vader. Op de een of andere manier zijn ze verweven met elkaar. Ismaiel wilde ook heel graag dat Aga Akbar begreep waarom hij tegen de sjah was, maar ook legde hij dat uit, zodat Akbar begreep dat de partij hem misschien wel ooit nodig zou kunnen hebben.

Het lijkt me heel moeilijk om een doofstomme vader te hebben, maar als je naar Aga Akbar kijkt zie je dat hij het ook heel moeilijk gehad moet hebben. Zijn kennis was heel beperkt en hij zag dat zijn zoon meer van de wereld ging leren. Hij zag dat hij veel las en dat wilde Akbar ook kunnen. Hij merkte zijn beperkingen wel.



Wat ik heel apart vond waren de vele Nederlandse gedichten in het boek. Het verbaasde me dat Kader Abdolah zoveel van de Nederlandse literatuur afwist. Het boek is een hele mooie combinatie van de literatuur uit Perzië en uit Nederland.



In dit boek staat de band tussen vader en zoon centraal. Kader Abdolah vertelde op de dag van de literatuur dat het geen autobiografie was, want het was niet zo dat zijn vader doofstom was, maar zijn oom. En tegelijkertijd was zijn vader weer wel doofstom en ze praatte samen in gebarentaal. Om eerlijk te zijn weet ik nu nog steeds niet of hij Ismaiel uit het boek is. Het ligt wel voor de hand, omdat hijzelf ook natuurkunde heeft gestudeerd en Iran is ontvlucht, omdat bekend werd dat hij bij de oppositie zat. Ook Abdolah heeft als journalist gewerkt bij een ondergrondse krant.
Andere boeken van deze auteur:


Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen