Boekverslag : Thomas Lieske - Franklin
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 2738 woorden.
De taal ervan is Nederlands en het aantal woorden bedraagt 2738 woorden.
Samenvatting:
Charles Kinzensberg liep toen hij nog geen 18 was, weg van zijn huis en familie in Den Haag. Hij koos de verkeerde kant en melde zich in de oorlog aan bij de SS. Na de oorlog werd hij naar een steenkolenmijn in Rusland vervoerd, waar hij als straf voor zijn daden moest gaan werken. Op de kolentrein was Niel. Al sinds zijn geboorte leefde hij samen met een varken op de trein, hij wist niet anders. Wist niet wie zijn familie was, en hoe hij op de trein terechtkwam. Ook ontmoet Charles Walter Schweke, een jonge Duitser. Samen met Niel besluiten ze te vluchten. Ze gaan op de trein, maar slaan een andere afslag af. Door een harde schok valt Walter en breekt zijn been. Omdat ze een lastpak niet kunnen gebruiken, dood Niel Walter. Charles neemt de spullen van Walter mee, en samen met Niel verlaat hij de trein. Ze gaan naar Charles ouderlijk huis. Zijn ouders en zus reageren nog al geschokt, nooit verwacht hem nog eens terug te zien. Ze vinden het maar niks dat hij zo’n barbaarse vreemdeling meegenomen heeft. Vooral zijn zusje Christine (17) vindt hem eng. Niel heeft nog nooit een mooie vrouw als Christine gezien, en staart dus veel naar haar, zonder wat te zeggen. Eén keer ziet hij haar zelfs naakt. Christine vindt hem een viezerik. Maar ondanks alles wordt Niel opgenomen in de familie.
Christine trouwde nog geen twee jaar later met Bernard Lowendaal, en samen kregen ze een zoon, Franklin. Hij wordt vaak naar oppassen gestuurd, en is daarom vaak alleen. Hierdoor gaat hij soms wat rare dingen doen. Er ontstond een soort machtsstrijd tussen Christine en haar zoontje Franklin. Als hij weer eens wat uitgespookt heeft, slaat ze hem vaak, ze kan hem niet erg aan. Op een gegeven moment verhuizen ze van Afrika naar Nederland, met tegenzin van Franklin. Beide ouders van Christine zijn dood, en daarom gaan ze wonen in hun ouderlijk huis. Christine wil Franklin naar een internaat sturen, maar Franklin wil niet. De verhouding tussen moeder en zoon verslechtert. Als Franklin op een dag kattenkwaad heeft uitgehaald, slaat zij Franklin met een ijzeren stang op zijn rug, zodat hij in het ziekenhuis belandt. Daar wordt haar schuld verzwegen, en iedereen gelooft haar. Franklin zal altijd last van zijn rug houden. Een poosje later werd hij uit huis gedaan, en naar het Casimir instituut gestuurd. Hier worstelt hij zich op tot een persoon waar velen bang voor zijn. Hij wil zijn ouders vergeten. Op een gegeven moment leest hij de twee brieven van zijn vader, waaruit hij opmaakt dat hij een zusje gekregen heeft en dat hij wordt overgeplaatst naar een tehuis in Den Haag. Ook staat er een adres van zijn oom Charles, die zijn financiën maar moet gaan regelen. Charles heeft zich door chantage rijk gemaakt, en wordt een soort suikeroom voor Franklin. Hij komt in het tweede tehuis terecht, waar hij Angela leert kennen. Samen brengen ze veel tijd door, hij voelt zich aangetrokken door haar lichaam. Maar op een dag verdwijnt zij en hij ziet haar nooit meer terug.
Niel koopt bij Pommer, een oude kleermaker, een rode jas die hij altijd aan zou hebben. Hij woont samen met Charles en ze hebben een visrestaurant. Franklin wordt vrienden met Niel. In het hoofd van Niel raast de trein waar hij eens op reed nog steeds door. Daarom heeft hij een oude vrachtwagen gekocht, die het zelfde soort geluid maakt.
Na zijn examen begint voor Franklin een periode van niks doen. Op een gegeven moment verhuist hij van het tehuis naar een eigen huis. Hij gaat veel drinken en zijn huis wordt een zootje. Op zijn 21e gaat hij zijn oom weer eens om geld vragen. Hij ontmoet Michelle, de dochter van Charles’ kok, die een kamer huurt bij Charles, en ze gaan samen een relatie aan.
Niel vertelt Franklin over de vele experimenten waaraan hij onderworpen is. Franklin’s gedrag is nog steeds niet normaal. Zo gaat hij samen met Michelle in een duur restaurant eten, terwijl hij helemaal geen geld heeft. Om zijn vele schulden af te lossen gaat Franklin werken in een dierentuin.
Franklins twaalfjarige zusje Isabelle komt hem bezoeken. Ze is erg dik en verwend, en wil Franklin alleen voor haar zelf. Charles stelt Niel aan als haar verzorger. Als later blijkt dat ze langer blijft dan afgesproken, moet ze maar voor zichzelf zorgen. Ze wil proberen de relatie tussen Michelle en Franklin te beëindigen, zodat zij Franklin voor zichzelf heeft. Daarom steelt ze de agenda van Michelle en beplakt hem met plaatjes van Charles. Zo wil ze het laten lijken alsof Michelle in het geheim een relatie heeft met Charles. Als Franklin de beplakte agenda in handen krijgt, vat hij het anders op. Hij denkt dat Charles Michelle aanbidt en dat zij allemaal dure dingen van hem krijgt. Dit maakt Franklin zo woedend op Charles, dat hij wraak wil nemen. Samen met een hond gaat hij op de vroege ochtend naar het restaurant van Charles, vernielt alles, haalt de waardevolle papieren van Charles eruit, en steekt het in brand. Per ongeluk wordt de hond in het pand opgesloten, zodat ook deze in vlammen opgaat. De politie staat in eerste instantie voor een raadsel, alleen Michelle weet dat hij het gedaan heeft. Franklins kamer wordt een steeds grotere puinhoop, en zijn gedrag vreemder.
Het onderzoek naar de brand zat muurvast en de brand leek verleden tijd. De andere werkers van de dierentuin besluiten een poets met Franklin uit te halen. Omdat hij altijd brood van een ander vraagt, besluiten ze een broodje te besmeren met poep. Niel moet voor de poep zorgen, en komt met de uitwerpselen van colobusaap, wat vol met bacteriën zit. Hij zegt dat het varkenspoep is. Franklin eet een deel van het brood, maar lijkt het op te vatten als een grapje.
De waardevolle papieren van Charles komen boven water waardoor het onderzoek naar de brand nieuw leven in geblazen wordt. Franklin krijgt last van zijn benen en het blijkt dat er grote zweren op zitten. Om een hotelkamer voor Michelle en hem te huren, gaat hij naar het hotel waar ze al eerder een kamer gehuurd hebben. Daar valt hij flauw en rolt hij van de trap. Hij wordt naar het ziekenhuis gebracht, waar geconstateerd wordt dat hij last heeft van filaria, dat betekent dat er wormen in zijn lichaam zitten. Het is waarschijnlijk veroorzaakt door de poep van de colobusaap, maar dat weten ze niet. Charles komt erachter dat Michelle de vriendin van Franklin is, en reageert woedend. Michelle bezoekt hem in het ziekenhuis, en Franklin wordt aan allerlei experimenten onderworpen.
Niel zegt tegen Charles dat hij weet wie de brand gesticht heeft. Hij vertelt dat het Franklin geweest is.
Niel gaat naar het ziekenhuis om Franklin te bezoeken. Hij vraagt Franklin om in de rolstoel te gaan zitten, en ze gaan naar de dakverdieping. Niel gooit de rode jas over het hoofd van Franklin, zodat hij niets kan zien, en laat hem met rolstoel en al naar beneden vallen. Niel zelf wordt door een vlaag wind weggezogen.
Michelle treft een leeg ziekenhuisbed aan, en leest de brief die onder het kussen ligt.
Analyse:
Personages: (op volgorde van voorkomen in het verhaal)
Niel:
Hij werd als baby samen met een varken op een trein aangetroffen. Hij groeide op op deze kolentrein, vluchtte daarna samen met Charles en Walter van de kolenmijn. Niel is erg lang en heeft nogal een barbaars uiterlijk. Hij eet haast niets, en is daarom ook splinterdun en heel licht. Hij draagt altijd een lange, rode jas. Niel is een vriend van Charles en woont ook bij hem. Later raakt hij ook bevriend met Franklin. Niel is Skandinavisch, maar pakt andere talen snel op, zodat hij ook een aardig woordje Nederlands kon. Toch praat hij niet veel, lijkt nogal ingetogen. Hij denkt nog veel aan zijn verleden, kan de trein waarop hij jaren gereden heeft, niet loslaten. Deze dendert nog altijd door zijn hoofd en blijft hem achtervolgen in zijn dromen. Hij is erg ingetogen. Toch is hij in staat tot dingen die je niet verwacht. Zo dood hij Walter, verkracht hij een vrouw en vermoord hij uiteindelijk Franklin.
Charles:
Charles loopt voor zijn 18e jaar weg van zijn ouderlijk huis. Hij sluit zich aan bij de SS en moet na de oorlog voor straf werken in een kolenmijn in Rusland. Hier leert hij Niel kennen. Samen met Walter Scheke vluchten ze. Ze gaan naar zijn ouderlijk huis, waar hij zijn ouders en jongere zusje Christine aantreft. Charles wordt de oom van Franklin. Hij weet zich door chantage tot een rijk man te maken. Hij handelde in antieke spullen, en begint later een visrestaurant. Charles wordt de suikeroom van Franklin.
Christine:
Zij is het jongere zusje van Charles, en de moeder van Franklin. Ze heeft een hekel aan Niel, en trouwt op jonge leeftijd met Bernard Lowendaal. Samen krijgen ze eerst een zoon (Franklin), en een poos later krijgen ze ook nog een dochter, Isabelle. Christine is een knappe vrouw met een mooi figuurtje. Haar man is vaak weg en zij kan haar zoontje niet aan. Ze voelt zich waarschijnlijk machteloos, waardoor ze overgaat tot het slaan van haar kind. Ze slaat uiteindelijk haar zoon het ziekenhuis in.
Franklin:
Hij is de hoofdpersoon van dit boek en de zoon van Christine en Bernard Lowendaal. Hij heeft geen makkelijke jeugd gehad. Zijn vader was vaak weg en zijn moeder kon niet goed met hem omgaan. Hij haalde wel eens kattekwaad uit en moest dit nogal eens bekopen met een pak slaag. Zo komt hij ook aan zijn pijnlijke (kromme) rug. Deze heeft zijn moeder hem bezorgt door met een stang op zijn rug te slaan. Al op jonge leeftijd wordt hij naar een internaat gestuurd. Hij wordt door zijn moeder verstoten en door zijn vader genegeerd. Al op jonge leeftijd moet hij zichzelf maar zien te redden. Hij is een verschoppeling, en heeft vaak de neiging om alles kapot te maken. Maar door zijn grote fantasie, onaangepastheid en onverbeterlijke en vrolijke optimisme weet hij steeds weer de moed erin te houden. Hij heeft een heel triest en eenzaam leven. Een goede vriendin, Angela, verdwijnt plotseling waardoor hij weer achterblijft. Oom Charles wordt zijn suikeroom. Als hij geld nodig heeft klopt hij bij hem aan. Later gaat hij een relatie aan met Michelle, die zijn gelukkige liefde lijkt te worden. Zijn gedrag is soms wat apart, hij is niet verlegen en niet op zijn mondje gevallen. Hij doet soms wat rare dingen, dat waarschijnlijk is gekomen omdat hij zo eenzaam is en geen echte liefde kent. Aan het einde van het verhaal takelt hij steeds verder af. Hij kan niet meer alles gedaan krijgen, krijgt rare zweren, en uiteindelijk moet hij het met de dood bekopen.
Michelle:
Michelle is de dochter van de kok van Charles. Ze is 17, en heeft een kamer gehuurd in de villa van Charles. Ze is een lang meisje en kent haar recht op vrijheid. Ze heeft geen haast met de dingen en wil overal de tijd voor nemen. Ze begint een relatie met Franklin.
Isabelle:
Isabelle is de dochter van Christine en Bernard Lowendaal. Ze is dus het jongere zusje van Franklin. Ze is dik en eet heel veel snoep. Ook is ze nogal verwend, dat waarschijnlijk komt omdat ze als enig kind is opgevoed. Ze wil haar broer Franklin opzoeken. Daarom reist ze af naar Den Haag. Nadat ze hem voor het eerst gezien heeft, gaat ze plannen smeden om hem helemaal voor zichzelf te krijgen. De relatie tussen Franklin en Michelle moet verbroken worden. Ze steelt de agenda van Michelle, en plakt hem vol met afbeeldingen van Charles. Dit leidt er uiteindelijk toe, dat Franklin zoveel woede voor Charles gaat voelen, en hij uiteindelijk de brand sticht.
Perspectief:
Het boek is geschreven in het hij/zij perspectief, ook wel het meervoudig perspectief genoemd. We hebben te maken met meerdere personen die met hij en zij worden benoemd. Er wordt niet zo heel veel blijk gegeven van gevoelens. De personages hebben weinig personele diepgang. Ook al is het leven van Franklin dan nog zo triest en eenzaam, over zijn gevoelens krijg je weinig te lezen. Er wordt bij meerdere personen naar binnen gekeken, zodat je als lezer vaak meer weet dan de personages zelf.
Tijd:
Het verhaal speelt zich af tussen 1940 en 1980. In de tweede wereldoorlog gaat Charles bij de SS. Na de oorlog (na 1945) wordt hij naar de kolenmijn gestuurd waar hij Niel en Walter ontmoet. In 1951 keert hij samen met Niel terug naar zijn ouderlijk huis in Den Haag. In 1980 wordt Fraknlin vermoord.
We kennen in dit boek een chronologisch tijdverloop. Soms is er wel sprake van flash backs. Dit om een beter en vollediger beeld te krijgen van de situaties. Een voorbeeld van een situatie met flash back is als Niel Franklin vertelt over de experimenten waaraan hij onderworpen is.
De vertelde tijd is ongeveer 40 jaar.
Ruimte:
Het verhaal begint in Den Haag, waar Charles met zijn ouderlijk huis staat. Dan is er een kleine passage in Finland, waar Charles een poosje in een boerderij schuilt. Vervolgens wordt de Russische pool het decor, waar er in de steenkoolmijnen gewerkt moet worden. Dan weer terug naar Den Haag, het ouderlijk huis.
Franklin wordt geboren in Afrika, waar hij een poosje van zijn leven doorbrengt. Dan verhuist hij met zijn ouders naar Den Haag, naar het huis waar Christine eens met haar ouders en broer gewoont heeft. Even speelt het verhaal zich dan af in het ziekenhuis, waar Franklin door zijn moeder ingeslagen wordt. Dan verhuist Franklin naar een internaat in Amsterdam, ook wel het Casimir genoemd. Vervolgens verplaatst het verhaal zich weer naar Den Haag, waar het verhaal eindigt in het ziekenhuis.
De ruimtes verschillen niet veel van elkaar. Ik denk dat er bewust voor gekozen is om de zelfde plaatsen steeds weer aan te nemen. Zo worden de verbanden tussen de personen nog eens extra benadrukt.
De sfeer van een bepaalde ruimte past soms ook goed bij het verhaal. Zo is de kamer van Franklin erg luizig, grauw en stoffig, het is er een enorm zootje. Dit past wel in zijn bestaan. Hij is een soort verschoppeling , erg eenzaam en alleen. Zijn leven is een soort chaos, met weinig lichtpuntjes.
Spanning:
In het verhaal was op bepaalde momenten spanning aanwezig. Een paar voorbeelden zijn de volgende:
- Op een bepaald moment krijgt Franklin poep toegedient. Van te voren heb je al gelezen dat deze poep heel erg veel bacterien bevat. Vervolgens vraag je je als lezer af of Franklin hier ook nog last van gaat krijgen.
- Franklin krijgt allerlei zweren op zijn benen. Jij vraagt je af waar ze vandaan komen. De spanning wordt opgebouwd tot een hoogtepunt. Daar kom je te weten dat er wormen in zijn lichaam zitten, die waarschijnlijk zijn gekomen door de poep die hij gegeten heeft.
- Franklin zet het visrestaurant in de brand. Zal hij ook gepakt worden? Je blijft in spanning zitten, als blijkt dat er op het eerste moment geen dader gevonden wordt. Er is sprake van een soort climax. Op het laatst van het verhaal wordt het duidelijk dat Franklin het gedaan heeft. Hij kan echter niet berecht worden, hij is reeds door Niel gedood.
En zo zijn er nog veel meer spannende gebeurtenissen te bedenken.
Thema en motieven:
Het thema van dit verhaal is volgens mij ‘wraak en overleven’. Dit overleven zie je op verschillende manieren terug. Eerst bij Charles, en later bij Franklin en Niel. Franklin wil wraak nemen op zijn verleden, en op Charles. In zijn jeugd nam Christine wraak op Franklin door hem te slaan. Niel neemt uiteindelijk wraak op Franklin door hem van het dak te gooien.
Motieven zijn bijvoorbeeld:
- eenzaamheid
- liefde
- mishandeling
- verlangen
Titel:
De titel van het boek is Franklin. Dit is de naam van de hoofdpersoon van het verhaal, Franklin Lowendaal. Hij is de zoon van Christine, de neef van Charles, de vriend van Michelle, de broer van Isabelle en een vriend van Niel. Hij brengt alle personages als het ware met elkaar in verband.
Een motto is niet aanwezig.
Stijl:
Soms is de stijl van het boek wat lelijk en nogal ongeloofwaardig. Maar het boek is erg fantasievol en origineel geschreven.
De zinnen zijn niet extreem lang. Er wordt veel gebruik gemaakt van beeldend taalgebruik. Er zijn veel beschrijvingen van objecten. Deze zijn echter soms met wat moeilijke woorden onderbouwd. Ook wordt er veel gebruik gemaakt van levende dialogen tussen de personages. Om de ruimtes te beschrijven worden er ook vrij veel bijvoeglijke naamwoorden gebruikt.
Home - Contact - Over - ZoekBoekverslag op uw site - Onze Boekverslagen - Boekverslag toevoegen